SMART leerdoelen formuleren

Leren tijdens je stage
SMART leerdoelen formuleren
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Studieloopbaan begeleidingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Leren tijdens je stage
SMART leerdoelen formuleren

Slide 1 - Slide

Hoe beschrijf ik een leerdoel?
Om je leerdoel te beschrijven werk je met de volgende 3 onderdelen:
je beginsituatie
je leerdoel SMART geformuleerd
je plan van aanpak

Slide 2 - Slide

Je beginsituatie
Om helder te hebben wat je precies wil leren is het belangrijk om je beginsituatie te weten. Waar sta je nu

Slide 3 - Slide

Leerdoelen? 
Waar wil jij aan werken en welk doel wil jij bereiken? 
Concreet voor jezelf maar ook voor je SLB'er en (stage)begeleiders.

Denk na waar jij je als persoon in wil ontwikkelen? Zorg dat je dat ook nodig hebt voor je beroep.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Waar staat de S voor?
A
Specialisatie
B
Specifiek
C
Sterilisatie
D
Slim

Slide 6 - Quiz

Specifiek
Beschrijf je doel zo concreet mogelijk. 
Wat wil ik precies bereiken? 

Voor je plan van aanpak is het belangrijk om jezelf af te vragen: wie en wat heb ik daar bij nodig? En wanneer? 

Slide 7 - Slide

Waar staat de M voor?
A
Morfine
B
Merknaam
C
Maatschappij
D
Meetbaar

Slide 8 - Quiz

Meetbaar
Getallen in je doel maken dat je precies weet wanneer je, je doel hebt behaalt. 
Dit kunnen het aantal kilo's zijn wat je wil afvallen, het aantal stage opdrachten wat je af wil hebben of het aantal hoofdstukken wat je wil lezen. 

Slide 9 - Slide

Waar staat de A voor in SMART?

Slide 10 - Open question

Acceptabel
Bedenk voor of je jezelf het doel ziet halen? Gaat dit lukken? 

Slide 11 - Slide

Waar staat de R voor?
A
Reflux
B
Rechtdoor
C
Realistisch
D
Reusachtig

Slide 12 - Quiz

Realistisch 
Kan ik dit doel wel halen? Heb ik de mogelijkheden? 

Slide 13 - Slide

Waar staat de T voor?
A
Tijdsgebonden
B
Tijdsbestek
C
Torso
D
Twijfelachtig

Slide 14 - Quiz

Tijdsgebonden
Hoeveel tijd geef jij jezelf om het doel te bereiken? 
Eén week, een maand, het heleschooljaar? 

Slide 15 - Slide

SMART leerdoel
Een SMART leerdoel formuleer je in 1 max 2 zinnen. 
Je begint een SMART leerdoel met Ik en je schijft je leerdoel zo alsof je deze al bereikt hebt. 

Ik heb....
Ik kan....
Ik zeg....

Slide 16 - Slide

Vage woorden 
Leuk, mooi, genoeg, fijn...
Dit zijn woorden waaraan iedereen een eigen invulling geeft. Voorkom deze woorden zodat je doel zo concreet mogelijk is. 

Slide 17 - Slide

Voorbeeld
Ik ben op 19 mei 2021 10 kg afgevallen met behulp van de weekmaaltijden uit het boek Project Gezond en 4 keer in de week sporten

Is dit voor mij REALITISCH? 
Dit is de vraag die ik mijzelf moet stellen.

Slide 18 - Slide

Voorbeeld
Ik ben op 19 mei 2021 7 kg afgevallen met behulp van de weekmaaltijden uit het boek Project Gezond en 2 keer in de week sporten

Slide 19 - Slide

Mijn persoonlijke SMART leerdoel

Slide 20 - Slide

Wat maakt dit doel SMART?

Slide 21 - Open question

Aan de slag
Je gaat 2 persoonlijke leerdoelen SMART formuleren. 

Volgende week gaan we de leerdoelen met elkaar bespreken en bekijken of deze SMART zijn geformuleerd. 

Slide 22 - Slide