Strux Reizen naar het buitenland

1 / 39
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijPraktijkonderwijsLeerjaar 3

This lesson contains 39 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat valt je op aan dit filmpje?

Slide 2 - Slide

Vak; Burgerschap
Wat is burgerschap?


Burgerschap is kennis over het functioneren van de Nederlandse democratie en de daarbij behorende waarden

Slide 3 - Slide

Burgerschap; Reizen naar het buitenland
Hoofdstuk 1: Op reis in Europa
Hoofdstuk 2:  Een reis in Europa plannen
Hoofdstuk 3: Op reis buiten Europa
Hoofdstuk 4: Een reis buiten Europa plannen
Hoofdstuk 5: Eindopdracht
Knipbladen

Slide 4 - Slide

Burgerschap; Reizen naar het buitenland
Hoofdstuk 1; Op reis in Europa
Lesdoel:

Welke vakanties zijn er?
Waarom ga je op vakantie naar een plaats?
Je weet de namen van landen en steden in Europa 
Je weet de namen van zeeën en gebergten van Europa

Slide 5 - Slide

Opdracht 1 bladzijde 3

Slide 6 - Slide

Opdracht 2 bladzijde 3
Schrijf 4 verschillende soorten vakanties op:
1. 
2. 
3. 
4.
Waar kun je veel informatie over vakanties vinden?

Slide 7 - Slide

Opdracht 3 bladzijde 4

Slide 8 - Slide

Opdracht 3 bladzijde 5

Slide 9 - Slide

Opdracht 3 bladzijde 5
Lees de beoordeling in je boek

Kies 1 park uit, welke kies je?
Waarom heb je dit park gekozen?
Welke voorzieningen zijn er op het park?
Wat kun je gaan doen in de omgeving van het park?

Slide 10 - Slide

Opdracht 4 bladzijde 6
Bladzijde 77 is een knipblad.
Knip Nederland, België en Duitsland uit.
Plak ze goed onder elkaar.
Schrijf de namen van de landen op
Schrijf de Noordzee op de goede plaats
Schrijf de woorden: Noord, oost, zuid en West op de goede plek

Slide 11 - Slide

Opdracht 4 bladzijde 6

Slide 12 - Slide

Aan de slag
Maken in je werkboek bladzijde 3, 4, 5 en 6
(opdracht 1, opdracht 2, opdracht 3, opdracht 4)
Check of alles goed is gegaan!

Laptop pakken en oefenen op: 
https://www.topografie-nederland.nl/nederland-oefenen.html
https://www.toporopa.eu/nl/

Slide 13 - Slide

Volgende les
Hoofdstuk 1 Op reis in Europa
Opdracht 5 bladzijde 7

Slide 14 - Slide

Lesdoel: Ik weet waar 30 landen in Europa liggen

Slide 15 - Slide

Op reis in Europa
oefenen op:

https://www.topografie-nederland.nl/nederland-oefenen.html

https://www.toporopa.eu/nl/

10 minuten

Slide 16 - Slide

Opdracht 5 bladzijde 8
Schrijf de namen van de gebergten uit de kaart op

Schrijf de namen van de zeeën uit de kaart op. 

Slide 17 - Slide

Opdracht 6 bladzijde 8
Welk land vond jij het leukst om naar toe te gaan?

Wat vind je leuk aan dit land? 

Naar welk land zou je nog wel eens naar toe willen, waarom?


Slide 18 - Slide

zonvakantie
Zon, zee, strand!
Relaxen, genieten, chillen, bruin worden.

Warm en zonnig land.
In Europa zijn dat bijvoorbeeld:
Spanje, Portugal, Frankrijk, Griekenland, Italië 

Slide 19 - Slide

Opdracht 7 bladzijde 10

Naar welke landen kun je toe voor een zonvakantie? 
Zoek de landen op en maak ze geel


Frankrijk, Spanje, Italië, Portugal, Griekenland.....

