Voorbereiding REP toetsweek

Voorbereidingsweek toetsweek
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Voorbereidingsweek toetsweek

Slide 1 - Slide

Lesdoelen

- Je herhaalt alles wat je tot nu toe geleerd hebt met lezen, woorden, grammatica en spelling.

- Je kunt ook werken aan je boekopdracht.


Slide 2 - Slide

Woord van de week

Navigeren

Slide 3 - Slide

Start les. 
Stillezen in je boek 
timer
10:00

Slide 4 - Slide

Nakijken huiswerk

H2.8 Opdracht 6 tot en met 9 en 11

Huiswerkcontrole en opdrachten samen bespreken.


Slide 5 - Slide

Voorbereiding testweek
Les 1: Stappenplan leren:

1. Alle belangrijke kopjes van H2 goed doorlezen en leren.
2. Extra oefeningen maken:
- 2.3 Test jezelf maken (leestaak ook gemaakt)
- 2.5 Woordentrainer of blooket woorden.
- 2.7 Extra oefening nevenschikking en onderschikking en test jezelf
- 2.8 Test jezelf maken
- 2.9 Extra oefening hoofdlettergebruik + test jezelf maken

Slide 6 - Slide

Voorbereiding testweek
Les 2: 

Maken proeftoets en nakijken. 

Waar heb je de meeste fouten in gemaakt? Deze paragraaf nog een keer goed leren en versterk jezelf maken van dit onderdeel.

Slide 7 - Slide

Voorbereiding testweek
Les 3: Verder met stappenplan leren of maken van de boekopdracht.

1. Alle belangrijke kopjes van H2 goed doorlezen en leren.
2. Extra oefeningen maken:
- 2.3 Test jezelf maken (leestaak ook gemaakt).
- 2.5 Woordentrainer of blooket woorden.
- 2.7 Extra oefening nevenschikking en onderschikking en test jezelf.
- 2.8 Test jezelf maken.
- 2.9 Extra oefening hoofdlettergebruik + test jezelf maken.

Slide 8 - Slide

Herhaling van de zinsdelen (enkelvoudige zinnen)
- Persoonsvorm (PV)
- Onderwerp (O)
- Werkwoordelijk gezegde (WG)
- Naamwoordelijk gezegde (NG)
- Lijdend voorwerp (LV)
- Meewerkend voorwerp (MV)
- Bijwoordelijke bepaling (BWB)

Zie blz. 54 voor een stappenplan.

Slide 9 - Slide

Opdracht 1
Geef aan wat het juiste antwoord is.
Herhalingsopdracht 1

Slide 10 - Slide

Als het onderwerp in de zin iets aan het doen is, dan heb je te maken met een:
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde

Slide 11 - Quiz

Als je de persoonsvorm wil vinden, dan ...
A
zet je de zin in een andere tijd.
B
maak je van de zin een vraagzin.

Slide 12 - Quiz

Als het onderwerp in de zin iets is of iets wordt, dan heb je te maken met een:
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde

Slide 13 - Quiz

In een zin met een naamwoordelijk gezegde ...
A
... kan ook een lijdend voorwerp zitten.
B
... kan nooit een lijdend voorwerp zitten.

Slide 14 - Quiz

Ik heb de tot nu toe behandelde theorie van grammatica al uit mijn hoofd geleerd.
A
Ja
B
Nee
C
I like to live dangerously.
D
Dat ga ik nu doen.

Slide 15 - Quiz

Op deze website kun je alle Nederlandse liedjes vinden.

Slide 16 - Open question

Bij de opening van het winkelcentrum waren veel hoogwaardigheidsbekleders aanwezig.

Slide 17 - Open question

Het voordeel van de twijfel hoeven wij haar niet te geven.

Slide 18 - Open question

Dat liedje is in korte tijd populair geworden.

Slide 19 - Open question

Maarten heeft hem het slechte nieuws na het eten verteld.

Slide 20 - Open question

Bedenk een zin met een: pv, ow, wg, lv en bwb.

Slide 21 - Open question

Bedenk een zin met een: pv, ow, ng, bwb.

Slide 22 - Open question