Week 21 - boekenpitch b1a

Boekenpitch

Wat heb je nodig?
- Laptop en oplader
- Kern lesboek
- Leesboek
- Schrift
- Etui
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with text slides.

Items in this lesson

Boekenpitch

Wat heb je nodig?
- Laptop en oplader
- Kern lesboek
- Leesboek
- Schrift
- Etui

Slide 1 - Slide

Leerdoelen week 20
1. Ik kan uitleggen wat verbale en non-verbale communicatie is.

2. Ik kan verbale en non-verbale communicatie interpreteren.

3. Ik kan bewust verbale en non-verbale communicatie gebruiken tijdens mijn boekenpitch. 
Wat heb je hieraan in jouw leven?

Slide 2 - Slide

Verbale communicatie:
met woorden

Onderdelen van verbale communicatie
- Tempo
- Volume
- Timing
- Articulatie

Slide 3 - Slide

Non-verbale communicatie:
zonder woorden

Onderdelen non-verbale communicatie
- Lichaamshouding 
 - Gebaren
- Oogcontact 
 - Gezichtsuitdrukking

Slide 4 - Slide

Korte opdracht: oefenen met verbale en non-verbale communicatie
Let op!
De spreker let op zijn verbale communicatie (tempo, volume, vloeiendheid)

De luisteraar let op zijn non-verbale communicatie (lichaamshouding, gebaren, gezichtsuitdrukking)
1. Werk in tweetallen
2. Je krijgt per persoon drie minuten de tijd om een kort verhaal te vertellen over jouw hobby/huisdier/beste vriend/...
3. Één iemand spreekt (verbale communicatie). De ander mag alleen met non-verbale communicatie reageren.
4. Na drie minuten wissel je. 

Slide 5 - Slide

Pitch: wat is je doel?
Mensen nieuwsgierig maken naar de rest...

Jouw boek verkopen. 

Slide 6 - Slide

Boekenpitch

Vals spel - Mirjam Mous

Wat valt op? 
Welke pitch vind je beter?
Waar moet een goede pitch aan voldoen?

Slide 7 - Slide

Presentatietips
  1. Spreek rustig: zorg voor een goed spreektempo.

  2. Spreek duidelijk: let op je volume, articulatie en spreekrichting.

  3. Maak contact door de luisteraar(s) aan te kijken. 

Slide 8 - Slide

Terugblik: recensie
Feedback

Slide 9 - Slide

Feedback recensie [1]
"Het was spannend omdat er actie in zat en informatief omdat ik niet veel wist over epilepsie. Het verhaal werd niet saai, en het zou ook in het echt kunnen gebeuren."

Wat gaat goed: meerdere (goede) beoordelingswoorden
Wat kan beter: wees uitgebreider (Wat is dan zo realistisch? Wat is er dan zo spannend?)

Slide 10 - Slide

Feedback recensie [2]
"(...) Als je wilt weten hoe het afloopt, koop dan snel het boek. Je hebt het boek binnen een paar dagen uit zo leuk is het! Vanaf de eerste bladzijde wil je gelijk door lezen. Je verveelt je geen seconde."

Wat gaat goed: enthousiast, overtuigend
Wat kan beter: 'leuk', wees uitgebreider (Waarom verveel je je geen seconde?)

Slide 11 - Slide

Feedback recensie [3]
"De personages zijn goed herkenbaar en hun avontuur in de enge escape room hield me op het puntje van mijn stoel. Echt een aanrader voor iedereen die van spannende boeken houdt!"

Wat gaat goed: overtuigend, goede beoordelingswoorden
Wat kan beter: wees uitgebreider

Slide 12 - Slide

Inhoudelijke tips
1. Gebruik voorbeelden uit het boek 

2. Vertel over gebeurtenissen, hoofdpersonen, taalgebruik of de opbouw van het boek

3. Gebruik passende beoordelingswoorden

Slide 13 - Slide

Aan de slag!
Wat ga je doen?
- Pitch (her)schrijven
- Belangrijke steekwoorden opschrijven (maximaal 6)
- Pitch oefenen en timen

Slide 14 - Slide

Pitch: checklist

- Titel en schrijver
- Korte en duidelijke samenvatting
- Hoofdpersoon
- Mening met 2 beoordelingswoorden
- Argumenten
- Kenmerk: opbouw van de tekst, taalgebruik, gebeurtenissen of hoofdpersonen
- Raad jij het boek aan of juist niet?
- Minimaal 1 minuut, maximaal 3 minuten

Slide 15 - Slide

Even oefenen: timing
1. Je werkt in tweetallen
2. Je vertelt jouw pitch aan je duo
3. De ander timet de pitch en geeft feedback
4. Hierna wissel je. 

- Kan je alle punten afvinken?
- Is de pitch duidelijk?
- Raak je overtuigd om het boek wel/niet te lezen?

Slide 16 - Slide

Presentatietips




Wat zijn jullie tips voor de pitch?

Slide 17 - Slide