5.4 Vermogen en energie

Wat gaan we doen?
nakijken 5.3
uitleg 5.4
computeropdracht 5.4
maken 35-43
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Wat gaan we doen?
nakijken 5.3
uitleg 5.4
computeropdracht 5.4
maken 35-43

Slide 1 - Slide

Doelen van deze les:
  1. Je weet wat vermogen is
  2. Je weet welke eenheid bij vermogen hoort
  3. Je weet hoe je vermogen kunt uitrekenen

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

zelf doen
Bouw (volgende dia) 3 schakelingen in 1 scherm:
1: 1 lampje met 1 batterij, stroommeter en voltmeter
2: 2 batterijen, 2 lampjes serie, stroommeter, spanningsmeter
3: 1 batterij, 2 lampjes parallel, stroommeter, spanningsmeter
LET OP: de stroommeter moet in serie met beide lampjes, de spanningsmeter moet parallel over beide lampjes
 

Slide 4 - Slide

1 lampje: 
spanning = 9V  stroom = 0,9A  

2 lampjes serie: 
spanning = 18 V stroom = 0,9 A    

2 lampjes parallel:
spanning = 9V  stroom = 1,8A    

Alle
lampjes
branden
even
fel

Slide 5 - Slide

1 lampje: 
spanning = 9V  stroom = 0,9A  
vermogen = 9 x 0,9 = 8,1W
2 lampjes serie: 
spanning = 18 V stroom = 0,9 A    
vermogen = 18 x 0,9 = 16,2 W
2 lampjes parallel:
spanning = 9V  stroom = 1,8A    
vermogen = 9 x 1,8 = 16,2W
Alle
lampjes
branden
even
fel:
allemaal
hetzelfde
vermogen

Slide 6 - Slide

Wat is vermogen?
Vermogen zegt iets over wat een apparaat kan. 

Met andere woorden: 
Hoeveel energie een apparaat in 1 seconde kan omzetten.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

vermogen = spanning x stroom
 watt = volt x ampère
Je moet eerst milliampère  omrekenen naar ampère!
 Van mA naar A: delen door 1000
Van A naar mA: keer 1000

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Slide

NU:
maken
MAVO 35-43
HAVO: 35-45
klaar? Test jezelf

Slide 12 - Slide