Een bijwoordelijke bepaling is een apart zinsdeel (kun je los gebruiken).
Een bijvoeglijke bepaling zegt iets over een zelfstandig naamwoord en hangt dus samen met een aantal andere woorden tot een zinsdeel.
Bwb: In Duitsland | hebben | archeologen | drie verkoolde kaiserbroodjes| gevonden.
Bvb: Archeologen | hebben | in een klein stadje in Duitsland | drie verkoolde kaiserbroodjes | gevonden.