5. Waterbeheer in Nederland

1 / 25
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 
  • Je kunt beschrijven en verklaren hoe waterbeheer in Nederland is georganiseerd.
  • Je kunt voor- en nadelen van waterbeheer en maatregelen tegen wateroverlast en watertekort in Nederland vanuit verschillende dimensies beschrijven.

Slide 2 - Slide

Waterbeheer in Nederland 

Slide 3 - Slide

Vraag: 
Waarom is goed waterbeheer in Nederland heel belangrijk (geworden) 

Slide 4 - Slide

2

Slide 5 - Video

00:20
Wat betekent springtij?

Slide 6 - Open question

00:42
Wat valt je op aan de plekken waar het overstroomt?

Slide 7 - Open question

NAP staat voor
A
Nederlands algemeen Peil
B
Nederlands Amsterdam Peil
C
Normaal algemeen Peil
D
Normaal Amsterdams Peil

Slide 8 - Quiz

Zeewering 
De zeewering moet de kust beschermen:
- dijken 
- duinen 

Slide 9 - Slide

Na 1953
Dijken waren niet sterk genoeg. Grootser aanpakken. 
Er werd begonnen met de DELTAWERKEN. 
Doel: Zeeland en Zuid-Holland kunnen afsluiten. 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Waarom is de Westerschelde open? 
De Nieuwe Waterweg kan open en dicht. Waarom? 
Het openhouden van de Westerschelde hoort bij welke dimensie? 
D

Slide 12 - Slide

Gevaar 
In Nederland komt het gevaar niet alleen vanaf zee. Ook vanaf de rivieren komt het gevaar. Je kan Nederland zien als het afvalputje van Europa(als het gaat om het water) 

Slide 13 - Slide

Verleden 
Menselijk ingrijpen was gericht op het verbeteren van de waterstand en de bevaardbaarheid van de rivier. 
Deze kanalisatie bestond uit: 
  1. bochten weg in de rivier. 
  2. aanleggen van kribben -               snelheid en diepte rivier 
  3. aanleg stuwen                   waterpijl regelen en drinkwater noorden 
H

Slide 14 - Slide

Nog meer water in de rivier
  • bevolkingsgroei - huizen - minder groen - minder verdamping - minder rententie 
  • verstening van het wateroppervlak - sneller afvoer van water naar riool - minder retentie 
  • (een bij effect is dat het door verstening ook steeds warmer wordt) 
H

Slide 15 - Slide

Dit moet dus anders!

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Link

Hoe goed ken je het nu? 

Slide 19 - Slide


A
kribverlaging
B
dijkverlegging
C
dijkverhoging
D
nevengeul

Slide 20 - Quiz

Op de afbeelding hiernaast zie je...
A
dijkverlegging
B
obstakelverwijdering
C
rivierverdieping
D
uiterwaardeafgraving

Slide 21 - Quiz

Welke maatregel zorgt ook stroomafwaarts voor een verlaging van de piekafvoer?
A
Dijkverlegging
B
Nevengeulen
C
Noodoverloopgebieden
D
Uiterwaardvergraving

Slide 22 - Quiz

Op de afbeelding hiernaast zie je...
A
dijkverlegging
B
obstakelverwijdering
C
rivierverdieping
D
uiterwaardeafgraving

Slide 23 - Quiz

Dit onderdeel hoort NIET bij de zeewering van Nederland
A
dammen
B
duinen
C
rivierdijken
D
zeedijken

Slide 24 - Quiz

Wat moet je nu kunnen en kennen? 
Je moet alle begrippen kunnen uitleggen. 
Je moet de lesdoelen kunnen beantwoorden.
Je moet een samenvatting of een mindmap kunnen maken.

Slide 25 - Slide