Examen uitleg BK4

Examentraining BK4
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Examentraining BK4

Slide 1 - Slide

CE - Engels 
- Kijk- en Luistervaardigheid
- Leesvaardigheid
- Soorten vragen
- Tips
- Voorbereiding
- Samenvatting
- Examenkracht.nl

Slide 2 - Slide

Wat heb je nodig?
> Oortjes (met draad!)
> Woordenboek Engels-Nederlands
> Woordenboek Nederlands
> pen/potlood

Slide 3 - Slide

Kijk- en Luistervaardigheid
> Aan het begin van het examen: kijk en luisteropdrachten
> Richting het einde van het examen: luisteropdrachten
> Filmpjes en fragmenten zijn minder dan 1 minuut.
> Multiple choice of true/false vragen
> Je mag pauzeren en terugspoelen; doe dit indien je twijfelt.

Slide 4 - Slide

Lezen
> Per tekst een of meerdere vragen; afhankelijk van de lengte  
> Meerkeuze vragen.
> Wel/Niet - Juist/onjuist vragen
> Hot text vragen
> Tekst markeren

Slide 5 - Slide

Lezen
Leesstrategieën
1. Globaal lezen: een algemene indruk 
2. Intensief lezen: specifieke/gedetailleerde informatie
3. Zoekend lezen: specifieke informatie/data/getallen

> Afhankelijk van de vraag 

Slide 6 - Slide

Meerkeuze vragen
> Eén antwoord is goed, tenzij anders aangegeven!
> Leest eerst de vraag goed; zo weet je wat en waar je het moet zoeken. 
> Lees alleen de stukken tekst die je nodig hebt om de vraag te beantwoorden.
> Lees altijd alle antwoorden voordat je een keuze maakt.
> Werk dan alle antwoorden een voor een af.
> Eén antwoord kun je in de meeste gevallen al wegstrepen.
> Laat je niet afschrikken door moeilijke woorden.
> Let op synoniemen; woorden die hetzelfde betekenen

Slide 7 - Slide

Beweringsvragen  (wel/niet/juist/onjuist)
> Leest eerst de vraag goed; zo weet je wat en waar je het moet zoeken. 
> Behandel de beweringen  stuk voor stuk. 
> Tip: negatieve alinea = meestal negatief antwoord & andersom. 
> Let goed op eventuele signaalwoorden en woorden die een zin positief of negatief maken. 

Slide 8 - Slide

Tips gebruik woordenboek
*Als je ieder woord dat je niet kent opzoekt, kom je tijd tekort

Gebruik altijd een woordenboek: 
- Als je een woord in de vraag niet kent
- Als je een woord in een antwoord niet kent
- Als je een stuk van de tekst niet begrijpt, doordat je een woord niet kent

Slide 9 - Slide

Samenvatting
> De vragen/beweringen staan altijd op volgorde van de tekst.
> Is een bewering niet genoemd in de tekst, dan is het antwoord niet/onjuist.
> Er is altijd één fout antwoord dat heel erg lijkt op het goede antwoord.
> Er is altijd maar EEN goed antwoord. Als je denkt dat er twee goed zijn, kies dan het antwoord dat het vaakst wordt genoemd in de tekst.
> Het is oké wanneer je meerdere vragen achter elkaar dezelfde letter hebt (A, A, A, A etc.)
> Als je niet kan kiezen, bepaal dan welke antwoorden FOUT zijn. 

Slide 10 - Slide

Samenvatting
> Twijfel niet aan jezelf. Blijf bij je eerste antwoord.
> Volg de instructies zoals gegeven.
> Open vragen beantwoordt je in het Nederlands. 
> Citeer vragen beantwoord je in het Engels.
> Tijd bijna op? Gok de antwoorden van de onbeantwoorde vragen

Slide 11 - Slide

Voorbereiding
> Dompel jezelf onder in Engels. 
> Maak oefenexamens.
> Oefen met de verschillende vraagtypen.
> Schrijf je in voor examentraining Engels.


Slide 12 - Slide

Algemene tips voor het CE
> Zorg dat je uitgerust bent, maar gooi niet ineens je dag-/nachtritme om.
> Blijf niet te lang hangen bij een vraag; je kunt altijd later terug.  
> Hou de tijd in de gaten.
> Zoek niet alle woorden op in je woordenboek
> Controleer goed of je alle vragen hebt beantwoord. 
> Heb vertrouwen!

Slide 13 - Slide

Examenkracht.nl
> Pak je laptop erbij.
> Maak een account aan op www.examenkracht.nl
> Kies voor inloggen via Entree.
> Vink hier alle vakken aan waar je examen in doet.

Slide 14 - Slide