4. PES/SMART/interventies

PES/SMART/interventies
1 / 30
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

PES/SMART/interventies

Slide 1 - Slide

Terugblik uitwerkingen vorige week

Zorgplanmethodieken 

Slide 2 - Slide

Casus



Mevrouw De Vries, 78 jaar, is recent geopereerd aan haar heup na een val in haar appartement. Ze verblijft momenteel in een revalidatiecentrum en zal binnenkort naar huis terugkeren. Ze heeft moeite met lopen, gebruikt een rollator, en ervaart onzekerheid en pijn bij het bewegen. Haar conditie is verminderd door de operatie en bedrust. Mevrouw De Vries voelt zich eenzaam sinds het overlijden van haar partner drie jaar geleden, heeft weinig sociale contacten en mist vertrouwen in haar eigen kunnen. Haar dochter woont 50 kilometer verderop en kan beperkt ondersteunen. Voorheen was ze grotendeels zelfredzaam, maar huishoudelijke taken en persoonlijke verzorging zijn nu lastig. Haar woning is niet aangepast aan haar huidige situatie. Ze bezocht voorheen een breiclub, maar doet dit al maanden niet meer. Ze maakt zich zorgen over de toekomst en voelt zich somber.

Slide 3 - Slide

Groep 1
Gezondheidsproblemen:
  • Moeite met lopen
  • Pijn bij het bewegen
  • Onzekerheid bij het bewegen
  • Conditie is verminderd
  • Eenzaam
  • Weinig sociale contacten
  • Mist vertrouwen in haar eigen kunnen.
  • Huishoudelijke taken en persoonlijke verzorging zijn nu lastig.
  • Niet aangepaste woning
  • Niet meer meedoen aan breiclub
  • Ze maakt zich zorgen over de toekomst en voelt zich somber.
  • Haar dochter woont 50 kilometer verderop en kan beperkt ondersteunen

Slide 4 - Slide




Groep 2

Slide 5 - Slide




Groep 3






Gordon methodiek

Slide 6 - Slide

Groep 4

Slide 7 - Slide

Waar staat 'PES' voor?

Slide 8 - Mind map

PES
Probleem = Wat is het probleem? Wat voor klachten heeft iemand? Welke beperkingen levert dit op? 
Etiologie = Wat is (zijn) de oorzaak (oorzaken)? 
Symptoom = Welke symptomen neem je waar? Wat voor gevolgen hebben de oorzaken voor de client? Hoe reageert de client op de problematiek? 

Slide 9 - Slide

(Verpleegkundige) diagnose
Diagnose: vaststellen van feitelijke of dreigende gevolgen van lichamelijke en/of geestelijke ziektes/handicaps,/ontwikkelingsstoornissen. Op basis van diagnose  kan verpleegkundige zorg worden verleend.

Bijvoorbeeld: Dhr. Lammers is bekend met Parkinson. Heeft daardoor verhoogd risico op slikproblemen. 

P: (Dreigende) verslikking
E: Parkinson
S: hoesten, benauwdheid, piepende ademhaling, tranende ogen

Slide 10 - Slide

Oefenen PES
Mw. Pietersen beweegt weinig en zit overdag alleen maar op haar stoel. In de nacht slaapt ze het liefst alleen op de rug. Er is een donkerrode plek zichtbaar op haar stuit. Mw. geeft aan dat de stuit ook zeer doet. 


Maak een PES voor deze casus.
Tip: plaats hulpzinnetjes ertussen!   

Probleem 
ten gevolge van 
Etiologie 
Zich uitend in 
Symptomen 

Slide 11 - Slide

Opdracht: oefenen met de PES



Beschrijf een probleem met de PES structuur aan de hand van een   praktijkvoorbeeld van jouw werkplek .....overleg met elkaar na het formuleren van jouw PES.

Slide 12 - Slide

Wat betekent PES
A
Probleem Etnische Symptomen
B
Probleem Etiologie Symptomen
C
Probleem Etiologie Samengevat

Slide 13 - Quiz

Wat betekent SMART?

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Slide

Wat is SMART?

Slide 16 - Slide

Voorbeeld
Mw. is niet meer verward



Is dit goed?

Slide 17 - Slide

Voorbeeld
Mw. is niet meer verward

Mevrouw kan binnen één week aangeven waar ze is en hoe laat het is. 

Slide 18 - Slide

Voorbeeld
Mw. krijgt dagelijks voldoende voeding.

Maak het SMART

Slide 19 - Slide

Voorbeeld
Mw. krijgt dagelijks voldoende voeding.

Mw. krijgt dagelijks een inname van 1500 kcal en behoudt minimaal haar huidige gewicht van 50 kg. 

Slide 20 - Slide

Maak van deze PES een SMART doel

Slide 21 - Slide

Schrijf nu een SMART doel
Gebruik de PES die je eerder deze les hebt opgesteld.

Slide 22 - Slide

Wat zijn interventies?

Slide 23 - Mind map

Interventies


Een interventie is een doelbewuste ingreep om een bepaalde zaak te verbeteren. 

Slide 24 - Slide

Interventies
  • Overnemen van zorg
  • Ondersteunen
  • Observeren
  • Signaleren
  • Motiveren
  • Stimuleren
  • Andere disciplines inschakelen
  • Mantelzorgers inschakelen 

Slide 25 - Slide

Interventies
Dhr. Lammers is bekend met Parkinson en heeft daardoor verhoogd risico op op slikproblemen.

P: (Dreigende) verslikking
E: Parkinson
S: hoesten, benauwdheid, piepende ademhaling, tranende ogen

SMART-doel: Slikaccidenten worden bij Dhr. Lammers voorkomen. Beginnende slikproblemen worden tijdig herkend en gediagnosticeerd.

Welke interventies zijn noodzakelijk om dit doel te bereiken?

Slide 26 - Slide

Oefenen
Mw. de Brink is sinds een jaar gediagnosticeerd met COPD. Situatie lijkt te verslechteren, het is niet duidelijk of Mw. verschillende zorgactiviteiten fysiek nog wel aankan. Mw. geeft regelmatig aan benauwd te zijn, vooral tijdens ADL. Wel wil Mw. doen wat zij altijd deed, hiermee gaat ze vaak haar grenzen over.

Stel minimaal 2 PESsen op. 
Maak SMART-doelen. 
Stel passende interventies op. 

Slide 27 - Slide

Leerdoelen
  • Je kent de bedoeling en betekenis van een PES
  • Je kent de bedoeling en betekenis van een SMART-doel
  • Je stelt aan de hand van casussen een PES, SMART-doelen en passende interventies op

Slide 28 - Slide

Deelopdracht 2:
- We verdelen de onderwerpen.
- Komende weken gaan jullie deze onderwerpen presenteren.
- Je werkt minimaal de volgende 
dingen uit:
  • Omschrijving van het ziektebeeld
  • Waardoor wordt het veroorzaakt?
  • Wat zijn de symptomen/het ziekteverloop/prognose?
  • Hoe wordt een diagnose gesteld?
  • Wat zijn de behandelmogelijkheden.
  • Wat zijn de aandachtspunten voor jouw als zorgverlener?

  • Verder beschrijf en onderbouw je minimaal 3 zorgdoelen of ondersteuningsdoelen bij te verwachte zorgvraag/problemen.
    (Dit werk je uit in een PES)
  • Ook zoek je minimaal 3 interventies en/of
 begeleidingsmethodieken.

Hoe gaan we dit presenteren?

Hierbij laat je zien waar je de informatie vandaan hebt gehaald (bronnen).
Je doet gedegen onderzoek!

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide