les 4 lees mee

maandag 3 april les 4 lees mee
Toets Lees mee 2 
les 4:  Huis van plastic flessen + tekstsoorten
Taal Compleet
Spreekoefeningen A1        
Modale werkwoorden A2 
1 / 45
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 1,2

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 43 min

Items in this lesson

maandag 3 april les 4 lees mee
Toets Lees mee 2 
les 4:  Huis van plastic flessen + tekstsoorten
Taal Compleet
Spreekoefeningen A1        
Modale werkwoorden A2 

Slide 1 - Slide

de aankondiging=
wat gaat er gebeuren
de gebruiksaanwijzing =
wat moet je doen

Slide 2 - Slide

het wasvoorschrift
de advertentie

Slide 3 - Slide

Op welke dagen kunnen de senioren sporten?
Je kunt elke dag spinning doen. waar of niet waar?
Ik kan alleen 's avonds en ik wil yoga doen, kan dat?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Waar gaat de tekst vooral over?

Slide 6 - Slide

Tekst

   2

Slide 7 - Slide

Tekst
     6

Slide 8 - Slide

Tekst
    8

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Welk tekstsoort zag je?
A
artikel
B
krant
C
email
D
spelregels

Slide 11 - Quiz


A
email
B
artikel
C
strip
D
spelregels

Slide 12 - Quiz

Welk tekstsoort zag je?
A
recept
B
spelregel
C
artikel
D
email

Slide 13 - Quiz

gevaar voorkomen
  • goede voorschriften
  • maatregelen
  • bescherming

Slide 14 - Slide

verkeerd
schuingedrukt
tenslotte
hoe speel je het spel
meestal
waar komt de tekst vandaan
wat je moet doen
spelregels
vaak
eindelijk
cursief
niet goed
de bron
het voorschrift

Slide 15 - Drag question

Slide 16 - Link

Wat zoekt u?


Welke kleur vindt u mooi?



Alstublieft 
Ik zoek een nieuwe  bril
jas
trui
broek
jurk
Ik wil graag   rood
paars
geel
blauw
oranje







Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

het project=
een groot plan
de toekomst =
de tijd die komt

Slide 20 - Slide

het statiegeld
speciaal = bijzonder
niet gewoon

Slide 21 - Slide

de fabriek
de nek van de fles

Slide 22 - Slide

bouwen
het gebouw - de bouwers
een fles met water vullen


Slide 23 - Slide

het cement
de constructie = het bouwwerk

Slide 24 - Slide

het voordeel 
het nadeel
het bouwmateriaal 

Slide 25 - Slide

de aardbeving 
flexibel = 
het kan bewegen

Slide 26 - Slide

koel = niet warm 
de afvalberg

Slide 27 - Slide

daarnaast = ook
twee vliegen in één klap

Slide 28 - Slide

wat is:
speciaal ?
A
bijzonder
B
leuk
C
alleen
D
veel dingen

Slide 29 - Quiz

makkelijk te buigen
A
constant
B
makkelijk
C
flexibel
D
overvloed

Slide 30 - Quiz

een moeilijk woord voor bouwwerk =
A
conditie
B
de consument
C
de configuratie
D
de constructie

Slide 31 - Quiz


Slide 32 - Open question

Wat betekent:
de toekomst
A
de tijd van nu
B
de tijd van vroeger
C
de tijd
D
de tijd die nog moet komen

Slide 33 - Quiz

Wat is toekomst?

2 goede antwoorden!
A
Volgend jaar
B
Nu
C
Eergisteren
D
Morgen

Slide 34 - Quiz


Slide 35 - Open question

Wat is dit?
A
het plamuurmes
B
het zand
C
het cement
D
de bakstenen

Slide 36 - Quiz


Slide 37 - Open question

Bij basketbal is lang zijn een ..

Slide 38 - Open question

Filmpje over zinnen maken
werkwoorden
modale werkwoorden:
moeten, willen, kunnen, zullen, mogen
Bij deze werkwoorden is altijd een ander werkwoord nodig in de zin 

Slide 39 - Slide

anders dan andere werkwoorden 
geen t extra bij hij/zij/jij
ik moet                       ik mag                           ik zal                 ik wil 
hij/jij/zij moet          jij/zij/hij mag             jij/hij/zij zal     hij/zij/jij wil
wij moeten              wij mogen                   wij zullen          wij willen

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Video

Maak een goede zin:
willen kopen

Slide 42 - Open question

maak een goede zin:

het meisje mogen










maak een goede zin:
morgen ?
het meisje kopen Zal een nieuwe jas morgen


Slide 43 - Open question

maak een zin met
kunnen studeren

Slide 44 - Open question

Slide 45 - Video