Schrijven 4.18

Donderdag 23 mei
  • 10 minuten lezen
  • Paragraaf 4.18
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Donderdag 23 mei
  • 10 minuten lezen
  • Paragraaf 4.18

Slide 1 - Slide

timer
10:00

Slide 2 - Slide

Schrijven
We gaan teksten schrijven waarin je je mening geeft over een bepaald onderwerp. Je schrijft een reactie op een forum, een ingezonden brief en een weblog. Het is de bedoeling dat je de lezers echt overtuigt van jouw standpunt. Je moet dus goede argumenten bedenken. Pas dan zal je publiek jouw mening misschien overnemen.

Slide 3 - Slide

Aan het einde van de les
  • Weet je wat het verschil is tussen een objectieve en een subjectieve tekst;
  • Kun je objectieve en subjectieve argumenten (redenen) bij je standpunt geven. 

Slide 4 - Slide

Stel je voor...
De directeur wil van jouw school een huiswerkvrije school maken, maar alle leerlingen moeten elke dag verplicht tot half vijf op school blijven.

Slide 5 - Slide

Ben je het eens met de directeur?
Ja
Nee

Slide 6 - Poll

Geef drie argumenten bij je standpunt

Slide 7 - Mind map

Welk argument vind jij het beste?

Slide 8 - Open question

In de schoolkrant reageer jij op het idee van de directeur. Je geeft je standpunt en je noemt je argumenten daarbij.
Wat is het doel van deze tekst?
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren

Slide 9 - Quiz

Informerende tekst (nieuwsbericht)

Je moet zorgen dat deze tekst objectief is. Wat je zegt, is neutraal en moet controleerbaar zijn. Je mag alleen maar feiten noemen en je eigen mening mag er niet in voorkomen. 

Objectief: Feitelijk
Overtuigende tekst (weblog)

In deze tekst geef je juist wél je mening. Een overtuigende tekst is subjectief of persoonlijk. 




Subjectief: mening

Slide 10 - Slide

Schrijf alle subjectieve woorden
op uit tekst 6

Slide 11 - Mind map

Morgen af
Opdracht 4 blz 196 in je schrift

Zorg dat je tekst netjes geschreven is. Ik kijk het na!

Slide 12 - Slide