Les Bevruchting

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
H4 Voortplanting: 
4. 1 Nieuw leven
Deze les:
- Bevruchting 
- Embryonale ontwikkeling

1 / 33
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3,4

This lesson contains 33 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
H4 Voortplanting: 
4. 1 Nieuw leven
Deze les:
- Bevruchting 
- Embryonale ontwikkeling

Slide 1 - Slide

Aan het einde van de les...
kan je uitleggen hoe een zaadcel bij een eicel komt
Kan je uitleggen wat er na de bevruchting met de eicel gebeurt
kan je uitleggen hoe een embryo ontstaat

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Bevruchting

Slide 4 - Slide

Bevruchting

De eicel wordt omgeven door follikelcellen (voeding)
Zaadcellen komen in de eileider via de vagina en de baarmoeder. 
De eicel komt door de 
eisprong (ovulatie) uit de eierstok in de eileider.

Slide 5 - Slide

Bevruchting

Zaadcellen geven enzymen af -> afbraak van eischil
De eerste zaadcel die contact maakt met het celmembraan van de eicel kan er mee fuseren.
Zaadcellen dringen zich door 
de follikelcellen heen.
Zaadcellen maken contact met 
eischil (zona pellucida). 

Slide 6 - Slide

Bevruchting
Een ondoordringbare laag 
ontstaat om bevruchte eicel 
bevruchtingsmembraan

Kern van zaadcel dringt het cytoplasma van de eicel binnen en de kernen versmelten.

Bevruchte eicel = zygote.

Slide 7 - Slide

Bevruchting in 5 stappen
1. Een zaadcel dringt tussen de follikelcellen door richting de eicel.
2. De zaadcel boort een gaatje in de zona pellucida.
3. De membranen van zaadcel en eicel versmelten.
4. De kern van de zaadcel komt in de eicel en versmelt daar met de kern van de eicel.
5. De zona pellucida verandert in een ondoordringbare laag voor andere zaadcellen

Slide 8 - Slide

Zygote
Na 30 uur gaat de zygote 
voor het eerst delen
Klievingsdelingen: geen plasmagroei 
(waarom niet?)
Door trilhaarcellen richting de baarmoeder

Slide 9 - Slide

De cel deelt zich

De eerste delingen heten de Klievings-delingen

Slide 10 - Slide

Blastula
Na 5 dagen het embryo een blaasje (met 
een holte) en heet dan blastula.

De buitenste laag cellen heet de trofoblast de holte heet de blastulaholte.


Slide 11 - Slide

7 dagen
De innesteling vindt plaats in de baarmoederwand.
In de blastula zit een klompje cellen (embryoblast) met de kiemschijf (toekomstig embryo) en het toekomstige dooierblaasje.

Slide 12 - Slide

9 dagen
Er ontstaan twee holtes: een amnionholte en een dooierblaasje (vormt de eerste bloedcellen).
De trofoblast vormt uitstulpingen, vlokken
die het baarmoederslijmvlies
in groeien. Hierdoor wordt 
de placenta gevormd.

Slide 13 - Slide

Hormonen - HCG
Vanaf de innesteling geven de cellen van het trofoblast het hormoon HCG af. Dit hormoon voorkomt dat er een menstruatie start.
Dit hormoon is in de urine van 
zwangere vrouwen aan te tonen
en wordt aangetoond bij een
positieve zwangerschapstest.

Slide 14 - Slide

16 dagen
De hechtsteel ontstaat vanuit cellen tussen de trofoblast en de kiemschijf. Deze hechtsteel vormt de navelstreng.

Slide 15 - Slide

31 dagen
De amnionholte groeit om het hele embryo heen en is gevult met vruchtwater. Deze holte beschermt het embryo tegen schokken.
Het amnion is één van de twee
vruchtvliezen. De andere 
(het chorion) wordt gevormd 
door de trofoblast.

Slide 16 - Slide

Placenta
Gescheiden bloedsomlopen. Uitwisseling van stoffen: zuurstof, voedingsstoffen, afvalstoffen, koolstofdioxide.

Slide 17 - Slide

Embryo -> foetus 
Na 8 weken zijn alle organen aangelegd en heet het embryo een foetus.


Slide 18 - Slide

1. Navelstreng 
2. Amnionholte = vruchtvlies met vruchtwater
4. Dooierzak = eerste voedingsvoorraad
6. Placenta.

Slide 19 - Slide

Aanleg gelachtsorganen
Jongens hebben chromosomen X en Y, meisjes hebben XX.
Bij aanwezigheid van een Y chromosoom is een SRY gen actief. Dit zorgt voor de ontwikkeling van testes (zaadballen)  rond de 6e week.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Afsluiting
Doel
vragen

Slide 33 - Slide