What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
16 + 17 maart lezen in De regels van drie + Woordsrt H3 + NG
woensdag
17 maart 1D
Vandaag:
- Lezen in De regels van drie
-grammatica woordsoorten H3 opdr. 5 maken (herhaling)
- grammatica zinsdelen
uitleg Naamwoordelijk gezegde
1 / 24
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
24 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
woensdag
17 maart 1D
Vandaag:
- Lezen in De regels van drie
-grammatica woordsoorten H3 opdr. 5 maken (herhaling)
- grammatica zinsdelen
uitleg Naamwoordelijk gezegde
Slide 1 - Slide
Doelen van deze les:
-Je kunt je inleven in andere personen, situaties en gevoelens door het lezen van fictie.
- Je kunt het persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord in een zin benoemen.
- Je kunt het naamwoordelijk gezegde in een zin herkennen.
Leerlingen thuis online: doel --> je kunt meervouden op -en foutloos spellen
Slide 2 - Slide
Leerlingen thuis online
1) Meeluisteren met lezen in
De regels van drie
2) Maken opdr. 5 woordsoorten H3
3) Zelfstandig werken:
H3 Spelling meervouden op -en
--> ONLINE alle opdrachten (startopdracht t/m opdr. 5)
Leerlingen in de klas
Lezen in De regels van drie
Grammatica woordsoorten H3 pers. vnw + bezit.vnw t/m opdr. 3 vragen beantwoorden
opdracht 5 maken
Uitleg NG
Huiswerk volgende week dinsdag/woensdag:
- woordsoorten H1 en 2 herhalen (indien nodig)
-H4 Naamwoordelijk gezegde opdr. 1 en 2 maken.
- Spelling H3 meervouden op -en ONLINE afmaken.
Slide 3 - Slide
Fictie lezen!
We lezen in H4 (of r. 670)
Slide 4 - Slide
Lesdoel
Door het maken van een collage, laat ik zien wat de belangrijkste personages, gebeurtenissen, ruimte en sfeer zijn tot nu toe.
Ik leer een collage te maken.
Slide 5 - Slide
Werken met Pic collage
https://www.youtube.com/watch?v=GKwZj_oXJWw
voorbeeld:
Slide 6 - Slide
Huiswerkopdracht
Noteer telkens na het lezen van een hoofdstuk:
1) Verhaal tot nu toe
2) belangrijkste personen
3) belangrijkste ruimte, gebeurtenissen en de sfeer
Slide 7 - Slide
Leerlingen thuis online
1) Meeluisteren met lezen in
De regels van drie
2) Maak opdracht 5 van Gram. woordsoorten in je schrift (blz. 91)
3) Zelfstandig werken:
H3 Spelling meervouden op -en
--> ONLINE alle opdrachten (startopdracht t/m opdr. 5)
= huiswerk volgende week dinsdag
Leerlingen in de klas
Grammatica woordsoorten H3 pers. vnw + bezit.vnw t/m opdr. 3 nakijken
opdracht 5 maken
Uitleg NG
Huiswerk volgende week woensdag:
- opdr. 5 afmaken (H3 gramm. woordsrt)
-H4 Naamwoordelijk gezegde opdr. 1 en 2 maken.
Slide 8 - Slide
Opdrachten maken/bespreken
Maken hoofdstuk 3 grammatica woordsoorten
Opdracht 5
timer
7:00
Slide 9 - Slide
NIEUWE STOF
Grammatica zinsdelen H4
het NAAMWOORDELIJK GEZEGDE
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Het naamwoordelijk gezegde (ng)
Doel: je kunt het naamwoordelijk gezegde in een zin vinden.
mama lief IS / DOET?
opa slaapt IS / DOET?
snoepje lekker IS / DOET?
Fikkie blaft IS / DOET?
Slide 12 - Slide
Het naamwoordelijk gezegde (ng):
geeft aan wat/wie het onderwerp van de zin IS
zegt iets over het onderwerp van de zin
bestaat uit 2 delen: werkwoordelijk deel + naamwoordelijk deel
Mama is lief
ow = mama; pv = is; ng = is [lief]
Slide 13 - Slide
Werkwoorden die een NG kunnen vormen:
KOPPELWERKWOORDEN ( z w
a
b b
e
l s )
zijn
blijken heten
worden
lijken dunken
blijven
schijnen vóórkomen
Slide 14 - Slide
Mijn vriend wordt leraar.
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde
Slide 15 - Quiz
Hij gaat naar huis.
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde
Slide 16 - Quiz
De baby wordt groot.
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde
Slide 17 - Quiz
Mijn zus is vervelend.
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde
Slide 18 - Quiz
Zijn vriend was gisteren ineens ziek geworden.
A
Werkwoordelijk gezegde
B
Naamwoordelijk gezegde
Slide 19 - Quiz
Mijn vriend is leraar
1. Wat is de pv? Wat is het ow?
2.
Doet
het ow iets of
is
het ow iets?
Is
het ow iets? Dan heb je misschien te maken met een NG:
3. Staat er een koppelwerkwoord? Ja --> is
4. Stel de vraag: Wat + is + mijn vriend?
5. NG: is [leraar]
Slide 20 - Slide
De baby wordt groot
1. Noteer pv en ow.
2.
Doet
het ow iets of
is
het ow iets.
Naamwoordelijk gezegde?
3. Staat er een koppelwerkwoord?
4. Stel de vraag: wat+pv+ow
5. Noteer het naamwoordelijk gezegde
Slide 21 - Slide
Wat is het NG in de zin:
Met lippenstift lijk je veel ouder.
Slide 22 - Open question
BELANGRIJK
NG = pv + andere werkwoorden + [naamwoordelijk deel]
Een zin met een NG heeft NOOIT een lijdend voorwerp.
Slide 23 - Slide
OEFENEN!
Maak opdracht 1 en 2 in je schrift (= huiswerk volgende week)
Tip 1: neem de hele zin over in je schrift
1) zoek de pv, 2) zet zinsdeelstrepen, 3) zoek het onderwerp
Tip 2: Stel jezelf altijd de vraag:
DOET
het ow iets of
IS
het ow iets?
Slide 24 - Slide
More lessons like this
2V Grammatica Zinsdelen H2: Naamwoordelijk gezegde
November 2022
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
NN6 HV2 - H3: WG of NG? (2)
November 2022
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
NN6 HV2 - H3: WG of NG? (2)
September 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
NN6 HV2 - H3: WG of NG? (2)
September 2023
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
2V Grammatica Zinsdelen H3: Werkwoordelijk gezegde en naamwoordelijk gezegde
November 2022
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2V Grammatica Zinsdelen H3: Werkwoordelijk gezegde en naamwoordelijk gezegde
May 2024
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Week 15 - gram H3 - wg of ng - les 1
April 2023
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Grammatica V2H - les 3 - NWG
April 2021
- Lesson with
44 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2