6.6 Duurzaamheid (kader)

• men en natuur
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Wat weten we nog?

Biotische factoren

Abiotische factoren

Niveau's van ecologie

Planteneters (eten planten): konijnen bijv

Vleeseters (eter vlees): een wezel bijvoorbeeld

Alleseters: eten zowel vlees als planten

voedselketen

consument van de eerste orde

consument van de tweede orde

consument van de derde orde

consument van de vierde orde

producent

  

Reducenten

Bacteriën en schimmels
ruimen dode organismen

op. --> reducenten

Hierbij komen 
voedingsstoffen vrij

Populatiegrootte

Biologisch evenwicht

Symbiose

Symbiose = langdurig samenleven van individuen van verschillende soorten

Biodiversiteit

Biodiversiteit

herintroductie

=terugbrengen van een  dier/ plantensoort in een land

maatregel om de bedreigde soorten weer in aantal te laten toenemen.

soorten natuurbeheer

watervervuiling

Versterkt broeikaseffect

• Warmte straling
•  Terugkaatsing
• Versterkt broeikaseffect
• Opwarming van de aarde

6.6 Duurzaamheid

Leerdoelen

Je kunt uitleggen wat duurzaamheid is.

Je kunt aangeven wat duurzame oplossingen voor milieuproblemen in Nederland kunnen zijn.

Duurzaamheid

Duurzaamheid

Wat is duurzaamheid?

Ervoor zorgen zat milieu geen schade ondervindt van jou activiteiten. DUS:

* niet meer stoffen uit het milieu halen

  dan het milieu kan aanvullen

* niet meer stoffen toevoegen aan het

  milieu dan het milieu kan verwerken

1. Duurzame energie

duurzame energie veroorzaakt geen milieuvervuiling en raakt niet op.

- Biomassa

- Windmolens

- Zonnepanelen

- Waterkracht

Bij gebruik van duurzame energie heb je minder fossiele brandstoffen nodig

2. Duurzame grondstoffen

Door hergebruik en recycling hoeven minder nieuwe grondstoffen te worden gebruikt.

3. Duurzame landbouw

kringlooplandbouw = duurzaam omgaan met natuurlijke hulpbronnen zoals de bodem, de lucht en het water.

                                  

Preciesie landbouw (technologie om planten heel precies te geven wat ze nodig hebben, zoals voedingstoffen, licht en water.

 boer maakt gebruik van GPS, drones en computers                                

4. Minder vervuiling

- Schepen en fabrieken mogen schadelijke stoffen niet lozen in het milieu. 

- Auto’s krijgen een katalysator , daardoor minder vervuilende uitlaatgassen

- Fabrieken moeten filters in hun schoorstenen aanbrengen 
boeren filteren de lucht uit de stallen

Zelf kun je doen door:

* minder scoter- en autorijden, vaker met openbaar met vervoer of fiets

* geen vuurwerk afsteken met oud en nieuw

* geen hout stoken in houtkachel, vuurkorf of open haard

5.Minder broeikasgassen

Duurzame keuze keuzen maken

dingen zie je zelf kan doen zie blz 230

Vragen?

Maken van de opdrachten

Th. 6.6  Duurzaamheid  1   t/m  9

Klaar? Test jezelf *alles voldoende*

Controleer of je alle test je zelf hebt gemaakt

Leren voor de toets