BS 14.2: De huid en het onderhuidse bindweefsel

BS 14.2: De huid en het onderhuidse bindweefsel
1 / 41
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 4

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

BS 14.2: De huid en het onderhuidse bindweefsel

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Bij het inwendig milieu horen:
A
Lucht in de longen
B
Bloedplasma
C
Voedselbrij in de darmen

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Insuline
Glucagon

Slide 3 - Drag question

This item has no instructions

De longen houden het inwendig milieu constant door
A
Opslag
B
Uitscheiding
C
Bescherming
D
Opname

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Alvleesklier maakt insuline
Alvleesklier maakt glucagon

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

Waar of niet waar?
Koolstofdioxide in een bloedvat valt onder het inwendige milieu.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Sleep een vinkje naar de onderdelen van het inwendige milieu

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Glucose -> Glycogeen
Glycogeen -> Glucose
Insuline
Glucagon

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Welke onderdelen vallen onder het inwendige milieu? En welke onder het uitwendige milieu? Sleep naar het juiste vak!
Inwendig milieu
Uitwendig milieu
In de mond
In het bloed
In de blaas
In de darmen
In de lever

Slide 9 - Drag question

This item has no instructions

Planning
  1. Terugblik BS 14.1
  2. Leerdoelen
  3. Uitleg BS 14.2
  4. Opdrachten maken
  5. Wat hebben we geleerd?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Herhaling 14.1
  1. Wat is het verschil tussen inwendig en uitwendig milieu?
  2. Welke twee onderdelen vallen onder inwendig milieu?
  3. Welke drie processen zorgen voor het constant houden van een inwendig milieu?
  4. Noem voorbeelden bij elk proces.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Je kunt de delen van de huid en van het onderhuidse bindweefsel noemen met hun kenmerken en functies.
  • Je kunt beschrijven hoe de lichaamstemperatuur min of meer constant wordt gehouden

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Delen van de huid

Opperhuid: hoornlaag & kiemlaag
  • Liggen geen bloedvaten

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Delen van de huid

Hoornlaag: dode cel resten: bescherming tegen beschadiging, uitdroging en ziekte verwekkers

Eelt: een erg dikke hoornlaag

 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Delen van de huid

Kiemlaag: (levende cellen): de onderste laag cellen deelt zich steeds. 
Hierdoor wordt de afslijtende hoornlaag aangevuld

Bevat pigment: beschermt tegen uv-straling
 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Delen van de huid

Haar met talgkliertje.
Talg houdt de haren en de hoornlaag soepel en remt de bacterie groei

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Delen van de huid

Lederhuid: met zintuigen, zenuwen, haarspiertjes, bloedvaten en zweetklieren

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Delen van de huid

Zweetklieren: produceren zweet.
  • Het zweet komt uit de poriën op de huid.
  • Door verdamping van zweet koelt het lichaam af.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Delen van de huid

Onderhuids bindweefsel:
  • Hierin ligt vet opgeslagen
  • Vet dient als reserve voedsel en heeft een warmte-isolerende werking

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Lichaamstemperatuur:
  • Constante lichaamstemperatuur door balans tussen warmteproductie en warmte afgifte
  • Warmte productie: verbranding 
  • Warmte afgifte: via bloed en zweet


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Bescherming tegen stijging:
  • Bloedvaten in je huid worden wijder
  • De huid wordt roder
  • Zweetklieren produceren meer zweet

Bescherming tegen daling:
  • Bloedvaten in je huid worden nauwer
  • Huid wordt bleker
  • Zweetklieren produceren minder zweet
  • Warmteproductie door verbranding neemt toe (rillen / klappertanden)

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Je huid heeft 3 lagen

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

De opperhuid
De eerste laag van de huid is de opperhuid.

Bestaat uit:
  • Hoornlaag
  • Kiemlaag

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

De hoornlaag = resten van dode cellen. 
De hoornlaag beschermt tegen: beschadiging, uitdroging  ziekteverwekkers.
De hoornlaag slijt aan de buitenkant af.

