Start GHZ

GHZ
1 / 30
next
Slide 1: Slide
VIGMBOStudiejaar 3

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

GHZ

Slide 1 - Slide

Ik voel mij vandaag...

Slide 2 - Open question

 Riley Jane
13-10-22

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Vandaag
Mededelingen praktijk vanmiddag
Opstart GHZ
Programma volgende week

Slide 5 - Slide

Doornemen module en eindopdracht

  • 25 november start inleveren Teams

  • 9 december deadline inleveren

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

 
Vroeger: zwakzinnigen of geestelijk gehandicapten en de diverse niveaus werden aangeduid met termen als idioot, imbeciel, debiel en zwakbegaafd. 

Slide 8 - Slide

Nu: mensen met een verstandelijke beperking. 

Dit geeft aan dat het in de eerste plaats om mensen gaat, mensen die een beperking en daardoor een handicap hebben.

Slide 9 - Slide

Definities
' Een verstandelijke beperking verwijst naar functioneringsproblemen die worden gekenmerkt door significante beperkingen in zowel het intellectuele functioneren als in het adaptieve gedrag zoals dat tot uitdrukking komt in conceptuele, sociale en praktische vaardigheden. De functioneringsproblemen ontstaan vóór de leeftijd van 18 jaar. '

American Association on Intellectual and Developmental Disabilities


Slide 10 - Slide

'Een functioneren dat beneden het gemiddelde niveau ligt, dat gedurende de ontwikkeling ontstaat en gepaard gaat met tekorten op het gebied van leren, sociale aanpassing en rijping of een combinatie hiervan.  '

American Psychiatric Association


Slide 11 - Slide

Platform VG:

De mens met een verstandelijke beperking is in de eerste plaats een mens. Zijn waardigheid dient in alle omstandigheden voorop te staan en dient uitgangspunt te zijn bij elke relatie met hem. Dan volgt er een werkelijke ontmoeting en ontstaat er begrip. Begrip voor zijn eigen mogelijkheden en verantwoordelijkheden, maar ook voor die van de ouders en de aanbieders van zorg die in een relatie tot hem staan. De mogelijkheden van een mens met een verstandelijke beperking moeten op de eerste plaats staan.

Slide 12 - Slide

Classificeren (indeling)
Vroeger:  uitsluitend  op basis van hun intelligentiequotiënt (IQ).

 Mensen met een verstandelijke beperking:
  •  laag IQ.
  •  minder intellectuele vaardigheden. 
  • Verstandelijke vermogens kunnen worden vergeleken met die van mensen van een jongere leeftijdsgroep.: 'mentale leeftijd. 'Bijvoorbeeld, zijn mentale leeftijd is 3 à 4 jaar. De mentale leeftijd geeft een algemene indicatie. 

Slide 13 - Slide

Nog meer factoren van belang, want een volwassene met een IQ van 55 en een mentale leeftijd van 8 jaar is geen kind.
 Door zijn levenservaring heeft hij ook kenmerken van een volwassene.

Het indelen op basis van het IQ geeft dus weinig bruikbare informatie over iemands mogelijkheden. 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Indeling Timmers-Huigens
 Zij deelt mensen in op grond van hun vermogen tot het verwerken van informatie.
Zij onderscheidt vier verschillende ervaringsfasen die elkaar tijdens de normale ontwikkeling van een kind opvolgen. Het gedrag dat bij deze ervaringsfasen hoort, kun je herkennen bij mensen met een verstandelijke beperking.

De ervaringsfasen zijn:
de lichaamsgebonden ervaringsfase
de associatieve ervaringsfase
de structurerende ervaringsfase
de vormgevende ervaringsfase

Slide 16 - Slide

Lichaamsgebonden ervaringsfase
Directe indrukken van de zintuigen. Iets wat gezien, gehoord, gevoeld, geproefd of geroken wordt, bestaat. Wat niet zichtbaar, hoorbaar, voelbaar, te ruiken of te proeven is, bestaat niet. Er worden nog geen verbanden gelegd en er is geen scheiding tussen ik en de omgeving.

