1 vmbo 1.7 bk Allemaal anders

Allemaal anders

1 / 51
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Allemaal anders

Slide 1 - Slide

1a
Welkom
telefoon  in de bak
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
ga recht zitten
Wordt stil.


timer
2:00
stopwatch
00:00

Slide 2 - Slide

1b
Welkom
 zoek je plek op
telefoon in de bak 
pak je spullen 
Wordt stil.
lees blz:  34 en 35


timer
1:00
stopwatch
00:00

Slide 3 - Slide

1c
Welkom
telefoon  in bak
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.

timer
2:00
stopwatch
00:00

Slide 4 - Slide

1e
Welkom
telefoon  in bak
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.

timer
2:00
stopwatch
00:00

Slide 5 - Slide

wat gaan we vandaag doen?
herhalen vorige les: 1.6 Voedsel maken
leerdoelen vandaag
nieuwe theorie: 1.7 Allemaal anders
zelf aan de slag
herhalen leerdoelen

Slide 6 - Slide

pak nu je agenda
Zoek De volgende les bio op:


1a: do 17-10
1b:ma 14-10
1c:  wo 16-10
1e:  wo 16-10

Slide 7 - Slide

HUISWERK VOOR VOLGENDE les
MAKEN PARAGRAAF 3.3
lees de blauwe blokken tussen de vragen

VRAAG 1 TOT EN MET VRAAG 11

BLZ. 116 TOT EN MET BLZ. 119
1.6: allemaal anders


lezen:
de teksten via biologie voor jou

maken:
1.7 allemaal anders opdracht 1 t/m 9









1.5 allemaal anders

lezen:
de teksten via biologie voor jou

maken: 
1.5  allemaal anders opdracht 1 t/m 9



huiswerk volgende les

Slide 8 - Slide

wat gaan we vandaag doen?

leerdoelen vandaag
1.6 Voedsel maken.
zelf aan de slag
herhalen leerdoelen

Slide 9 - Slide

Fotosynthese vindt plaats in de bladeren van planten.
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quiz

Op welke manieren zijn planten belangrijk voor mensen en andere organismen?
Er zijn meerdere antwoorden goed.
A
Ze dienen als voedsel
B
Ze leveren zuurstof
C
Ze staan gezellig
D
Ze zijn mooi

Slide 11 - Quiz

In het donker maakt een plant zuurstof.
A
ja
B
nee
C
een beetje

Slide 12 - Quiz

Door fotosynthese maken planten voedsel voor dieren en mensen.
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quiz

leerdoelen vandaag (1.7)
Aan het einde van de les:
- kan je aanpassingen bij planten noemen
- kan je aanpassingen bij dieren noemen

Slide 14 - Slide

1.7 Allemaal anders
Op aarde leven heel veel planten en dieren.
Die zien er allemaal anders uit.
Ze zijn aangepast aan hun manier van leven.

Slide 15 - Slide

1.7 Allemaal anders
De meeste dieren en planten hebben aanpassingen aan hun leefomgeving en aan hun manier van leven.

Door aanpassingen kunnen organismen zich goed bewegen, voeden of verdedigen.

Slide 16 - Slide

Links zie je een ijsbeer. Een ijsbeer is goed aangepast aan zijn omgeving.

Hoe denk je dat de ijsbeer is aangepast aan zijn omgeving?


Slide 17 - Slide

1.7 Allemaal anders
IJsberen leven in het noorden, waar het koud is.
Een ijsbeer heeft daarom een dikke vacht.
Deze dikke vacht is een aanpassing aan zijn leefomgeving.

IJsberen hebben scherpe klauwen. Daarmee kunnen ze prooidieren vangen en kunnen ze zich goed verdedigen.
De klauwen van een ijsbeer zijn een aanpassing aan zijn manier van leven.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Aanpassingen van dieren
Gestroomlijnd lichaam: Hierdoor kunnen dieren snel door het water zwemmen of vliegen.
- vin
- staartvin
- kieuw
- zoogdier

Slide 20 - Slide

1.7 Allemaal anders
Ook planten hebben aanpassingen aan hun leefomgeving.

Sommige planten leven in droge gebieden en andere planten leven in natte gebieden. Beide planten hebben aanpassingen aan hun leefomgeving.

Slide 21 - Slide

Aanpassingen van planten
Wat valt je op?
Aanpassingen
Veranderingen waardoor je beter in een omgeving kunt leven
Tekst

Slide 22 - Slide

Planten in een droge omgeving hebben vaak kleine bladeren en veel wortels.

Die wortels zijn nodig om voldoende water op te nemen.

Slide 23 - Slide

Een plant in een natte omgeving heeft minder wortels nodig.

Slide 24 - Slide

Aanpassingen om te voeden
Dieren hebben ook aanpassingen aan het soort voedsel dat ze eten.

Slide 25 - Slide

Aanpassingen voor verdediging
Veel planten en dieren hebben aanpassingen om zich goed te kunnen verdedigen. Daardoor worden ze niet zo snel opgegeten. Wat ken je nog meer?
Schutkleur
Kleur(en) waardoor het dier heel erg op de omgeving lijkt, hierdoor word je minder snel gezien.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

1.7 Allemaal anders
Een braamstruik heeft stekels, zodat de bramen niet zo snel worden opgegeten.

Een brandnetel heeft brandharen. Als je een brandnetel vastpakt dan gaat het prikken en jeuken.
Hierdoor wordt een brandnetel minder snel opgegeten.


Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

1.7 Allemaal anders
Een egel verdedigt zich met stekels.

Sommige dieren hebben een schutkleur.
Een schutkleur lijkt op de leefomgeving.
Daardoor wordt het dier bijna onzichtbaar.

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

pak je labtop
zoek je  plekje aan de buitenkant van het lokaal.
 en log in

Slide 32 - Slide

HUISWERK VOOR VOLGENDE les
MAKEN PARAGRAAF 3.3
lees de blauwe blokken tussen de vragen

VRAAG 1 TOT EN MET VRAAG 11

BLZ. 116 TOT EN MET BLZ. 119

Basisstof: 6 voedsel maken


lezen:
de teksten via biologie voor jou

maken:
1.6 opdracht 1 t/m 5









Basisstof: 4 voedsel maken
basisstof: 6 fotosynthese

lezen:
de teksten via biologie voor jou

maken: 
1.4  opdracht 1 t/m 7
1.6  opdracht 1 t/m 4


aan het werk

Slide 33 - Slide

Wat is de functie van schutkleuren?
A
Zo zien de dieren er mooier uit
B
Zo zijn de dieren aantrekkelijker voor een partner
C
Zo worden dieren minder snel gezien
D
Zo worden de dieren sneller gezien

Slide 34 - Quiz

Wat is een aanpassing?

Slide 35 - Open question

Slide 36 - Slide

VRAGEN??

Slide 37 - Slide

zelf aan de slag
1.7 Allemaal anders: lees de tekst en maak de opdrachten:
opdracht 1 t/m 8 maken

(vanaf blz. 51)

Klaar? Maak test jezelf!!

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Slide

herhalen leerdoelen
Aan het einde van de les:
- kan je aanpassingen bij planten noemen
- kan je aanpassingen bij dieren noemen

Slide 51 - Slide