- Ik kan een formule bij een exponentiële groei opstellen
- Ik kan zien aan een exponentiële formule zien of het een stijgende of dalende grafiek is
- Ik kan de groeifactor omzetten naar een groeifactor waarbij de tijdseenheid groter of kleiner is.
1 / 13
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2
This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Exponentiële groei
Wiskunde
Donderdag 14 januari
Leerdoelen toetsen!
- Ik kan een formule bij een exponentiële groei opstellen
- Ik kan zien aan een exponentiële formule zien of het een stijgende of dalende grafiek is
- Ik kan de groeifactor omzetten naar een groeifactor waarbij de tijdseenheid groter of kleiner is.
Slide 1 - Slide
Exponentiële groei
- 2 multiple choice vragen
(45 seconden per vraag)
Slide 2 - Slide
Jan krijgt 1,3 % rente over zijn spaarrekening erbij.
Met welke groeifactor rekent hij de nieuwe prijs uit?
A
0,13
B
0,013
C
1,013
D
0,87
Slide 3 - Quiz
Bereken: 105% van 105% van €60,-
A
€67,25
B
€66,15
C
€53,85
D
€76,25
Slide 4 - Quiz
Exponentiële groei
- Ik kan een formule bij een exponentiële groei opstellen
- Ik kan zien aan een exponentiële formule zien of het een stijgende of dalende grafiek is
- 1 multiple choice
- 1 open vraag
- 1 sleepvraag
Slide 5 - Slide
Welke formule hoort bij de volgende tabel?
A
a=14t+7
B
a=7⋅14t
C
a=7⋅3t
D
a=7+3t
Slide 6 - Quiz
Leg uit: Wanneer is een exponentieel verband stijgend en wanneer dalend?
Slide 7 - Open question
v=5⋅5t
v=10⋅(21)t
v=5⋅3t
v=10⋅1t
1
2
3
4
Zet de formule bij de juiste grafiek
1
2
3
4
Slide 8 - Drag question
Exponentiële groei
- Ik kan de groeifactor omzetten naar een groeifactor waarbij de tijdseenheid groter of gehalveerd is.
- 2 multiple choice
Slide 9 - Slide
Van sommige bacteriën is de groeifactor 2 per 20 minuten
Wat is de groeifactor per uur?
A
6
B
8
C
4
D
7,5
Slide 10 - Quiz
Van sommige bacteriën is de groeifactor 2 per 20 minuten
Wat is de groeifactor per 10 minuten
A
1
B
1,41
C
1,5
D
1,57
Slide 11 - Quiz
Exponentiële groei
- 1 toetsopgave
Slide 12 - Slide
a) Welke groeifactor hoort bij deze tabel. Rond af op één decimaal. b) Vul de tabel verder in. Rond af op tientallen. c) Geeft een formule bij deze tabel d) Bereken de groeifactor per halve dag. Rond af op drie decimalen. e) Hoeveel cellen zijn er na anderhalve dag?