Examen schrijven - artikel

Artikel 2F 
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Artikel 2F 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Algemene informatie
  • Examen schrijven 
  • Het examen bestaat uit 3 schrijfopdrachten - een artikel, een memo en een zakelijke e-mail
  • Je krijgt 60 minuten om het examen te maken
  • Je wordt beoordeeld op: inhoud, afstemming op publiek, structuur en taalverzorging 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Beoordeling op inhoud 
  • Tekst afstemmen op schrijfdoel. Je moet het schrijfdoel uit de opdracht
     afleiden.   
  • Inleiding waarin onderwerp is aangekondigd, kern en slot
  • In de opdracht worden inhoudelijke punten genoemd die terug moeten komen in jouw tekst
  • Zelf (relevante) informatie bedenken om schrijfdoel te bereiken

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Afstemmen op het publiek
  • Toon en woordgebruik aanpassen aan publiek
  • Rekening houden met voorkennis van publiek 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Structuur
  • Passende titel
  • De volgorde van de informatie is logisch opgebouwd
  • Tekst heeft logische alinea's - witregels

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Taalverzorging
Taalfouten
  • Formulering - woordkeuzefouten, zinsopbouw, te veel info in één zin.
  • Spelling- fouten in werkwoordspelling -dt 
  • Interpunctie - hoofdletter begin zin, weglaten leestekens

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Voor je het artikel gaat schrijven
Schrijfplan artikel:
lees de tekst
bepaal je publiek
pakkende titel
wat komt er in je inleiding?  (aanleiding van het schrijven van het artikel en het doel) 
welke inhoudelijke punten moeten in de tekst komen? Hoe verdeel je je alinea's
wat schrijf je in je slot?


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Een artikel bestaat uit 3 delen
Inleiding:  noem het onderwerp en probeer de lezer te interesseren. 
Middenstuk/ kern: deelonderwerpen en inhoudelijke punten uit de opdracht
Slot: conclusie, advies of samenvatting

Slide 8 - Slide

inleiding: 
- aanleiding schrijven artikel
- voorbeeld van onderwerp
- vertel leuk kort verhaaltje van onderwerp

Alinea
Een alinea geef je aan met een witregel.
De verbanden tussen zinnen en alinea's maak je duidelijk met signaalwoorden. 
Signaalwoorden verbinden dus twee zinnen met elkaar. Daardoor word je tekst duidelijker. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Mijn feest kon niet doorgaan, omdat ik ziek was geworden.
A
opsomming
B
oorzaak- gevolg
C
conclusie
D
reden- argument

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Ten eerste vind ik Rotterdam een mooie stad en verder vind ik het een gezellige stad.
A
opsomming
B
oorzaak- gevolg
C
voorbeeld
D
reden- argument

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

In de kantine kan je verschillende broodjes kopen, bijvoorbeeld pistolets met kaas of bruine bollen.
A
opsomming
B
oorzaak- gevolg
C
voorbeeld
D
doel- middel

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

In de zomer is het weer wel lekker in Nederland, maar in de winter is het vaak erg koud.
A
opsomming
B
oorzaak- gevolg
C
tegenstelling
D
reden- argument

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Opdracht
Schrijf een artikel van minimaal 200 woorden en maximaal 300 woorden.
tip! Schijf na elke alinea het aantal woorden op.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions