H1L24 - 1HVD - Vrijdag - SO grammatica

Welkom 1HVD : )


Planning van dit uur
  • SO samen doornemen
  • SO Grammatica (in stilte) 
    Op tafel: pen, opdrachtblad, schrijfblad
    Vraag? Kom langs m'n bureau. 

  • Klaar? Stillezen in je leesboek 

Aan het einde van deze les
  • heb je de SO Grammatica gemaakt. 


Nederlands
Aankomende toetsen en opdrachten:
  • SO Grammatica (vandaag)
  • Leestijdlijn inleveren (week 43)
timer
10:00
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom 1HVD : )


Planning van dit uur
  • SO samen doornemen
  • SO Grammatica (in stilte) 
    Op tafel: pen, opdrachtblad, schrijfblad
    Vraag? Kom langs m'n bureau. 

  • Klaar? Stillezen in je leesboek 

Aan het einde van deze les
  • heb je de SO Grammatica gemaakt. 


Nederlands
Aankomende toetsen en opdrachten:
  • SO Grammatica (vandaag)
  • Leestijdlijn inleveren (week 43)
timer
10:00

Slide 1 - Slide

De haastende puber verveelde zich

op de bank.

Slide 2 - Slide

Punt .
Aan het einde van een gewone zin

Slide 3 - Slide

Vraagteken ?
Aan het einde van een vraagzin

Slide 4 - Slide

Uitroepteken !
Na een uitroep of een bevel

Slide 5 - Slide

Komma ,
  • Tussen de twee persoonsvormen van een samengestelde zin
    Aangezien ik veganist ben, eet ik geen dierlijke producten.

  • Tussen bijvoeglijk naamwoorden 
    Een mooie, grote, rode ballon

  • Tussen de delen van een opsomming in de zin
    Onderzoekers werken in moderne, witte, felverlichte en koude laboratoria. 
     

Slide 6 - Slide

'Aanhalingstekens'
  • Als je iemand citeert (letterlijk opschrijft wat iemand heeft gezegd): 
    'Dit is een enorme stap voorwaarts,' vertelde ze trots, 'want in de toekomst zullen we per raket reizen.'

  • Als je nadruk (speciale aandacht) wilt leggen op een woord of zin:
    Hoe spel je 'algoritme'?
     
  • Bij een letterlijk stukje tekst dat je overneemt:
    In het verslag schreef de brugklasser 'Ik vond het brugklaskamp geweldig'. 

Slide 7 - Slide

Werkwoorden: 
hoe schrijf je die nou goed



Vandaag: persoonsvorm tegenwoordige tijd!

Slide 8 - Slide

Ik-vorm: ik verlies.
Ik-vorm + t: hij verliest

Slide 9 - Slide

Wat is de stam van bakken?

Slide 10 - Open question

Wat is de ik-vorm van bakken?

Slide 11 - Open question

Wat is de ik-vorm van verliezen?

Slide 12 - Open question

Wat is de stam van verliezen?

Slide 13 - Open question

Stam / ik-vorm
Stam
Ik-vorm
werkwoord -en
de vorm van het werkwoord die je achter 'ik' zegt
verliezen - en = verliez
verliezen = ik verlies

Slide 14 - Slide

Wanneer gebruik je de 
ik-vorm? 

  • Bij ik 
Ik loop

  • Bij je of jij achter de persoonsvorm
Loop jij? 

  • Bij de gebiedende wijs 
Loop!
Wanneer gebruik je de
ik-vorm + t ?

  • Bij je of jij voor de persoonsvorm 
Jij loopt

  • Bij hij, zij of het
Hij loopt
Het loopt

Uitzondering: onregelmatige werkwoorden 
(zes - geen ik-vorm + t bij hij/zij/het) 
Hij is

Slide 15 - Slide

Vul de goede vorm van het werkwoord in:

Hij [bevinden] zich op glad ijs.

Slide 16 - Open question

Wanneer gebruik je de 
ik-vorm? 

  • Bij ik 
Ik loop

  • Bij je of jij achter de persoonsvorm
Loop jij? 

  • Bij de gebiedende wijs 
Loop!
Wanneer gebruik je de
ik-vorm + t ?

  • Bij je of jij voor de persoonsvorm 
Jij loopt

  • Bij hij, zij of het
Hij loopt
Het loopt

Uitzondering: onregelmatige werkwoorden 
(zes - geen ik-vorm + t bij hij/zij/het) 
Hij is

Slide 17 - Slide

Vul de goede vorm van het werkwoord in:

Ik [bevinden] me op glad ijs.

Slide 18 - Open question

Wanneer gebruik je de 
ik-vorm? 

  • Bij ik 
Ik loop

  • Bij je of jij achter de persoonsvorm
Loop jij? 

  • Bij de gebiedende wijs 
Loop!
Wanneer gebruik je de
ik-vorm + t ?

  • Bij je of jij voor de persoonsvorm 
Jij loopt

  • Bij hij, zij of het
Hij loopt
Het loopt

Uitzondering: onregelmatige werkwoorden 
(zes - geen ik-vorm + t bij hij/zij/het) 
Hij is

Slide 19 - Slide