drogredenen verkort

12 drogredenen
1 / 30
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

12 drogredenen

Slide 1 - Slide

Leg uit wat drogredenen zijn?

Slide 2 - Open question

Noteer tenminste 5 drogredenen

Slide 3 - Open question

Drogredenen
Dit zijn “fouten" die gemaakt worden in een argumentatie. 
Redeneringen waarvan de argumenten ten onrechte als ‘sterk’ gepresenteerd worden.
Ze kloppen niet en zijn bedoeld om de lezer/ luisteraar te overtuigen. 

Slide 4 - Slide

Waarom drogredenen?

Opzettelijk zoals in de politiek
Onopzettelijk
Humor
Dubbelzinnigheid
Reclame


Slide 5 - Slide

Leerdoelen:
Herkennen van drogredenen, 
Beter in staat redeneringen kritisch te beoordelen
Minder fouten in eigen argumentatie
Herkennen zwakke argumentatie van een ander

🡺 Je staat veel sterker in een discussie of debat

Slide 6 - Slide

Soorten drogredenen
Er zijn twee groepen drogredenen:
  • Argumentatieschema’s worden niet goed gebruikt;
  • Discussieregels worden overtreden.

Elke drogreden heeft een eigen manier van aanpak 

Slide 7 - Slide

Welke zes argumentatieschema's waren er ook weer?

Slide 8 - Open question

Onjuist gebruik argumentatieschema's

1. Onjuist beroep op oorzaak-gevolgschema
2. Onjuist beroep op kenmerk of -eigenschapschema
3/4 Onjuist beroep op voor- en nadelenschema: 
  • overdrijven van voor- of nadelen.
  • vals dilemma
5. Overhaaste generalisatie
6. Onjuist beroep op vergelijkingsschema:  verkeerde vergelijking
7. Onjuist beroep op autoriteitsschema

Slide 9 - Slide

Overtreden discussieregels

8. Ontduiken van bewijslast
9. Cirkelredenering
10. Vertekenen van het standpunt  
11. Bespelen van het publiek
12. Persoonlijke aanval

Slide 10 - Slide

Van welke drogredenen is sprake?

Slide 11 - Slide

We hebben de afgelopen vijf jaar vijf hittegolven gehad; het klimaat verandert echt!
A
cirkelredenering
B
persoonlijke aanval
C
overhaaste generalisatie
D
onjuiste oorzaak- gevolg-relatie (causaliteit)

Slide 12 - Quiz

'Ik vind dit een goed plan. Bent u het niet met me eens? Kom dan eerst maar eens met argumenten!
A
overhaaste generalisatie
B
ontduiken van de bewijslast
C
bespelen van publiek
D
verkenen van een standpunt

Slide 13 - Quiz

Vanzelfsprekend had ik er geen reden voor, anders had ik het wel gedaan.
A
cirkelredenering
B
persoonlijke aanval
C
overhaaste generalisatie
D
onjuiste oorzaak- gevolg-relatie (causaliteit)

Slide 14 - Quiz

Nederland moet geen vluchtelingen meer toelaten. Het is toch duidelijk dat ons land vol is.
A
overhaaste generalisatie
B
ontduiken van de bewijslast
C
bespelen van publiek
D
verkenen van een standpunt

Slide 15 - Quiz

Arjen heeft een vier voor zijn wiskundetoets. Het tentamen is zeker slecht gemaakt.
A
ontduiken van de bewijslast
B
overhaaste generalisatie
C
bespelen van publiek
D
vertekenen van een standpunt

Slide 16 - Quiz

Kinderen op de middelbare school kunnen nog niet zelfstandig werken, want ze zijn nog niet volwassen.
A
cirkelredenering
B
persoonlijke aanval
C
overhaaste generalisatie
D
onjuiste oorzaak- gevolg-relatie (causaliteit)

Slide 17 - Quiz

Als de president van de VS zegt dat het zo gebeurt, gebeurt het zo. Daar is hij president voor.
A
overhaaste generalisatie
B
cirkelredenering
C
ontduiken van de bewijslast
D
persoonlijke aanval

Slide 18 - Quiz

Ieder weldenkend mens zal het ermee eens zijn dat die corona-epidemie wel voorbij mag zijn.
A
overhaaste generalisatie
B
ontduiken van de bewijslast
C
bespelen van publiek
D
verkenen van een standpunt

Slide 19 - Quiz

Diederik is een hoologan want hij zit onder de tattoos.
A
onjuist kenmerk/ eigenschap
B
overdrijven van voor- of nadelen
C
overhaaste generalisatie
D
persoonlijke aanval

Slide 20 - Quiz

Wij van WC-eend adviseren WC-eend.
A
cirkelredenering
B
onjuist kenmerk/ eigenschap
C
onjuist beroep op autoriteit
D
verkeerde vergelijking

Slide 21 - Quiz

Je moet je boeken meenemen naar de les: je voetbalschoenen neem je toch ook mee naar de voetbaltraining?
A
onjuist kenmerk/ eigenschap
B
vals dilemma
C
overhaaste generalisatie
D
verkeerde vergelijking

Slide 22 - Quiz

Zij studeert Nederlands dus ze zal wel alle dagen met haar neus in de boeken zitten.
A
overhaaste generalisatie
B
verkeerde vergelijking
C
onjuist kenmerk/ eigenschap
D
onjuiste oorzaak-gevolg -relatie/causaliteit

Slide 23 - Quiz

Als je niet voor mij bent, ben je tegen mij!
A
onjuiste oorzaak- gevolgrelatie/ causaliteit
B
overdreven nadeel
C
persoonlijke aanval
D
vals dilemma

Slide 24 - Quiz

Iedereen weet toch dat Rutte weer premier wordt na de volgende verkiezingen.

Hier vind je 2 drogredenen
A
bespelen van het publiek
B
overhaaste generalisatie
C
onjuiste oorzaak-gevolg-relatie/causaliteit
D
ontduiken bewijslast

Slide 25 - Quiz

Veel ouderen die op een e-bike rijden hebben een ongeval gehad, dus is het rijden met een e-bike gevaarlijk.
A
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie/ causaliteit
B
cirkelredenering
C
bespelen van het publiek
D
overhaaste generalisatie

Slide 26 - Quiz

Dus jij vindt dat Natuurmonumenten geen goed werk verricht. Het milieu interesseert jou blijkbaar helemaal niets.
A
overhaaste generalisatie
B
bespelen van het publiek
C
vertekenen van het standpunt
D
ontduiken van de bewijslast

Slide 27 - Quiz

De mensen die het met premier Rutte oneens zijn, moeten wel last hebben van alzheimer-light .
A
persoonlijke aanval
B
vertekenen van het standpunt
C
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie/ causaliteit
D
ontduiken van de bewijslast

Slide 28 - Quiz

welke 12 drogredenen
ken je?

Slide 29 - Mind map

Afsluiting

Maak voor volgende week woensdag 23 juni:

  • Maken opdracht 11 t/m 18 uit Katern argumentatieve vaardigheden; 
    hst.2  Argumentatie, paragraaf 3: drogredenen





Slide 30 - Slide