Samenvatting D.L. I, art. 1-75. Wie niet tot geloof komt, is daar zelf de schuld van:
door zijn verdorven aard, kiest hij altijd verkeerd.
6. God geeft aan sommige mensen het geloof, aan
anderen niet. Dat is zijn eeuwig besluit tot
verkiezing en verwerping.
De niet-uitverkorenen laat God over aan hun
slechtheid en hardheid.
7. God heeft voor de grondlegging van de wereld een
groot aantal mensen in Christus tot het heil
uitgekozen.