This lesson contains 90 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 120 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
In welke voortplantingsorgaan rijpen de eicellen?
A
de baarmoeder
B
de teelbal
C
de eileider
D
de eierstok
Slide 9 - Quiz
Hoe heet de regio waar het schaamhaar op groeit?
Slide 10 - Open question
Waar vindt de bevruchting plaats?
A
Baarmoeder
B
Vagina
C
Eileider
D
Eierstok
Slide 11 - Quiz
Nummer 4 hebben jullie vorige semester gezien. Hoe heet de verbinding tussen de blaas en de buitenwereld weer?
Slide 12 - Open question
eileider
eierstok
baarmoeder
kleine schaamlip
grote schaamlip
vagina
Slide 13 - Drag question
Wat zijn de drie onderdelen van de baarmoeder?
Slide 14 - Open question
Oef. a p. 180: Wat is de functie van het zure milieu van de vagina?
Slide 15 - Open question
Welk vrouwelijk orgaan is de tegenhanger van de eikel bij de man?
A
Vagina
B
Kleine schaamlip
C
Clitoris
D
Venusheuvel
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Video
Slide 21 - Slide
Hoe lang duurt een gemiddelde menstruatiecyclus ?
A
20 dagen
B
35 dagen
C
28 dagen
D
25 dagen
Slide 22 - Quiz
Op dag 1 van de menstruatie cyclus begint de menstruatie
A
waar
B
niet waar
Slide 23 - Quiz
Wanneer is een vrouw vruchtbaar?
A
Tijdens de menstruatie
B
tijdens de ovulatie
C
Vlak na de menstruatie
D
Vlak voor de menstruatie
Slide 24 - Quiz
Wat gebeurt er op dag 14 ( gemiddeld)in de menstruatie cyclus?
A
Ongesteld zijn
B
Ovulatie
C
Innesteling
D
Menstruatie
Slide 25 - Quiz
Slide 26 - Slide
Stel ik heb mijn ovulatie op de 8ste dag van de maand. Hoe lang is mijn menstruatiecyclus dan?
A
28 dagen
B
22 dagen
C
20 dagen
D
26 dagen
Slide 27 - Quiz
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Slide 32 - Slide
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Slide
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Slide
Bij de ovulatie komt een eicel binnen in de baarmoeder.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 37 - Quiz
Elke cel van ons lichaam heeft 46 chromosomen, maar eicellen en zaadcellen hebben maar de helft, namelijk 23 chromosomen. Welk geslachtschromosoom (1) heeft een EICEL?
A
X of Y
B
X
C
Y
Slide 38 - Quiz
Hoeveel chromosomen bevat een bevruchte eicel?
A
2
B
46
C
44
D
23
Slide 39 - Quiz
Een zaadcel en een eicel zijn beiden
A
Haploid (2n)
B
Diploid (n)
C
Haploid (n)
D
Diploid (2n)
Slide 40 - Quiz
De rijpe eicel is...
A
Haploïd
B
Diploïd
Slide 41 - Quiz
Een bevruchte eicel is
A
haploid
B
diploid
C
triploid
Slide 42 - Quiz
In welk stadium zal de eicel ovuleren?
A
Als een primaire oöcyt
B
Als een secundaire oöcyt
C
Als een rijpe eicel
Slide 43 - Quiz
Hoe lang leeft een eicel?
A
4 uur
B
24 uur
C
72 uur
D
40 uur
Slide 44 - Quiz
Slide 45 - Slide
Slide 46 - Slide
Slide 47 - Slide
Slide 48 - Slide
Slide 49 - Slide
Slide 50 - Slide
Slide 51 - Slide
Slide 52 - Slide
Slide 53 - Slide
Slide 54 - Slide
Slide 55 - Slide
Slide 56 - Slide
Slide 57 - Slide
Slide 58 - Slide
Slide 59 - Slide
Slide 60 - Slide
Slide 61 - Slide
Slide 62 - Slide
Een follikel is een opengebarsten eicel.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 63 - Quiz
Ovulatiefase
menstruatiefase
luteale fase
folliculaire fase
dag 14
dag 1 - 5
dag 6 - 13
dag 15 - 28
baarmoederslijm verlaat lichaam
rijpe follikel barst en komt vrij
rijping en groei nieuwe eicel in een blaasje
baarmoeder maakt zich klaar voor eventuele innesteling
Slide 64 - Drag question
Welke fase uit de menstruatiecyclus wordt hier afgebeeld?
A
de menstruatiefase
B
de eisprong
C
de eicel - en follikelrijping
D
de lateale fase
Slide 65 - Quiz
Welke fase uit de menstruatiecyclus wordt hier afgebeeld?
A
de menstruatiefase
B
de eisprong
C
de eicel - en follikelrijping
D
de lateale fase
Slide 66 - Quiz
Welke fase uit de menstruatiecyclus wordt hier afgebeeld?
A
de menstruatiefase
B
de eisprong
C
de eicel - en follikelrijping
D
de lateale fase
Slide 67 - Quiz
Menstruatiecyclus
Menstruatie
Baarmoeder breekt slijmvlies af en voert dit af via de vagina.
Dit duurt gemiddeld 4 dagen (maar kan ook korter of langer!)
Baarmoeder gaat opnieuw slijmvlies aanmaken.
Dit wordt langzaamaan weer dikker
Ovulatie
(ongeveer) 14 dagen na het begin van de menstruatie komt er een nieuwe eicel vrij uit de eierstok
Baarmoederslijmvlies blijft dikker worden
Volgende menstruatie
(ongeveer) 28 dagen na, het begin van, de vorige menstruatie is er opnieuw menstruatie. Dit gebeurt alleen als de eicel niet is bevrucht
Cyclus herhaalt zich opnieuw
Slide 68 - Slide
Slide 69 - Slide
Welke hormonen worden aangemaakt ter hoogte van de hypofyse
A
LH en FSH
B
Oestrogeen en progesteron
Slide 70 - Quiz
Welke hormonen worden aangemaakt ter hoogte van de eierstokken
A
LH en FSH
B
Oestrogeen en progesteron
Slide 71 - Quiz
Slide 72 - Slide
Waar komt het bloed tijdens de menstruatie vandaan?
Slide 73 - Open question
Slide 74 - Slide
Slide 75 - Slide
Slide 76 - Slide
Slide 77 - Slide
Slide 78 - Slide
Slide 79 - Slide
Slide 80 - Slide
Slide 81 - Slide
Slide 82 - Slide
Slide 83 - Slide
Menstruatiecycus: Menstratiecyclus: In welke periode is het hormoon progesteron hoog in de afbeelding op het digibord?
Slide 84 - Open question
Welke cellen geven oestrogeen af?
A
follikelcellen
B
Leydigcellen
C
eicellen
D
Sertolicel
Slide 85 - Quiz
Welke hormonen produceert het geel lichaam?
A
LH
B
Oestrogeen
C
FSH
D
Progesteron
Slide 86 - Quiz
Welk hormoon is verantwoordelijk voor temperatuurstijging na de ovulatie?
A
Oestrogeen
B
LH
C
Progesteron
D
FSH
Slide 87 - Quiz
Welk orgaan produceert oestrogeen?
Slide 88 - Open question
Slide 89 - Slide
Wat gebeurt er met het baarmoederslijmvlies als er geen bevruchting plaatsvindt?
A
Het slijmvlies blijft aanwezig tot er wel een bevruchting plaatsvindt.
B
Het slijmvlies gaat op het einde van de cyclus afgestoten worden, wat we menstruatie noemen.