Slide 20 - Slide

Opdracht 7 bladzijde 10

De meeste landen waar je naartoe gaat op vakantie liggen in het:
noorden/oosten/zuiden/westen van Europa

Portugal ligt aan de .........

Slide 21 - Slide

Actieve vakantie
Bezig zijn; sporten, wandelen. Ook een manier van ontspannen.
Voorbeelden:
Wintersport, fietsvakantie, wandelvakantie, zeilvakantie

Populaire landen in Europa: Frankrijk, Oostenrijk, Duitsland, Denemarken, Zweden en Noorwegen

Slide 22 - Slide

Opdracht 8 bladzijde 11

In welke landen kun je goed actieve vakanties houden?
Zoek de landen op de kaart van opdracht 7. Kleur ze rood

Hoe heet het gebergte in het midden van Europa waar veel mensen in de winter gaan skiën en in de zomer gaan wandelen?

Slide 23 - Slide

Opdracht 8 bladzijde 11

Dit gebergte ligt in 5 landen. Schrijf ze op
1. 
2.
3.
4.
5.

Slide 24 - Slide

Opdracht 8 bladzijde 11

Je gaat op fietsvakantie in Denemarken. Je fietst van de westkust naar de oostkust. 
Van welke zee naar welke zee fiets je? 

N

Z

Slide 25 - Slide

Opdracht 9 bladzijde 12

Schrijf 3 activiteiten op die mensen doen op een actieve vakantie:
1.
2.
3

Slide 26 - Slide

Opdracht 10 bladzijde 12

Schrijf achter elk land of je er actief op vakantie gaat of op een zonvakantie. Of allebei.
Leg je antwoord uit.
Duitsland:
Denemarken:
Oostenrijk:
Italië:
Spanje:

Slide 27 - Slide

Stedentrip
Voor een paar dagen naar een mooie stad.
Je kunt kijken hoe de mensen daar leven.
Beroemde gebouwen.
Musea bezoeken, winkelen.
Vooral grote en bekende steden
Voorbeelden:
Krakau, Parijs, Londen, Rome, Berlijn, Barcelona, Brussel, Madrid

Slide 28 - Slide

Volgende les
Hoofdstuk 1 Op reis in Europa
Opdracht 11 bladzijde 13

Slide 29 - Slide

Donderdag 26 september
Vorige les:
Zonvakantie
Actieve vakantie
Stedentrip
Ik ken de provincies in Nederland
Ik ken de landen in Europa
Printen: Kaart van Europa Altas

Slide 30 - Slide

Donderdag 26 september
Hoofdstuk 2  Een reis in Europa plannen
Bladzijde 17

Aan eind van dit hoofdstuk weet je waar je allemaal rekening mee moet houden als je een reis naar Europa plant. 

Slide 31 - Slide

Donderdag 26 september
Hoofdstuk 2  Een reis in Europa plannen
Bladzijde 18

Samen lezen en maken
Opdracht 1, 2,3 en 4 



Slide 32 - Slide

Donderdag 26 september
Opdracht 1


Een vakantiereis plannen



Slide 33 - Slide

Donderdag 26 september
Opdracht 2
Waarom is het belangrijk dat je weet hoe lang je vakantie mag duren?


Waarom is het belangrijk dat je weet welke taal mensen spreken in het land waar jij op vakantie gaat?

Slide 34 - Slide

Donderdag 26 september
Opdracht 2
Waarom is het belangrijk dat je weet welke gewoonten de mensen hebben in het land waar jij op vakantie gaat? 

Slide 35 - Slide

Donderdag 26 september
Opdracht 3
Ga jij naar binnen? ja/nee
Leg je antwoord uit.

Slide 36 - Slide

Donderdag 26 september
Opdracht 4
Maak het overzicht van de kosten af.


Slide 37 - Slide

Topo laptop en papier

Slide 38 - Slide

....minuten laptop ..... minuten papier
google:

topografie-nederland

toporopa


Slide 39 - Slide