De overheid voor ons allemaal

Welkom!
Herhaling hoofdstuk 7 De overheid voor ons allemaal
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Welkom!
Herhaling hoofdstuk 7 De overheid voor ons allemaal

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  1. Verschillende overheidslagen benoemen
  2. Weten hoe de overheid ons gedrag beinvloedt
  3. Sociale zekerheid: waarom, soorten en wie betaalt?
  4. Collectieve en particuliere sector
  5. Rijksbegroting: inkomsten en uitgaven

Slide 2 - Slide

Noem de lagen van de overheid.

Slide 3 - Open question

Taken van de overheid 
  1. Gezondheidszorgen (ziekenhuizen)
  2. Sociale zekerheid (uitkeringen)
  3. Zorgen voor volkshuisvesting (wonen)
  4. Zorgen voor onderwijs
  5. Zorgen voor veiligheid (politie, leger, dijken)


Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Wie gaat er over verbreding van de A2 tussen Utrecht en Amsterdam?
A
Provincie Noord-Holland
B
Provincie Utrecht
C
Gemeente Utrecht
D
Het Rijk

Slide 6 - Quiz

Wat is GEEN taak van de gemeente?
A
Riolering
B
Recreatiegebieden
C
Sportparken
D
Ouderenzorg

Slide 7 - Quiz

Wat doet de overheid voor de economie?
  • Investeren in goede infrastructuur (dat levert werkgelegenheid op);
  • Heffingen leggen op ongewenste activiteiten (om deze af te remmen);
  • Subsidies verstrekken om te steunen en te stimuleren;
  • Kartelafspraken verbieden om te zorgen dat de concurrentie eerlijk is.


Slide 8 - Slide

Kartel
Een kartel is een samenwerking tussen bedrijven waarbij (verboden) prijsafspraken worden gemaakt.

Het doel is om de onderlinge concurrentie te beperken.

Slide 9 - Slide

Hoe beinvloedt de overheid?
Accijns: extra belasting op alcohol, olie, tabak
Doel: minder consumptie 

Subsidie: financiele bijdrage van de overheid
Doel: meer consumptie
Voorlichting geven (bewustwording)

Slide 10 - Slide

Koppel de juiste woorden aan de zinnen.
De overheid heeft invloed op ons gedrag door:
postief gedag met ... te stimuleren.
in het algemeen ... te geven.
ongewenst gedrag met ... af te remmen.
ongewenst gedrag te ...
extra belastingen en heffingen
voorlichting
verbieden
subsidie

Slide 11 - Drag question

Waarop heft de overheid accijns?
A
Benzine, chocola, kleding
B
Sigaretten, vlees, kleding
C
Alcohol, sigaretten, benzine
D
Alcohol, medicijnen, benzine

Slide 12 - Quiz

Juist
Onjuist
De leeftijdsgrens voor de AOW wordt in de komende jaren verlaagd naar 65 jaar.
Mensen van wie de partner vroeg overlijdt, hebben ook voor hun 65ste recht op AOW.
Als je in de WW zit, krijg je altijd 75% van je laatstverdiende brutoloon.
Een werknemer die langer dan twee jaar ziek is, kan een WIA-uitkering krijgen.

Slide 13 - Drag question

Sociale zekerheid

Slide 14 - Mind map


Collectieve sector =

overheid en sociale zekerheidinstellingen

  • geen winstdoel


Particuliere sector =

bedrijven en burgers

  • winstdoel


Collectieve en particuliere sector

Slide 15 - Slide

Wat is geen voorbeeld van een collectieve voorziening?
A
Brandweer
B
Dijken
C
Onderwijs
D
Recreatieparken

Slide 16 - Quiz

Collectieve sector
Particuliere sector

Slide 17 - Drag question

Privatisering
Overgang van de collectieve sector naar de particuliere sector:

De overheid verkoopt een dienst of activiteit aan een bedrijf in de particuliere sector.


Slide 18 - Slide

Welke stelling is niet waar?
A
De winkelier draagt de btw af aan de overheid.
B
BTW en accijns zijn voorbeelden van indirecte belasting.
C
De werknemer betaalt zelf loonbelasting aan de overheid.
D
BV en NV betalen vennootschapsbelasting.

Slide 19 - Quiz

Profijtbeginsel
Draagkrachtbeginsel
Solidariteitsbeginsel

Iedereen die werkt, staat een deel van zijn/haar inkomen af aan mensen die geen inkomen hebben.
Je betaalt alleen als je ergens gebruik van maakt. 
Hoge inkomens betalen in verhouding meer belasting dan lage inkomens

Slide 20 - Drag question

Welke uitspraak over de miljoenennota en de rijksbegroting is juist?
A
De rijksbegroting licht de miljoenennota toe
B
De miljoenennota licht de rijksbegroting toe
C
De rijksbegroting en de miljoenennota zijn hetzelfde
D
De rijksbegroting en de miljoenennota hangen niet samen

Slide 21 - Quiz

En nu?
Zijn er nog vragen? Laatste kans.
Leren voor de toets van morgen. 
Aan de slag!

Slide 22 - Slide