Basis 4 Hoofdstuk 5

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Basis 4

Hoofdstuk 5

Oefenexamenvragen

Sleep de juiste inhoudsmaat naar het voorwerp.

10 l

2 dl

500 l 

1 l 

5 dl

Hoe spreek je dit uit: m3

1. vierkante meter
2. kubieke meter

Omrekenen:
1 000 liter =

1. 1 m3
2. 1 dm3
3. 10 dm3
4. 10 m3

Omrekenen:
240 liter =

1. 0,240 m3
2. 240 dm3
3. 240 000 cm3
4. 24 m3

Naar welke lengtemaat moet je de maten van de balk uit het voorbeeld omrekenen om de inhoud in liter te berekenen?

1. mm
2. cm
3. dm
4. m

Hoeveel in procenten?

1. 75%
2. 25%
3. 40%
4. 4%

10 van de 1 000 is hoeveel in procenten?

1. 1%
2. 25%
3. 40%
4. 4%

4 van de 16 is hoeveel in procenten?

1. 75%
2. 25%
3. 40%
4. 4%

Op hoeveel decimalen rond je procenten af?

1. 0
2. 1
3. 2
4. 3

Grote getallen
Schrijf met alleen cijfers:
1,8 miljard

1. 1 800 000
2. 180 000 000 000
3. 1 800 000 000
4. 18 000 000 000

Zet de getallen onder elkaar in volgorde van laag naar hoog.

8, -10, 15, -24, 30

Begin bij de negatieve getallen: de grootste zijn het minst waard. Bij de positieve getallen is het andersom.
Vind je het nog moeilijk? Zet de getallen in je hoofd op een getallenlijn.

Negatieve getallen optellen
4 + -3 =

1. 7
2. 1
3. -1
4. -7

Negatieve getallen aftrekken

−7−8

1. -1
2. 1
3. -15
4. 15

negatieve getallen aftrekken

12−−11

1. -1
2. 1
3. -23
4. 23

Huiswerk

Maken tot opdracht 90.

het 3e lesuur is een vragenuurtje.