Oefentoets SO 1

Oefentoets SO 1
- Je maakt deze oefentoets alleen en voor jezelf.
- Je mag je boek erbij gebruiken
- Aan de hand van de oefentoets kan ik zien waar je nog aan moet werken. 
- Let op het gebruik van accenten, je antwoord wordt anders foutgerekend. 
- Ben je klaar? Maak een mindmap/flitskaarten o.i.d. 
1 / 35
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Oefentoets SO 1
- Je maakt deze oefentoets alleen en voor jezelf.
- Je mag je boek erbij gebruiken
- Aan de hand van de oefentoets kan ik zien waar je nog aan moet werken. 
- Let op het gebruik van accenten, je antwoord wordt anders foutgerekend. 
- Ben je klaar? Maak een mindmap/flitskaarten o.i.d. 

Slide 1 - Slide

IK
JIJ
HIJ
ZIJ
U
WIJ
JULLIE
ZIJ MV
VOSOTROS
ELLA
YO
ÉL
USTED
ELLOS
NOSOTROS

Slide 2 - Drag question

YO
ÉL/ELLA/
USTED
NOSOTROS
VOSOTROS
ELLOS/ELLAS
USTEDES
-o
-es/-as
-a/-e
-amos/-emos/-imos
-áis/éis/-ís
-an/-en

Slide 3 - Drag question

El presente
Vul bij de volgende slides de juiste vorm in van de Presente ( de tegenwoordige tijd). Let op werkwoorden met een klinkerwisseling, bijvoorbeeld: poder (ue) --> puedo.

Slide 4 - Slide

Mis padres (ser)_____de Holanda.

Slide 5 - Open question

Madrid (estar)_____en el centro de España.

Slide 6 - Open question

Yo (pensar, (e-ie)_____mucho en ti.

Slide 7 - Open question

Yo (ser)_____una chica simpática.

Slide 8 - Open question

Mis amigos (estar)______de vacaciones en Peru.

Slide 9 - Open question

Mis padres (querer, (ie)_______ir de vacaciones.

Slide 10 - Open question

Tú no (poder)_______ayudarme.

Slide 11 - Open question

Tú (tener)_____muchas amigas.

Slide 12 - Open question

Michael, ¿(ser)_____eres un chico deportivo?

Slide 13 - Open question

Tú y yo (estar)______en el OVC.

Slide 14 - Open question

Yo (tener)_____18 años.

Slide 15 - Open question

Mi hermana y yo (ir)____a ir de tiendas.

Slide 16 - Open question

Yo (ir)_____a hacer deportes.

Slide 17 - Open question

Ana (hablar)____español.
A
hable
B
hablan
C
habla
D
hablas

Slide 18 - Quiz

Chris y Rob (eschuchar)_____música.
A
escuche
B
escuchan
C
escucháis
D
eschamos

Slide 19 - Quiz

Yo (escribir)______una carta.

Slide 20 - Open question

Vosotros (beber)_____una coca cola.

Slide 21 - Open question

El presente perfecto
Vul in de volgende slides de juiste vorm in van de presente perfecto ( voltooid verleden tijd ). 
Denk aan de onregelmatige werkwoorden, die zitten er ook tussen! En denk aan het hulp werkwoord haber wat er nog voor moet. 

Slide 22 - Slide

Hoy yo (hablar)____con mi profesora.
A
ha hablado
B
he hablado
C
has hablado
D
tengo hablado

Slide 23 - Quiz

Vosotros (trabajar)_____en el supermercado.

Slide 24 - Open question

Mis padres (ir)____de vacaciones.

Slide 25 - Open question

Vosotros (romper)_____el vaso.

Slide 26 - Open question

Carlos (abrir)______la ventana.

Slide 27 - Open question

Tu no (hacer)_____los deberes.

Slide 28 - Open question

La profesora (decir)______ lo que tenemos que hacer.

Slide 29 - Open question

Frases clave bron E.
Zoek in je tekstboek de frases clave op van dit hoofdstuk. Als je het uit je hoofd kunt is dat nog beter uiteraard.
Zorg ervoor dat je de zinnen correct overneemt. 

Slide 30 - Slide

Vertaal: Goedemiddag, kan ik je helpen?

Slide 31 - Open question

Vertaal: Ik wil graag weten wat er in Barcelona te doen is.

Slide 32 - Open question

Vertaal: Ben je al eens in Barcelona geweest?

Slide 33 - Open question

Vertaal: Wat dacht je van een fietstocht door de stad?

Slide 34 - Open question

el paseo
por supuesto
relajado/a
descansar
un montón
La altura
el puerto
volar

el barrio

la estatua
de buurt
de hoogte
natuurlijk
ontspannen
de wandeling
de haven
uitrusten
het standbeeld
vliegen
een heleboel

Slide 35 - Drag question