3.1 Een indeling van stoffen

3.1 Een indeling van stoffen
1 / 30
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

3.1 Een indeling van stoffen

Slide 1 - Slide

3.1 Een indeling van stoffen
Moleculaire stoffen zijn opgebouwd
uit niet-metalen.

Metalen zijn opgebouwd uit metalen.


Zouten zijn opgebouwd uit een 
metaal en een niet-metaal.

Slide 2 - Slide

Metalen - Zouten - Moleculaire stoffen
Stroomgeleiding door stoffen


Metalen
Zouten
Moleculaire stoffen
Vast
Ja
Nee
Nee
Vloeibaar
Ja
Ja
Nee
Gas
Nee
Nee
Nee

Slide 3 - Slide

Atoombouw
Atoommodel van Bohr
Een atoom bestaat uit:
- elektronen (negatieve geladen deeltjes)
- protonen (kern)
- neutronen (kern)

Slide 4 - Slide

Eigenschappen van protonen, neutronen en elektronen
Massa
Lading
Plek in atoom
Protonen
1 u
+
Kern
Neutronen
1 u
0
Kern
Elektronen
0,00054 u (afgerond 0
-
Elektronenwolk

Slide 5 - Slide

Isotopen

Isotopen hebben hetzelfde atoomnummer, maar een ander Massagetal.

Het aantal neurtonen is dus verschillend

Notatie isotopen





Hoeveel protonen heeft een koolstofatoom?

Slide 6 - Slide

Atoom
Protonen = atoomnummer
Neutronen = Atoommassa - atoomnummer
Elektronen = gelijk aan protonen.

Slide 7 - Slide

Isotopen
Dit noem je dan isotopen.

Waterstof kent in dit geval dus drie isotopen.

isotopen: atomen van dezelfde atoomsoort met een verschillend aantal neutronen in de kern

Slide 8 - Slide

Verklaring stoomgeleiding microniveau

Slide 9 - Slide

In welke 3 groepen kun je stoffen indelen op basis van hun elektrisch geleidingsvermogen?
A
Halogenen, Metalen, Zouten
B
Metalen, Niet-metalen, Zouten
C
Niet-metalen, Zouten, Moleculaire stoffen
D
Metalen, Zouten, Moleculaire stoffen

Slide 10 - Quiz

Metalen kunnen:
A
In vaste en vloeibare fase NIET geleiden
B
In vaste fase en in vloeibare fase WEL geleiden
C
In vaste fase WEL geleiden in vloeibare fase NIET
D
In vaste fase NIET geleiden, in vloeibare fase WEL

Slide 11 - Quiz

Hoe heet een verbinding tussen een metaal en een niet-metaal
A
moleculaire stof
B
zout
C
atomaire stof
D
legering

Slide 12 - Quiz

welk metaal is een edel-metaal?
A
Au
B
Na
C
Li
D
Hg

Slide 13 - Quiz

Metaal, zout of niet metaal?
NaCH3COO
A
Metaal
B
Niet Metaal
C
Zout

Slide 14 - Quiz

Metalen zijn:
A
C, H en O
B
He, Ne en Rn
C
Si, P en Cl
D
Li, Na en Fe

Slide 15 - Quiz


Is Xenon een metaal of een niet metaal
A
metaal
B
niet metaal

Slide 16 - Quiz

Zijn er meer metalen
of meer niet-metalen?
A
Metalen
B
Niet-metalen

Slide 17 - Quiz

Moleculaire stoffen zijn opgebouwd uit:
A
metalen én niet-metalen
B
ionen
C
niet-metalen
D
metalen

Slide 18 - Quiz

Zouten zijn moleculaire stoffen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Moleculaire stoffen geleiden
A
in vloeibare fase
B
in vaste fase
C
in vloeibare en vaste fase
D
niet

Slide 20 - Quiz

Moleculaire stoffen kunnen:
A
In vaste en vloeibare fase NIET geleiden
B
In vaste fase en in vloeibare fase WEL geleiden
C
In vaste fase WEL geleiden in vloeibare fase NIET
D
In vaste fase NIET geleiden, in vloeibare fase WEL

Slide 21 - Quiz

Een zout is opgebouwd uit?
A
ionen
B
moleculen
C
atomen

Slide 22 - Quiz

Zouten kunnen:
A
In vaste en vloeibare fase NIET geleiden
B
In vaste fase en in vloeibare fase WEL geleiden
C
In vaste fase WEL geleiden in vloeibare fase NIET
D
In vaste fase NIET geleiden, in vloeibare fase WEL

Slide 23 - Quiz

Wat is een zout?
A
Een verbinding van een metaal en een niet-metaal
B
een verbinding van twee metalen
C
een verbinding van twee niet-metalen
D
een moleculaire stof die kan oplossen in water

Slide 24 - Quiz

Niet-metalen:

  • Dof
  • Breekbaar
  • Slechte geleiders
  • Edelgassen en halogenen

Metalen:

  • Glanzen
  • Buigbaar
  • Goede geleiders
  • In gesmolten toestand kunnen ze worden gemengd met andere metalen (LEGERINGEN)


Binas blz 34

Slide 25 - Slide

Metalen
  • Een zuiver metaal bestaat uit een atoomsoort --> element
  • Overeenkomsten tussen metalen:
  1. Een glimmend oppervlak in zuivere vorm;
  2. Ze geleiden warmte en elektrische stroom;
  3. Ze kunnen worden vervormd, vooral als ze heet zijn;
  4. Ze kunnen in gesmolten toestand worden gemengd met andere metalen.

Slide 26 - Slide

Legeringen
Een legering is een afgekoeld mengsel van samengesmolten metalen.
Een legering heeft andere stofeigenschappen dat de afzonderlijke metalen

Slide 27 - Slide

Metaalrooster (1)
In een vast metaal bevinden de metaalatomen zich gerangschikt 
in een rooster: metaalrooster


één natriumatoom
meerdere natriumatomen vormen een metaalrooster

Slide 28 - Slide

De bouw van vaste stoffen: Metaalrooster
  • Bij metalen zijn metaalatomen gestapeld in een metaalrooster.
  • Resultaat: metaalrooster met positieve metaalionen, omringd door negatieve vrije bewegende elektronen.
  • Metaalbinding (micro) is sterk -> hoog smeltpunt (macro).

Slide 29 - Slide

Metaalrooster
Legering

Slide 30 - Slide