Landschappen - Nakijken / herhaling

• Aardrijkskunde
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 1

Je weet wat veen en wat polders zijn. Je begrijpt waarom veen en klei voorkomt in Laag-Nederland en hoe het gebruikt wordt.

Je kan kenmerken van Laag-Nederland op de kaart herkennen.

Je hebt alle gemaakte opdrachten nagekeken.

Korte LessonUp quiz

Aardrijkskunde

1. Kijk alle opdrachten na die je hebt gemaakt

2. Verbeter je gegeven antwoorden als het niet goed gemaakt is

3. Stel vragen als je het niet snapt

Hoe ging het?

Wat heb je geleerd?

Was het moeilijk - makkelijk?

Afmaken van de opdrachten

Vorige les

Je weet wat veen en wat polders zijn. 

Je begrijpt waarom veen en klei voorkomt in Laag-Nederland en hoe het gebruikt wordt.

Je kan kenmerken van Laag-Nederland op de kaart herkennen.

Leerdoelen

Je hebt alle gemaakte opdrachten nagekeken.

Hoe heet het afbreken van gesteente?

1. Erosie
2. Sedimentatie
3. Verwering
4. Puinhelling

Waarom grazen er veel dieren op de stuwwallen?

1. Om de grond vruchtbaar te maken
2. Omdat de heide lekker is voor dieren
3. Omdat de grond vruchtbaar is
4. Zodat er minder bomen groeien

Hoe heet het afslijten van gesteente in een rivier of gletsjer?

1. Erosie
2. Sedimentatie
3. Verwering
4. Puinhelling

Wat is GEEN resultaat van de laatste ijstijd?

1. Veluwe
2. Stuwwallen
3. Utrechtse Heuvelrug
4. Terpen

Hoe heet het neerleggen van gesteente?

1. Erosie
2. Sedimentatie
3. Verwering
4. Puinhelling

Wat is GEEN voorbeeld van sedimentatie in Nederland?

1. Overstromende rivieren
2. Rivierklei
3. Polders en gemalen
4. Aanspoelen van zeeklei

Wat staat er op de foto?

1. Puinhelling
2. Verweringsmateriaal

Hoe heet deze helling?

1. Terp
2. Stuwwal
3. Puinhelling
4. Verweringsmateriaal

In welk gedeelte van de rivier is deze foto gemaakt?

1. Bovenloop
2. Middenloop
3. Benedenloop
4. Delta

In welk gedeelte komt er voornamelijk erosie voor?

1. A
2. B
3. C

U-dal of V-dal?

1. V-dal, gemaakt door een gletsjer
2. V-dal, gemaakt door een rivier
3. U-dal, gemaakt door een gletsjer
4. U-dal, gemaakt door een rivier

In welk gedeelte komt er voornamelijk sedimentatie voor?

1. A
2. B
3. C

In de bovenloop heb je ...(1)... hoogteverschillen, daardoor is de stroomsnelheid ...(2)...

1. 1) veel, 2) hoog
2. 1) weinig, 2) laag
3. 1) veel, 2) laag
4. 1) weinig, 2) hoog

In de benedenloop is de stroomsnelheid ...(1)... , daardoor is er ...(2)... sedimentatie

1. 1) hoog, 2) veel
2. 1) laag, 2) weinig
3. 1) hoog, 2) weinig
4. 1) laag, 2) veel

"Veen ontstaat omdat planten dood gaan en in het water vallen. Er kan geen ...(1)... bij komen, daardoor rot het niet en vormt het een nieuwe grondlaag (veen)"

1. mens
2. zuurstof
3. water
4. grond

Aan de slag:

1. Kijk alle opdrachten na die je hebt gemaakt

2. Verbeter je gegeven antwoorden als het niet 

goed gemaakt is

3. Stel vragen als je het niet snapt

Klaar? Maak de Herhalingsopdrachten (blz 26-27) of overleg

Lesafsluiting

Hoe ging het?

Wat heb je geleerd?

Was het moeilijk - makkelijk?

Is er huiswerk?