Les 3 - Grammatica zinsdelen H4

 Les 3 - Grammatica zinsdelen H4

2havo
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

 Les 3 - Grammatica zinsdelen H4

2havo

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
  • Je weet wat een bijvoeglijke bepaling (bvb) is
  • Je kan een bijvoeglijke bepaling in een zin benoemen

Slide 2 - Slide

Deze les...
Voorlezen - Het achterhuis
Startopdracht - Wat moet op de puntjes staan?
Uitleg - Bijvoeglijke bepaling (blz. 118)
Oefenen - LessonUp
Online aan de slag 
Huiswerk?

Slide 3 - Slide

Noteer op de puntjes een passend woord:

Deze ... gebakjes ... ga je toch niet nu al eten?

Slide 4 - Open question

Noteer op de puntjes een passend woord:

Heb jij ... zomer ook in het ... zwembad gezwommen?

Slide 5 - Open question

Uitleg - Bijvoeglijke bepaling (blz. 118)

  • De bijvoeglijke bepaling is GEEN zinsdeel, maar een deel van een ander zinsdeel.
  • De bijvoeglijke bepaling zegt iets over het zelfstandig naamwoord in een zinsdeel.
  •  De bijvoeglijke bepaling kan voor of achter een zelfstandig naamwoord staan.



De zelfverzekerde bokser | geeft | zijn jongere tegenstander | een dreun van jewelste.
        -------------->                                             ------->                                                        <-----------


Slide 6 - Slide

Uitleg - Bijvoeglijke bepaling (blz. 118)

- Een bijvoeglijke bepaling zegt iets over een zelfstandig naamwoord.
- Een bijvoeglijke bepaling vind je door te vragen: welke/wat voor + het zelfstandig naamwoord?

Voorbeeld
De slimme jongen \is \ lid \ geworden \ bij onze voetbalclub.
slimme = bijvoeglijke bepaling bij jongen (welke/wat voor + jongen?) 
onze = bijvoeglijke bepaling bij voetbalclub (welke/wat voor + voetbalclub?)

Slide 7 - Slide

Uitleg - Bijvoeglijke bepaling (blz. 119)

Een bijzondere bijvoeglijke bepaling is de bijstelling
Bijstelling staat vaak tussen komma's:

Mijn nieuwe auto, een Fiat, staat nu in de garage.
  • een Fiat --> auto
Heb jij Linda, de nieuwe actrice, al gespot in de zaal?
  • de nieuwe actrice --> Linda

Slide 8 - Slide

Uitleg - Bijvoeglijke bepaling (blz. 118)

Wat belangrijk is om te weten is dat:
  • Een bijvoeglijke bepaling kan uit één of meerdere woorden bestaan.
  • Er meerdere bijvoeglijke bepalingen in een zin kunnen staan.
  • Een bijvoeglijke bepaling altijd onderdeel is van een ander zinsdeel 
  • Een bijvoeglijke bepaling is meestal een bijvoeglijk naamwoord, maar kan ook een bezittelijk voornaamwoord zijn, bijvoorbeeld: mijn kat, jouw vriend, onze spullen. 

Slide 9 - Slide

Uitleg - Bijvoeglijke bepaling (blz. 118)

De voetballer uit Nederland | heeft | een blauwe voetbal | weggetrapt.

uit Nederland is de bijvoeglijke bepaling van voetballer
  • Uit Nederland --> voetballer
Blauwe is de bijvoeglijke bepaling van voetbal.
  • blauwe --> voetballer

Slide 10 - Slide

Wat is de bijvoeglijke bepaling?
....... de post van mijn oma......
A
de post
B
post
C
van mijn oma
D
oma

Slide 11 - Quiz

Wat is de bijvoeglijke bepaling?
De ijsblauwe zee in Noorwegen is bevroren.
A
'IJsblauwe' en 'in Noorwegen'
B
Bevroren
C
'IJsblauwe'
D
'In Noorwegen'

Slide 12 - Quiz

Wat is de bijvoeglijke bepaling?
....... de blauwe brieven van de Belastingdienst......
A
de brieven
B
de blauwe brieven
C
van de belastingdienst
D
blauwe + van de belastingdienst

Slide 13 - Quiz

Wat is de bijvoeglijke bepaling?
De barcecue van de buren ......................
A
De barbecue
B
barbecue
C
van de buren
D
buren

Slide 14 - Quiz

Wat is waar over de bijvoeglijke bepaling? Kies de goede antwoorden.

Een bijvoeglijke bepaling...
A
is geen zinsdeel, maar een deel van een zinsdeel.
B
zegt iets over een werkwoord in een zinsdeel.
C
is altijd een zinsdeel.
D
hoort bij de woordsoorten en niet bij de zinsdelen.

Slide 15 - Quiz

Een bijvoeglijke bepaling is een
A
zin
B
zinsdeel
C
deel van een zinsdeel

Slide 16 - Quiz

Wat is een bijvoeglijke bepaling?
Ze speelt op de beste gitaar van Nederland.
A
beste
B
van Nederland
C
beste, van Nederland
D
de beste, van Nederland

Slide 17 - Quiz

Online aan de slag
Ga naar Nieuw Nederlands, Hoofdstuk 4, Grammatica zinsdelen: De bijvoeglijke bepaling
Maak de opdrachten van jouw leerroute. Start bij opdracht 1

Slide 18 - Slide

Huiswerk?
Maak de volgende opdrachten online: 1, 2 en 3

Denk aan je interview --> Maandag 3 februari moet je interview zijn afgenomen. Zorg dat het interview is opgenomen. 

Slide 19 - Slide