De kiemlaag= levende cellen. Deelt zich voortdurend. Er komen daardoor nieuwe kiemlaagcellen.

 De bovenste kiemlaagcellen schuiven op naar buiten en verhoornen. Ze maken hoornstof. Hoornstof komt ook voor in nagels en in haren. Als de cellen zijn verhoornd, sterven ze af.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Pigment

Pigment beschermt tegen UV-straling.

Een donkere huid maakt veel pigment.

Een lichte huid maakt weinig pigment. (Insmeren!)

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

pigment: beschermt delende cellen in de kiemlaag tegen uv straling.
Hoe meer pigmentcellen --> hoe donkerder de huid.
Meer uv straling --> pigmentcellen maken meer pigment aan

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

De lederhuid
Liggen de zintuigen

Haarzakjes
Talgklieren 
Zweetklieren
Bloedvaten
Haaroprichters/spiertjes

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Zweetklieren: Regeling van de Lichaamstemperatuur
Zweetklieren produceren zweet


Doorbloeding
Verwijding van bloedvaten

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Zintuigen in je huid
Warmtezintuigen reageren als je huid iets aanraakt dat warmer is dan je huid.

Koudezintuigen reageren als je huid iets aanraakt dat kouder is dan je huid.

Drukzintuigen reageren als er op je huid wordt gedrukt.

Tastzintuigen reageren op een lichte aanraking van je huid.

Slide 29 - Slide

Met je tastzintuigen kun je waarnemen hoe voorwerpen aanvoelen, bijvoorbeeld glad, ruw, hard of zacht. De tastzintuigen liggen in tastknopjes.
Pijnpunten
Pijn nemen we waar met pijnpunten. Dat zijn de uiteinden van bepaalde zenuwen. 

Pijnpunten komen op allerlei plaatsen in het lichaam voor, ook in dieper gelegen organen. 

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Onderhuids bindweefsel

  • In het onderhuids bindweefsel lopen zenuwen en bloedvaatjes. 

  • In het onderhuids bindweefsel is vet opgeslagen. 

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

vragen
VRAGEN? 

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Tot welke huidlaag behoort een haar
A
hoornlaag
B
kiemlaag
C
lederlaag
D
onderhuids bindweefsel

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Een blaar bestaat uit weefselvloeistof, is dit het inwendige of het uitwendige milieu?
A
Inwendig milieu
B
Uitwendige Milieu?

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Hieronder staan 3 beweringen over de huid
Je ziet iemands huid op 2 momenten
Plaats de beweringen bij het juiste moment
De bloedvaten in de huid zijn het wijdst
de warmteproductie door het lichaam is het grootst
de zweetproductie is het grootst

Slide 35 - Drag question

This item has no instructions

In welk deel van het lichaam slaat een mens reservestof vooral op?
A
kiemlaag
B
lederhuid
C
in het onderhuidse bindweefsel
D
opperhuid

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

Is het voedsel dat je eet, het inwendige of uitwendige milieu?
A
Inwendig milieu
B
Uitwendige milieu

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

Een blaar bestaat uit weefselvloeistof, is dit het inwendige of het uitwendige milieu?
A
Inwendig milieu
B
Uitwendige Milieu?

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Wat doen je longen om je inwendige milieu constant te houden?
A
Opname en opslag
B
Opslag en uitscheiding
C
Opname en uitscheiding

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Opdrachten maken
Maak BS 14.2: opdrachten 1 t/m 8
timer
5:00

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Wat hebben we geleerd?
  1. Uit welke lagen bestaat de opperhuid en wat is het verschil?
  2. Welke onderdelen heeft de lederhuid wel en de opperhuid niet?
  3. Hoe houden we ons lichaamstemperatuur constant?

Slide 41 - Slide

This item has no instructions