2.2 Oplossen met inklemmen 2024-2025



● Leerdoelen bespreken
● Terugblik: 2.1
● Uitleg: 2.2
● Zelfstandig werken
● Leerdoel behaald?
Welkom bij wiskunde
bij
bij
Start met 10 min. NUMO!
.
Leg je spullen op tafel
Wat gaan we doen
timer
10:00
1 / 21
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson



● Leerdoelen bespreken
● Terugblik: 2.1
● Uitleg: 2.2
● Zelfstandig werken
● Leerdoel behaald?
Welkom bij wiskunde
bij
bij
Start met 10 min. NUMO!
.
Leg je spullen op tafel
Wat gaan we doen
timer
10:00

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Je kunt vergelijking oplossen
met inklemmen (slim gokken)

Actieve leerhouding

H3: Formules en vergelijkingen
VK Formules en vergelijkingen
3.1: Oplossen met grafieken
3.2 Oplossen met inklemmen
3.3 Oplossen met de balansmethode
3.5 Lineaire formules
H2: Formules en vergelijkingen
VK Formules en vergelijkingen

2.1: Oplossen met grafieken

2.2 Oplossen met inklemmen

2.3 Oplossen met de balansmethode

2.4 Formules maken bij een grafiek

2.5 Formule maken bij een tabel

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

herhaling 2.1 oplossen met grafiek (maak L1, blz 62) 
Note

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

2.2: Oplossen met inklemmen

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

2.2: Oplossen met inklemmen
Soms kunnen we een grafiek niet (makkelijk) aflezen.
Wat kunnen we dan doen? 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

2.2: Oplossen met inklemmen
Soms kunnen we een grafiek niet (makkelijk) aflezen.
Wat kunnen we dan doen? 
We maken eerst een vergelijking.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

2.2: Oplossen met inklemmen
Vergelijking : som met een onbekende (t)


95,90=5,25+4,90t

Slide 7 - Slide

Wat betekent het = teken?
2.2: Oplossen met inklemmen
Vergelijking:
We willen een t vinden zodat de vergelijking klopt ofwel
we willen deze vergelijking oplossen.
95,90=5,25+4,90t

Slide 8 - Slide

Wat betekent het = teken?
2.2: Oplossen met inklemmen

Oplossen met inklemmen:
We gaan verschillende getallen voor t invullen door te schatten. Dit om steeds dichter bij het juiste antwoord te komen en uiteindelijk de vergelijking op te lossen.
Dat noemen we inklemmen.
95,90=5,25+4,90t

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

2.2: Oplossen met inklemmen


Schrijf mee in je aantekeningen!
Het is belangrijk om te weten dat er MINSTENS 3 berekeningen moeten staan. 
1 voor een t die te weinig is.
1 voor een t die te veel is.
1 voor een t die precies klopt. (dit kan met kommagetallen)
95,90=5,25+4,90t

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

2.2: Oplossen met inklemmen
95,90=5,25+4,90t
   t




          95,90 = 5,25 +4,90t




Slide 11 - Slide

This item has no instructions

2.2: Oplossen met inklemmen
95,90=5,25+4,90t
   t
t=20   



          95,90 = 5,25 +4,90t
5,25 +4,90 x 20 = 103,25      Te veel



Slide 12 - Slide

This item has no instructions

2.2: Oplossen met inklemmen
95,90=5,25+4,90t
   t
t=20   
t=18


          95,90 = 5,25 +4,90t
5,25 +4,90 x 20 = 103,25      Te veel
5,25 +4,90 x 18 = 93,45        Te weinig


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

2.2: Oplossen met inklemmen
95,90=5,25+4,90t
   t
t=20   
t=18
t=19

          95,90 = 5,25 +4,90t
5,25 +4,90 x 20 = 103,25      Te veel
5,25 +4,90 x 18 = 93,45        Te weinig
5,25 +4,90 x 19 = 98,35        Te veel

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

2.2: Oplossen met inklemmen
95,90=5,25+4,90t
   t
t=20   
t=18
t=19
t=18,5
          95,90 = 5,25 +4,90t
5,25 +4,90 x 20 = 103,25      Te veel
5,25 +4,90 x 18 = 93,45        Te weinig
5,25 +4,90 x 19 = 98,35        Te veel
5,25 +4,90 x 18,5 = 95,90     GOED!

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

2.2: Oplossen met inklemmen
95,90=5,25+4,90t
   t
t=20   
t=18
t=19
t=18,5
          95,90 = 5,25 +4,90t
5,25 +4,90 x 20 = 103,25      Te veel
5,25 +4,90 x 18 = 93,45        Te weinig
5,25 +4,90 x 19 = 98,35        Te veel
5,25 +4,90 x 18,5 = 95,90     GOED!
Dus: na 18,5 uur werken verdien je €95,90

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

gewicht (kg)= 40,3 + 0,45t
De kalf weegt 52 kg

Hoe wordt de vergelijking opgeschreven?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Reken uit:

52 = 40,3 + 0,45 t
Dus hoeveel dagen is de kalf dan?
Wat is de t?

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

zelf aan de slag!
Vind je het lastig? Stel vragen!

vanaf blz 65 : opgaven 13 t/m 16 + 18 + 20 + 22b/d/e + 23
timer
15:00

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions