lezen blok 3 signaalwoorden + artikel the voice

Lezen
timer
10:00
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lezen
timer
10:00

Slide 1 - Slide

Vandaag
Lezen blok 4
  • Uitleg alinea- en zinsverbanden (signaalwoorden)
Schrijven 
  • Deadlines

Doel van de les:
- Je kunt verschillende signaalwoorden benoemen bij alinea- en zinsverbanden

Slide 2 - Slide

Wat weet jij nog van signaalwoorden? Wat zijn het? Wat geven ze aan?

Slide 3 - Open question

Zins- en alineaverbanden

Slide 4 - Slide

Uitspraak-voorbeeld
  • Uitspraak-voorbeeld: een uitspraak of bewering wordt gevolgd door een of meer voorbeelden. 

In de kantine kun je verschillende broodjes kopen, bijvoorbeeld pistolets met kaas of bruine bollen met salami. 

Slide 5 - Slide

Uitspraak-opsomming 
  • Uitspraak-opsomming: na een uitspraak of bewering worden verschillende dingen achter elkaar opgenoemd.



Ik werk tot zes uur. Verder heb ik nog een afspraak om zeven uur. 

Slide 6 - Slide

uitspraak-tegenstelling

  • Uitspraak-tegenstelling: na een uitspraak of bewering wordt meteen het tegenovergestelde beweerd.


De trein naar Almere vertrekt nu, maar die naar Amsterdam vertrekt pas over een half uur. 

Slide 7 - Slide

Welk alineaverband zie je in deze alinea?
A
Voorbeeld
B
Tegenstelling
C
Opsomming

Slide 8 - Quiz

Welk verband zie je in de volgende zin? "Hoewel ik moe ben, ga ik met vrienden op stap."
A
opsomming
B
voorbeeld
C
tegenstelling

Slide 9 - Quiz

Welk verband geeft het signaalwoord "maar" aan?
A
Opsomming
B
Tegenstelling
C
Voorbeeld

Slide 10 - Quiz

welke signaalwoorden horen bij het alineaverband Uitspraak- voorbeeld?
A
Bijvoorbeeld
B
Ten eerste, ten tweede
C
Anderzijds, daarentegen
D
Verder

Slide 11 - Quiz

Bij welk alineaverband hoort dit signaalwoord: bovendien
A
tegenstelling
B
opsomming
C
voorbeeld

Slide 12 - Quiz

Mk: opdr 4, blz 186
timer
10:00

Slide 13 - Slide

Schrijf nu je nieuwsartikel.
- Zet de kernzinnen op de goede plaats in de alinea's
- Zorg dat je duidelijke voorbeelden/toelichting bij je alinea's gebruikt
- Zorg dat je schrijft vanuit de hoofdgedachte, dit moet de kern blijven!
- Zorg voor een pakkende inleiding
- Bedenk een goede titel
- Bedenk tussenkopjes bij de alinea's
- Sluit je bericht af met een goed slot  
BLIJF OBJECTIEF!!

Slide 14 - Slide