Installatieautomaten /aardlekschakelaars

Installatieautomaten /aardlekschakelaars
Installatieautomaat versus Aardlekschakelaar
It is time for GLORY
1 / 12
next
Slide 1: Slide
ElectronicaMBOStudiejaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

Installatieautomaten /aardlekschakelaars
Installatieautomaat versus Aardlekschakelaar
It is time for GLORY

Slide 1 - Slide

Wat is een bi-metaal
A
Een tekenfilm
B
2 verschillende metalen op elkaar
C
Een verwarming
D
Een metalen wisselschakelaar

Slide 2 - Quiz

Hoe schakelt de
installatieautomaat uit bij
een kortsluiting
A
Door de inwendige spoel
B
Door het Bi-metaal
C
Door stroomkabouters
D
Inventief magneetje

Slide 3 - Quiz

Welke installatieautomaat gebruik je in een woonhuis
A
A-automaten
B
B-automaten
C
C-automaten
D
D-automaten

Slide 4 - Quiz

Hoe noemen we deze
afschakeling?
A
Serie afschakeling
B
Non binaire afschakeling
C
Geen idee
D
Selectieve afchakeling

Slide 5 - Quiz

Waarvoor gebruik je een momentschroevendraaier?
A
Op het moment dat je hem nodig hebt
B
Om de installatieautomaat vast te zetten
C
Om de schroeven op het juiste moment aan te draaien
D
Om de schroeven los vast aan te draaien

Slide 6 - Quiz

Waar reageert een aardlekschakelaar?
A
Op een grote stroom
B
Op een kleine spanning
C
Op een kleine lekspanning
D
Op weerstand

Slide 7 - Quiz

Hoeveel groepen mogen maximaal achter een aardlekschakelaar
A
2
B
4
C
10
D
Hangt af van de kamers in een woning

Slide 8 - Quiz

Hoeveel aardlekschakelaars moeten er minimaal in een woning aanwezig zijn?
A
1
B
2
C
3
D
0

Slide 9 - Quiz

Wanneer schakelt een aardlekschakelaar uit?
A
10mA
B
30mA
C
50mA
D
110mA

Slide 10 - Quiz

Hoe worden vonkende verbindingen gedecteerd?
A
Brandblusser
B
Flame-thrower
C
De bluskamer van de aardlekschakelaar
D
Vlamboogbeveiliging

Slide 11 - Quiz

Een elektromotor met een Aanloopstroom (Ia) van 135A, en een nominale stroom (In) van 20A. We nemen hiervoor een Installatieautomaat van 25A en een ....
A
A-karakteristiek
B
B-karakteristiek
C
C-karakteristiek
D
D-karakteristiek

Slide 12 - Quiz