This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 100 min
Items in this lesson
SO Lezen H5 en H6
H5 Mening, argument en conclusie
H6 Lay-out van een tekst
Slide 1 - Slide
of
Feit
Mening
Slide 2 - Drag question
Op welke manieren kun je een mening onderbouwen (bewijzen)?
Slide 3 - Open question
Welke definitie (uitleg) van 'een argument' is fout?
A
De uitleg van je mening.
B
Het tegenovergestelde van je mening.
C
De reden van je mening.
D
De onderbouwing van je mening.
Slide 4 - Quiz
Welke omschrijving voor 'een gegeven' is fout?
A
Iets wat je zegt of schrijft.
B
Iets wat zo is.
C
Een ander woord voor feit.
D
Iets wat je kunt controleren.
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Slide
Welk synoniem voor 'mening' is fout?
A
Oordeel
B
Argument
C
Standpunt
D
Opvatting
Slide 7 - Quiz
Conclusie trekken = kort herhalen van mening en argumenten.
Slide 8 - Slide
Wat is geen goed synoniem voor 'dus'?
A
dat betekent
B
concluderend
C
daarom
D
want
Slide 9 - Quiz
Mirthe vertelt over het Bevrijdingsfestival. - De podia stonden te dicht bij elkaar; - De hoofdact kwam veel te laat; - Het was een open terrein, er was bijna geen schaduw.
Welke conclusie past hier het beste bij?
A
Dus ...ze hadden een andere act moeten uitnodigen.
B
Dus ... moesten er meer schaduwplekken zijn.
C
Dus ... de organisatie van het festival kon veel beter.