Wortschatz Kap 7,8 und 9 H4
Wie lautet der Vorname von Frau Albers
A
Johanna
B
Berta
C
Inge
D
Barbara
1 / 11
Lesson duration is: 30 minItems in this lesson
Wie lautet der Vorname von Frau Albers
A
Johanna
B
Berta
C
Inge
D
Barbara
Slide 1 - Quiz
Was bedeutet 'befördern'?
A
bevorderen
B
voortrekken
C
vervoeren
Slide 2 - Quiz
beabsichtigen
Slide 3 - Mind map
Noem woorden die je kent die verwant zijn aan het werkwoord: gefährden
Slide 4 - Open question
vul het juiste woord ... in:
Die A2 ist wegen einer ... gesperrt.
Die A2 ist wegen einer ... gesperrt.
A
Baustelle
B
Tankstelle
C
Imbissstube
D
Geisterfahrer
Slide 5 - Quiz
Was bedeutet das Wort: 'Geschwindigkeit'? Und was könnte dann das Wort: 'geschwind' bedeuten?
Slide 6 - Open question
'der Gipfel' bedeutet 'de top', wat is dan volgens jou een 'Gipfeltreffen"?
Slide 7 - Open question
En als iemand verantwaardigd roept: Das ist aber der GIpfel jetzt! Wat bedoelt men dan?
Slide 8 - Open question
Was bedeutet ' die Schranke'?
A
de kast
B
de slagboom
C
het cadeau
Slide 9 - Quiz
was bedeutet 'unterbinden'
A
tegengaan
B
ondermijnen
C
onderbinden
Slide 10 - Quiz
Wenn 'sagen' 'zeggen' betekent, kan 'durchsagen' niet 'door midden zagen' betekenen. Maar wat dan wel?
