Pathologie les 1 22-23

Pathologie/ ziekteleer
en alles rondom gezondheid
1 / 14
next
Slide 1: Slide
DierverzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Pathologie/ ziekteleer
en alles rondom gezondheid

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Check in

Wat jouw eerste indruk van dit vak?
A
B
C

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kan de student…
  • De behandelde orgaanstelsels aanwijzen in het lichaam van het dier.
  • De functie en werking per orgaanstelsel in 2 tot 3 zinnen uitleggen.
  • Per orgaanstelsel minimaal 3 anatomische en fysiologische afwijkingen herkennen, (indien mogelijk) behandelen en (indien mogelijk) voorkomen.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Definitie
Een orgaansysteem of orgaanstelsel is een geheel van organen die samen een functioneel geheel vormen. Een orgaansysteem wordt meestal in zijn geheel bestudeerd of onderzocht.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Welke orgaanstelsels ken je?

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Anatomie en fysiologie
  • Bij het herkennen van ziekte is kennis van de orgaanstelsels belangrijk!
  • Waar zitten ze en hoe werken ze?
  • Opdracht 1.1

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 1.1
  • Per student krijg je 1 orgaanstelsel toegewezen, enkele orgaanstelsels mogen evt met 2 studenten samen gedaan worden (docent bepaalt welke).
  • Aanvullende info per orgaanstelsel staat in Cum laude.

Voor jouw orgaanstelsel zoek je op:
  • Waar zit het orgaanstelsel in het dier? (docent toont dier op bord, student tekent orgaanstelsel erin. 
  • Noteer (kort) hoe het orgaanstelsel werkt en wat het doet in het lichaam.
  • Welke bijzonderheden zijn er bij het orgaanstelsel?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wie krijgt welk orgaanstelsel? 
  1. Ademhalingsstelsel
  2. Bewegingsstelsel
  3. Bloed en bloedvormende organen
  4. Bloedsomloop
  5. Geslachtsorganen
  6. Hormoonhuishouding
  7. Huid
  8. Nieren en urinewegen
  9. Spijsverteringsstelsel
  10. Zenuwstelsel
  11. Zintuigen

Slide 8 - Slide

bewegingsstelsel en spijsverteringsstelsel zijn groter, evt met 2

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Welke afwijkingen bij de verschillende orgaanstelsels kun jij noemen?

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

Opdracht 1.2
  • Maak 5 groepen, iedere groep krijgt minimaal 2 orgaanstelsels toegewezen.
  • Aanvullende info per orgaanstelsel staat in Cum laude.
  • Maak per orgaanstelsel een (digitale) poster met daarop minimaal 3 uitgewerkte afwijkingen.

Verwerk per afwijking de volgende info op de poster:
  • De oorzaak van de afwijking
  • De symptomen van de afwijking (wat zie je bij het dier)
  • Hoe de afwijking behandeld moet worden
  • Indien van toepassing: hoe je de afwijking kunt voorkomen
  • Gebruik ook relevante afbeeldingen/ tekeningen
Volgende week bespreken we de posters klassikaal na.


Slide 11 - Slide

11 orgaanstelsels, 5 groepen, iedere groep werkt 2 orgaanstelsels uit en maakt dus 2 posters. De grootste groep krijgt 1 extra orgaanstelsel (om op 11 orgaanstelsels uit te komen)
Welke groep krijgt welke orgaanstelsels? 
  1. Ademhalingsstelsel
  2. Bewegingsstelsel
  3. Bloed en bloedvormende organen
  4. Bloedsomloop
  5. Geslachtsorganen
  6. Hormoonhuishouding
  7. Huid
  8. Nieren en urinewegen
  9. Spijsverteringsstelsel
  10. Zenuwstelsel
  11. Zintuigen

Slide 12 - Slide

bewegingsstelsel en spijsverteringsstelsel zijn groter, evt met 2
Leerdoelen
Aan het einde van deze les kan de student…
  • De behandelde orgaanstelsels aanwijzen in het lichaam van het dier.
  • De functie en werking per orgaanstelsel in 2 tot 3 zinnen uitleggen.
  • Per orgaanstelsel minimaal 3 anatomische en fysiologische afwijkingen herkennen, (indien mogelijk) behandelen en (indien mogelijk) voorkomen.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Check out

Hoeveel is jouw kennis over de orgaanstelsels na deze les opgehaald ?
A
B
C

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions