4.5 Onderzoek naar evolutie

Evolutie
1 / 30
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Evolutie

Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Herhalen 4
  • Uitleg BS 5
  • Oefenvragen

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Wat weet je al van evolutie?
Welke 3 grondbeginselen?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

In de natuur is er altijd
Deze kan bijvoorbeeld ontstaan door
Individuen met een genotype dat goed is aangepast aan de omgeving zullen meer 
Dit proces noemen we 
mutaties 
genetische variatie 
nakomenlingen krijgen
natuurlijke selectie

Slide 10 - Drag question

Onderzoek naar evolutie
Leerdoelen:
  • Je kunt het verschil uitleggen tussen homologe en analoge organen
  • Je kunt het verschil uitleggen tussen convergente en divergente evolutie
  • Je kunt een stamboom (cladogram) construeren en aflezen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

--> divergente evolutie

Slide 13 - Slide

--> convergente evolutie

Slide 14 - Slide

De voorpoot van een krokodil en de voorpoot van een mol zijn:
A
Homologe organen
B
Analoge organen

Slide 15 - Quiz

De vleugel van een vleermuis en de vleugel van een vlieg zijn:
A
Homologe organen
B
Analoge organen

Slide 16 - Quiz

De poten van insecten en de poten van zoogdieren zijn:
A
Homologe organen
B
Analoge organen

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Slide

Welke van de volgende
stambomen geeft weer dat
de chimpansee meer verwant
is met de mens dan met de
gorilla?
A
stamboom 1
B
stamboom 2
C
stamboom 3
D
geen van deze stambomen

Slide 21 - Quiz

Bekijk de stamboom van slangensoorten.
Welk soort is als eerste ontstaan?
A
1
B
2
C
3
D
7

Slide 22 - Quiz

Bekijk de stamboom van slangensoorten.

Welk soort is uitgestorven?
A
1
B
7
C
4
D
6

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Leerdoelen behaald? Ik kan het verschil uitleggen tussen homologe en analoge organen
A
ja
B
nee

Slide 26 - Quiz

Ik kan het verschil uitleggen tussen convergente en divergente evolutie
A
ja
B
nee

Slide 27 - Quiz

Ik snap hoe ik een cladogram moet aflezen
A
ja
B
nee

Slide 28 - Quiz

Ik kan op basis van overeenkomsten tussen organismen zelf een cladogram tekenen
A
ja
B
nee

Slide 29 - Quiz

Heb je nog tips voor de online lessen biologie?

Slide 30 - Open question