4.2 grote getallen

4.2 grote getallen
1 / 21
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

4.2 grote getallen

Slide 1 - Slide

materiaal check
werkboek
A4 1cm ruitjes schrift
pen
potlood
gum
geodriehoek

Slide 2 - Slide

wat weten we nog?
kan je een voorbeeld noemen of uitleg geven van:
-de waarde van cijfers
-decimale getallen
-delers en veelvouden
-even en oneven

Slide 3 - Slide

wat gaan we vandaag leren?
(mavo) na vandaag kan jij:
-grote getallen in cijfers en woorden opschrijven
-afronden
(havo)
-omrekenen

Slide 4 - Slide

grote getallen
duizend 3 nullen
miljoen 6 nullen
miljard 9 nullen
biljoen 12 nullen

Slide 5 - Slide

Grote getallen
Schrijf in cijfers:
vijftigduizend
A
500
B
5000
C
500.000
D
50.000

Slide 6 - Quiz

Herschrijf met het woord miljoen:

3 500 000
Grote getallen
A
0,35 miljoen
B
3,5 miljoen
C
3.5 miljoen
D
350 miljoen

Slide 7 - Quiz

Grote getallen
Schrijf met alleen cijfers:
1,8 miljard
A
1 800 000
B
180 000 000 000
C
1 800 000 000
D
18 000 000 000

Slide 8 - Quiz

Grote getallen
Schrijf met alleen cijfers:
zevenenveertigduizendhonderdelf
A
47.011
B
4711
C
470.111
D
47.111

Slide 9 - Quiz

Schrijf met alleen cijfers:

34 miljoen
Grote getallen
A
34 000
B
340 000
C
34 000 000
D
34 000 000 000

Slide 10 - Quiz

Schrijf met alleen cijfers:
1,9 miljard
Grote getallen
A
1,9 000 000 000
B
1,900,000,000
C
19 000 000 000
D
1 900 000 000

Slide 11 - Quiz

Grote getallen
Schrijf met alleen cijfers
2,3 miljoen
A
23 000 000 000
B
23 000 000
C
230 000
D
2 300 000

Slide 12 - Quiz

oefenen 10 min
36,37,39,40

Slide 13 - Slide

afronden
bij afronden kijk je naar het cijfer wat je niet meer opschrijft.

Slide 14 - Slide

voorbeeld
3,475839673853 afronden op:
1 decimaal = 3,5
2 decimaal = 3,48
3 decimaal = 3, 476
4 decimaal = 3,4758
5 decimaal = 3,47584

Slide 15 - Slide

Afronden op een miljoental
4.045.723 ≈
A
4.045.000
B
5.000.000
C
4.000.000
D
4.050.000

Slide 16 - Quiz

Afronden
Als ik een getal wil afronden op 2 decimalen kijk ik naar:
A
de tweede decimaal
B
de derde decimaal
C
de tweede en derde decimaal
D
de derde en vierde decimaal

Slide 17 - Quiz

Afronden op een tiental
783 ≈
A
700
B
780
C
790
D
800

Slide 18 - Quiz

Afronden op een honderdtal
651
A
600
B
700

Slide 19 - Quiz

nu jij
schrijf op in je schrift. Rond 453764,5603482 af op:
duizendtal
honderdtal
geheel getal
3 decimaal
4 decimaal
6 decimaal

Slide 20 - Slide

huiswerk
maak opdrachten:
36, 37, 39, 40, 47, 48, 51, 52, 56, 57, 60
Klaar?
extra oefenen: 38, 41, 49, 50
extra uitdaging: 55, 59, 62, 77
OF
werkblad omrekenen

Slide 21 - Slide