W4_MC 3_Klimaat en vegetatie - beïnvloedende factoren

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Klimaat en vegetatiezones

Wat meet je als je "het weer" wilt bepalen?

1. Warmte en de kou
2. Temperatuur, regen en wind
3. Hoeveel graden het is over lange tijd
4. Warmte en de temperatuur

Hoe kun je het klimaat van een gebied bepalen?

1. Je meet de warmte, neerslag en de wind.
2. Je meet hoe warm het is gedurende 1 jaar.
3. Je meet het weer over een periode van 30 jaar.
4. Je kijkt naar de zomer- en wintertemperatuur.

Vegetatiezones

Temperatuur en wind hebben veel invloed op de landschapszones.  Je kunt dus stellen dat het klimaat de plantengroei in een gebied bepaalt.

Welke vegetatie zie je hier?

1. Taiga
2. Gemengd woud
3. Steppe
4. Tropisch regenwoud

Welke klimaat past hier?

1. Warm altijd nat
2. Warm met nat seizoen
3. Warmgematigd altijd nat
4. Koud zonder dooiseizoen

Welke vegetatie zie je hier?

1. Ijswoestijn
2. Tropisch regenwoud klimaat
3. Taiga
4. Savanne

Welk klimaat past hier?

1. Koud met dooiseizoen
2. Koudgematigd
3. Koud zonder dooiseizoen
4. Warm en droog

Welke vegetatie zie je hier?

1. Woestijn
2. Savanne
3. Taiga
4. Loofbos

Welk klimaat past hier?

1. Warmgematigd en droog
2. Koelgematigd en strenge winter
3. Warm met nat seizoen
4. Warm altijd nat

Welke omschrijving beschrijft een woestijn?

1. Mos, gras, lichenen
2. Weinig tot geen plantengroei, cactussen en harde grassoorten
3. Grasland met slechts hier en daar een struik
4. Geen plantengroei

Uitgestrekte graslanden, struikjes, weinig bomen. Welke vegetatie?

1. Loofbos
2. Steppe
3. Toendra
4. Taiga

1. Loofbos
2. Toendra
3. Grasland
4. Naaldbos

1. Loofbos
2. Toendra
3. Taiga
4. steppe

Welke omschrijving gaat over loofbos?

1. Naaldbomen (dennen, sparren)
2. kort gras, mos en korst mos
3. dichte bossen met veel plantensoorten
4. verliezen van bladeren in de winter

Welke soort relatie herkennen we?
'In de woestijn groeien geen bomen.'

1. Verticale relatie
2. Horizontale relatie

Wanneer spreken we van een
WARM KLIMAAT?

1. Tk ≤ 18°C
2. Tw ≤ 18°C
3. Tk ≥ 18°C
4. Tw ≥ 18°C

Wat beïnvloedt het klimaat?

Waar vallen de zonnestralen loodrecht op het aardoppervlak

1. Noordpool
2. Zuidpool
3. Evenaar
4. België

Wat is het juiste verband tussen reliëf en temperatuur?

1. elke 1000 m stijging, daling van 6 graden
2. elke 100 m stijging, daling van 6 graden
3. elke 500 m stijging, daling van 2 graden
4. elke 1000 m stijging, daling van 10 graden