This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Formatieve Les H11B
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Ik los kwadratische vergelijkingen op.
Ik noteer de oplossingen van ongelijkheden met een intervalnotatie en een ongelijkheidsnotatie.
Ik los kwadratische ongelijkheden op m.b.v. grafieken.
Ik los machtsvergelijkingen op.
Ik los kwadratische vergelijkingen op met kwadraatafsplitsen.
Slide 2 - Slide
1. De machtsvergelijking x^n = c is gegeven. De exponent van de vergelijking is even en c > 0. Geef het aantal oplossingen van de machtsvergelijking.
Slide 3 - Open question
2. Vul in: als x elke waarde mag aannemen, zeg je dat x tot de verzameling … behoort.
Slide 4 - Open question
3. Los indien mogelijk de machtsvergelijkingen op. Geef een exact antwoord en een benadering in twee decimalen.
Slide 5 - Open question
4. Los indien mogelijk de machtsvergelijkingen op. Geef een exact antwoord en een benadering in twee decimalen.
Slide 6 - Open question
5. Los indien mogelijk de machtsvergelijkingen op. Geef een exact antwoord en een benadering in twee decimalen.
Slide 7 - Open question
6. Willem en Dirk rijden in hun auto’s. Ze rijden allebei met een constante snelheid, maar Willem rijdt sneller dan Dirk. Op het moment dat Willem de startstreep passeert, rijdt Dirk 20 meter voor hem. Op dat moment gaat Dirk versnellen. De formule s = 14t hoort bij de auto van Willem. De formule s = 0,5at² + 7t + 20 hoort bij de auto van Dirk. In beide formules stelt s de afstand vanaf de startstreep voor in meters en t de tijd in seconden sinds Willem de startstreep passeerde. Het getal a is afhankelijk van hoeveel Dirk zijn auto laat versnellen. Neem a = 2. Wie is verder van de startstreep na 5 seconden?
Slide 8 - Open question
Willem: 14 × 5 = 70 meter
Dirk: 0,5 × 2 × 52 + 7 × 5 + 20 = 80 meter
Dirk is dus verder van de startstreep.
Slide 9 - Slide
7. Willem en Dirk rijden in hun auto’s. Ze rijden allebei met een constante snelheid, maar Willem rijdt sneller dan Dirk. Op het moment dat Willem de startstreep passeert, rijdt Dirk 20 meter voor hem. Op dat moment gaat Dirk versnellen. De formule s = 14t hoort bij de auto van Willem. De formule s = 0,5at² + 7t + 20 hoort bij de auto van Dirk. In beide formules stelt s de afstand vanaf de startstreep voor in meters en t de tijd in seconden sinds Willem de startstreep passeerde. Het getal a is afhankelijk van hoeveel Dirk zijn auto laat versnellen. Neem a = 1. Na hoeveel seconden haalt Willem Dirk in?
Slide 10 - Open question
Slide 11 - Slide
8. Willem en Dirk rijden in hun auto’s. Ze rijden allebei met een constante snelheid, maar Willem rijdt sneller dan Dirk. Op het moment dat Willem de startstreep passeert, rijdt Dirk 20 meter voor hem. Op dat moment gaat Dirk versnellen. De formule s = 14t hoort bij de auto van Willem. De formule s = 0,5at² + 7t + 20 hoort bij de auto van Dirk.
Neem a = 0,5. Hoelang rijdt Willem voor Dirk? Geef je antwoord in seconden en rond je antwoord af op één decimaal.
Slide 12 - Open question
Slide 13 - Slide
9. Schrijf bij elke getallenlijn het interval in de ongelijkheidsnotatie.
Slide 14 - Open question
10. In het assenstelsel zijn twee grafieken getekend. De parabool hoort bij de formule y = x2 – 9x + 18. Bereken de coördinaten van de snijpunten van de parabool met de lijn die bij de formule y = 2x – 6 hoort.
Slide 15 - Open question
Slide 16 - Slide
11. In het assenstelsel zijn twee grafieken getekend. De parabool hoort bij de formule y = x2 – 9x + 18. Lijn m in het assenstelsel hoort bij de formule y = –2x + 8. Los de ongelijkheid x2 – 9x + 18 ≥ –2x + 8 op.
Slide 17 - Open question
Slide 18 - Slide
12. Schrijf bij elke getallenlijn het interval in de ongelijkheidsnotatie.
Slide 19 - Open question
13. Los op met behulp van kwadraat afsplitsen. Geef exacte antwoorden.
Slide 20 - Open question
Slide 21 - Slide
14. Los op: x2 + 11x – 13 ≤ 8x – 9.
Slide 22 - Open question
Slide 23 - Slide
16. Los op met behulp van kwadraat afsplitsen. Geef exacte antwoorden.
Slide 24 - Open question
Slide 25 - Slide
15. Los op met behulp van kwadraat afsplitsen. Rond af op 2 decimalen.
Slide 26 - Open question
Slide 27 - Slide
Werk eventueel je antwoord uit op papier en upload daar een foto van.
Geef na het bespreken aan of je de opdracht begrepen had.
Slide 28 - Slide
Beheers je H11B?
Neem de nummers van de leerdoelen uit de volgende tabel over en bekijk daarna per leerdoel of je alles van dat doel beheerst.