This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Negative questions
Negatieve vragen
theme 2
Slide 1 - Slide
Doel
Het kunnen toepassen van negatieve vragen.
Wat is een ontkennende vraag?
Slide 2 - Slide
Gebruik
Ontkennende vragen gebruik je om: - te vragen om bevestiging. - ergernis of ongeloof uit te drukken.
Slide 3 - Slide
Hoe te gebruiken
- Als een zin een vorm van to be heeft (am, are, is, was, were) of have got/has got of een ander hulpwerkwoord > zet dit werkwoord vooraan + not
Can't he help me with his homework? Isn't it his dream to become a famous actor?
Slide 4 - Slide
Hoe te gebruiken
Staan er andere werkwoorden in zin > don't/ doesn't gebruiken bij ontkennende vragen in de tegenwoordige tijd. > didn't bij vragen in de verleden tijd.
Daarna volgt het onderwerp en het hele werkwoord.
Slide 5 - Slide
Hoe te gebruiken
Doesn't Sam know this is a bad idea? Didn't you visit the Grand Canyon? Don't they have tickets for Disneyland?