1BK - Schrijfopdracht 1 - Interview

1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 180 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Waar denk je aan bij
een interview?

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Video

Schrijfopdracht Interview
Wat zou jij willen
leren vandaag?

Slide 4 - Mind map

Lesdoel
Ik kan open en gesloten vragen bedenken.
Ik kan iemand interviewen.
Ik kan aantekeningen maken.
Ik kan een interview uitwerken.

Slide 5 - Slide

Schrijfopdracht 1
* 3 schrijfopdrachten
* Je krijgt één cijfer
* Dit cijfer telt 3X mee
* Inleveren via ELO
* Inleverdatum zondag 16-1
* Elke schooldag later -1

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Vragen

* Open vraag
* Gesloten vraag
* Feit
* Mening
* Doorvragen

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Stap 1
* Noteer acht vragen die je zou willen stellen aan iemand die je nog niet zo goed kent. 
* Nummer deze vragen.
* Typ de vragen in WORD (dikgedrukt)

Tip!
Als je een vraag stelt die alleen met ‘ja’ of ‘nee’ beantwoord kan worden, vraag dan door.
Voorbeeld:
Jij vraagt: ‘Heb je een huisdier?’
Antwoord: ‘Ja’
Jij vraagt door: ‘Wat voor een huisdier dan?’



Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Hé, die herken ik van de thee!
Op de vorige slide zag je mooie voorbeeldvragen voorbij komen.
Deze vragen hangen aan de theezakjes van Pickwick.

Je gaat nu zelf acht vragen bedenken!
Maak een mooie mix tussen open en gesloten vragen, maar vergeet niet de feiten en een mening.
GOOGLE: TEATOPICS

timer
10:00

Slide 12 - Slide

Stap 2
Lees de vragen van je buurman of –vrouw. 
Schrijf daarvan twee vragen over die je nog niet hebt.

CHECK:
* Je hebt nu tien vragen
* Genummerd van 1 t/m 10


 


Slide 13 - Slide

Stap 3




Ik maak groepjes! 
Je ziet zo op het bord wie jij gaat interviewen.


Slide 14 - Slide

Vraag maar raak!
Stel elkaar om de beurt een vraag.
Schrijf het antwoord in steekwoorden op (5)
Vraag door!

Ga door tot je op alle tien de vragen een antwoord hebt.
Let op:
Je moet van het antwoord ongeveer 2/3 zinnen kunnen maken


Slide 15 - Slide