Slide 17 - Slide

Associatieve ervaringsfase
Door herhaling ontstaat het besef dat er een verband is tussen bepaalde handelingen en gevolgen (patroonvorming). Hierdoor kunnen gewoontehandelingen (associatiereeksen) geleerd worden: de ene handeling volgt uit de andere. Bij het associatief ervaren bestaat er echter nog geen inzicht. Waarom het ene op het andere volgt, kan iemand die zijn omgeving associatief ervaart niet verklaren. De handelingen zullen telkens in dezelfde volgorde gedaan moeten worden, omdat er anders verwarring ontstaat.

Slide 18 - Slide

Structurerende ervaringsfase
Inzicht in structuren van zijn omgeving. Hij heeft bijvoorbeeld tijdsbesef. Hij kan de tijd indelen in uren, dagen, weken, maanden en jaren. Ook sociale structuren herkent hij. Hij kan onderscheid maken in familie en vrienden, of ouders en zusjes. Daarnaast heeft hij inzicht in het waarom van de dingen om hem heen. Hij kan verklaringen geven. Bijvoorbeeld waarom je je handen moet wassen voor het eten.

Slide 19 - Slide

Vormgevende ervaringsfase

 Kan aan de bestaande structuur iets persoonlijks toevoegen.
Bijvoorbeeld door op eigen initiatief een boeketje bloemen mee te brengen of iets bijzonders aan te trekken. Je zou kunnen zeggen dat iemand zelf vormgeeft aan zijn leven.

Slide 20 - Slide


Deze indeling zegt veel meer over iemands mogelijkheden dan het IQ. De ervaringsfase geeft aan wat je van iemand kunt verwachten en hoe je hem vaardigheden kunt leren. Hierbij gaat het zowel om intellectuele en sociale vaardigheden als om de algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL).

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Op basis van het bovenstaande wordt er tegenwoordig uitgegaan van verschillende niveaus van verstandelijke beperking. Daarbij staan beperkingen in het verstandelijk functioneren en in de sociale redzaamheid centraal. Dit komt in de hiernavolgende indeling aan de orde.

Slide 23 - Slide

Indeling naar niveaus van verstandelijke beperking
Globaal wordt er uitgegaan van vier verschillende niveaus. De vier niveaus zijn:
zeer ernstige verstandelijke beperking
ernstige verstandelijke beperking
matige verstandelijke beperking
lichte verstandelijke beperking

Slide 24 - Slide

Zelf verschillen op zoeken
  • Kijk op zorgpad of een andere betrouwbare bron
  • We bespreken dit na

Slide 25 - Slide

Oorzaken
Er zijn verschillende oorzaken voor het ontstaan van een verstandelijke beperking. Het is van belang om de oorzaak van de beperking te weten, omdat de oorzaken kunnen leiden tot verschillende uitingsvormen. In sommige gevallen is het bekend dat bepaald (probleem)gedrag voortkomt uit de oorzaak van de beperking. Er zijn drie soorten oorzaken: prenatale, perinatale en postnatale oorzaken.

Slide 26 - Slide

Leervragen:

Slide 27 - Open question

LOB Brownies&Downies
10:00uur: voorbereiding: activiteiten en dagbesteding: pagina 9: Opdracht 1&2
 Tijdens bezoek; Welke werkzaamheden doet wie? Welke hulpmiddelen worden ingezet om de werknemer met beperking te ondersteunen? Hoe wordt er begeleidt?

Inleveren in Teams= handtekening LOB

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Volgende week
KD 2016 Zorgpad: 
  • Crisissituaties die het gevolg zijn van gedragsproblemen
  • Opdracht met score

  • https://www.free-learning.nl/modules/omgaan-met-agressie/start.html

Slide 30 - Slide