2.1 Temperatuur

• Rekenen
• MBO
• Studiejaar 1

Les 2.1 Temperatuur

Temperatuur 

Je meet temperatuur met een thermometer. Er bestaan analoge en digitale thermometers. 

Digitale thermometer

Digitale thermometer

Analoge thermometer

Analoge thermometer

Bekende temperaturen

Temperatuur

Temperatuur boven nul: zijn de getalen die groter dan nul

Temperatuur onder nul: zijn de getallen die kleiner dan nul

Wanneer het buiten vriest, is de temperatuur onder 0.

Wat doen we tijdens deze les:

* Uitleg negatieve getallen 

filmpje negatieve getallen bekijken

* Sommmen oefenen

HANDIG leren rekenen.

welke temperatuur is de kookpunt?

1. 45 graden
2. 100 graden
3. 36 graden
4. 0 graden

Lichaamstemperatuur is ongeveer

1. 36,8 graden of hoger
2. 38 of hoger
3. 20 graden
4. 35 graden

Het vriespunt is

1. 100 graden
2. 4 graden
3. 0 graden
4. 38 graden

Als het ijs smelt dan komt de temperatuur

1. Boven de nul
2. onder de nul
3. nul
4. -1

Temperatuur

Bereken het verschil met graden

Wat is het verschil tussen 10 graden en 5 graden?

1. -7
2. 7
3. 5
4. -3

180-110=70

19-14=5

Wat is het verschil tussen 37,8 graden en 38,4 graden?

1. 0,6
2. 1,6
3. 0,2
4. 0,4

Wat is het verschil tussen 2 graden en 5 graden?

1. 7
2. 3
3. 5
4. 2

Gemiddelde temperatuur bij seizoen

Herfst

Zomer

Winter

Lente

17,5°C

11°C

4°C

10°C

Bereken het verschil in temperatuur.
Verschil tussen 17,5 °C en 6,3 °C =

(klik op de afbeelding)

Welke dag heeft het grootste verschil tussen de minimum en maximum temperatuur?

1. zaterdag
2. zondag
3. maandag
4. dinsdag

De temperatuur stijgt van 19 naar 23 graden. Hoeveel graden is de temperatuur gestegen?

De temperatuur zakt van 21 naar 14 graden. Hoeveel graden is de temperatuur gestegen?

Wat is de temperatuur op dinsdag?
Klik op het plaatje om het groter te krijgen.

1. 21
2. 22
3. 26
4. 24