voorbereiding GL en K tentamen Politiek en Pluriforme Samenleving

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 3

voorbereiding Politiek en Pluriforme Samenleving

welke mensen behoren tot de overheid?

1. Politici en kiezers
2. Politici en ambtenaren
3. de inwoners van Nederland
4. docenten, politie en ambtenaren

In de Nederlandse democratie:

1. worden belangrijke besluiten genomen via een referendum
2. kiest de bevolking vertegenwoordigers die de besluiten nemen
3. worden beslissingen genomen door volksstemmingen
4. nemen ambtenaren de belangrijkste beslissingen

welke partijen vormen de huidige regering?

Linkse partijen

1. vinden dat mensen altijd zelf verantwoordelijk zijn voor hun omstandigheden
2. willen lagere uitkeringen voor mensen zonder werk
3. vinden dat de regering moet opkomen voor zwakkeren in de samenleving
4. willen een actieve overheid

Rechtse partijen willen:

1. een overheid die streng optreedt tegen criminaliteit
2. zijn voor extra help aan mensen die het moeilijk hebben
3. willen een passieve overheid
4. vinden de overheid belangrijker dan de eigen verantwoordelijkheid van burgers

Noem 2 taken van het parlement

wat is een dictator?

Is er persvrijheid in een dictatuur?
waarom wel/niet?

De bevolking kiest in de gemeente

1. de burgemeester
2. de leden van de gemeenteraad
3. B&W
4. De wethouders

Wat zijn de belangrijke taken van de politiek?

1. Keuzes maken en besluiten nemen
2. vergaderen en geld uitgeven
3. verslagen en rapporten schrijven
4. bekeuringen uitdelen

Op welke 2 manieren kan de overheid meer geld krijgen?

wat is het verschil tussen een directe democratie en een indirecte democratie?

Waaruit bestaat de regering?

1. De koning en ministers
2. De ministers
3. De tweede kamer en de ministers
4. de Tweede Kamer

Hoeveel zetels heeft de Eerste Kamer?

1. 80
2. 75
3. 150
4. 100

Hoe komt een wet tot stand?
Beschrijf de volgorde

Wat is een etnische groep

1. brandweermannen
2. voetballers
3. Surinamers
4. leerlingen

Wat is assimilatie

1. als nieuwe inwoner van een land neem je alle gewoonten en taal van het land over
2. Als nieuwe inwoner spreek je zoveel mogelijk je eigen taal en je verdiept je niet in je nieuwe land
3. Je behoudt een stukje van je eigen cultuur en je neemt gewoonten van de nieuwe cultuur over
4. Assimilatie? Kan je dat eten?

Maxima is allochtoon?

1. nee, ze is Koningin
2. Ja, maar ze is ook Koningin
3. Nee, haar man wel
4. ja, dat klopt