hst 6 paragraaf 3 "licht en kleur"

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 2

hst 6.3 "Licht en kleur"

Vandaag

Herhaling paragraaf 6.1 & 6.2

Uitleg paragraaf 6.3

Herhaling 

Kernschaduw en halfschaduw

Als een voorwerp door één klein lampje wordt verlicht, krijg je een duidelijk schaduwbeeld. De overgang van licht naar donker is scherp. Als een voorwerp door twee lampjes wordt verlicht, ontstaan er twee schaduwbeelden. 

 

De schaduw van een hand die door twee lampjes wordt verlicht.

Omdat licht langs rechte lijnen beweegt, kun je op een eenvoudige manier de schaduw van een voorwerp tekenen.   

1 Teken de lichtstralen die net niet door het voorwerp tegengehouden worden (de ‘randstralen’).   

2 Kleur het gebied achter het voorwerp dat tussen de twee randstralen in ligt. Dit is het gebied waar het licht niet rechtstreeks kan komen: het schaduwgebied.

Zo teken je de schaduw van een voorwerp.

Kernschaduw

Het licht van de twee lampjes kan hier niet komen.

Halfschaduw   

Hier kan het licht van het ene lampje wel komen, maar van het andere lampje niet. 

Zo ontstaan kernschaduw en halfschaduw.

Spiegelbeelden bekijken

In een spiegel zie je een levensecht beeld van je eigen wereld. Het spiegelbeeld heeft zelfs diepte: het lijkt echt achter de spiegel te liggen. Kijk maar eens naar je hand, als je een spiegel vasthoudt, en dan naar het beeld van je gezicht. Je voelt dat je ogen zich steeds anders moeten instellen. Het spiegelbeeld is verder weg dan je hand. 

 De spiegelwereld verschilt op één belangrijk punt van de wereld voor de spiegel. Dat merk je meteen als je tekst bekijkt via een spiegel. Je ziet de tekst dan in spiegelschrift 

Spiegelschrift ziet er gewoon uit als je het via een (achteruitkijk)spiegel bekijkt.

Leerdoelen

6.3.1 Je kunt uitleggen wat een spectrum is en hoe je een spectrum zichtbaar maakt.

6.3.2 Je kunt uitleggen wat je met een zakspectroscoop kunt onderzoeken.

6.3.3 Je kunt uitleggen hoe je een voorwerp met een bepaalde kleur ziet bij verschillende kleuren licht.

Kleurenspectrum

Kleurenspectrum

wit bestaat uit:

• Rood
• Oranje
• Geel
• Groen
• Blauw
• Indigo
• Violet

ook wel: ROGGBIV

TL-buis of gloeilamp

Gloeilamp: Veel rood licht (warm)

TL-buis: Veel groen en violet (koud)

Zakspectroscoop

Voorwerpen en licht

Gele trui: Weerkaatst vooral geel licht
Andere kleuren licht worden geabsorbeerd (omgezet in warmte)
Bijna alles is een mengsel
Wit: Weerkaatst alle kleuren
Zwart: Absorbeert alle kleuren

Lampen en kleur

Als een lamp maar 1 kleur licht uitstraalt, kan alleen die kleur worden teruggekaatst
Bijv. straatlantaarns: natriumlampen
Zuiver geel licht
Gele trui lijkt geel
Paarse trui lijkt zwart: alle kleuren worden geabsorbeerd en er is geen gele kleur om te weerkaatsen

Violet licht

Aan de slag tot 10:55 

Opdracht 1 t/m 5

Opdracht 6 t/m 10

Opdracht 11 t/m 15

H6.3

*Zorg ervoor dat je laptop om 10:55 klaar staat

Makkelijk

Tussenin

Moeilijk

Leerdoelen

6.3.1 Je kunt uitleggen wat een spectrum is en hoe je een spectrum zichtbaar maakt.

6.3.2 Je kunt uitleggen wat je met een zakspectroscoop kunt onderzoeken.

6.3.3 Je kunt uitleggen hoe je een voorwerp met een bepaalde kleur ziet bij verschillende kleuren licht.

Afsluiting

Kahoot!