This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Begrippen
oligarchie
cliëntalisme
populisme
gini-coëfficient
latifundia / minifundia
mestizering
cordillera
Slide 1 - Slide
Opgave Wie is de mol in Colombia
Opgave Wie is de mol?
Slide 2 - Slide
Tekst
Sleep de begrippen op de passende tekst
mestizering
bevolkings- participatie
cliëntalisme
Slide 3 - Drag question
wieisdemol.avrotros.nl
Slide 4 - Link
Wat heeft de centrale cordillera geologisch wel wat de oostelijke cordillera niet heeft?
A
de centrale cordillera is ouder
B
stratovulkanen
C
schildvulkanen
D
basalt
Slide 5 - Quiz
Wat heeft de centrale cordillera geologisch nog meer wat de oostelijke cordillera niet heeft?
A
de centrale cordillera is jonger
B
horsten
C
slenken
D
hotspots
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Video
zoek op de volgende sheet
de plaats Cartagena (noorden aan de kust)
de plaats Medellin (wat zuidelijker en iets meer landinwaarts)
bedenk alvast wat de ligging van deze plaatsen voor invloed heeft op het klimaat
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Map
Sleep drie kenmerken naar de juiste grafiek
ITCZ invloed is zichtbaar
Kouder door hoogte invloed
Natter door hoogte invloed
Droger door hoogte invloed
Warmer door hoogte invloed
Slide 10 - Drag question
Hoe kan een televisieprogramma zoals "Wie is de mol" het geografische beeld van Colombia versterken?
Slide 11 - Open question
Hoe kan een televisieprogramma zoals "Wie is de mol" het mentale beeld van Colombia versterken?
Slide 12 - Open question
Welke uitspraak of uitspraken zijn juist?
A
uitspraak 1
B
uitspraak 3
C
uitspraak 2
Slide 13 - Quiz
Geef een korte regel die het reisadvies van gevaarlijke gebieden verklaart.
Slide 14 - Mind map
Opgave bevolking en infrastructuur
Opgave bevolking en infrastructuur 2022-2
Slide 15 - Slide
Toon aan dat Zuid-Amerika demografisch verder is dan Zuid-Azië en Sub- Sahara Afrika (meer antwoorden kunnen goed zijn)
A
het geboortencijfer is het laagst
B
de bevolkingspiramide is het meest ontwikkeld
C
het percentage kinderen is lager
D
het sterftecijfer is het laagst
Slide 16 - Quiz
De demografische druk neemt in Zuid-Amerika de laatste 60 jaar af (zie de bronnen 9 en 10). Geef vanuit twee verschillende dimensies een oorzaak van deze afname.
Slide 17 - Open question
Wie bepaalde(n) de tweedeling van Zuid-Amerika in de koloniale tijd?
A
Paus Alexander VI
B
De koning van Spanje
C
Columbus
D
Michiel de Ruiter
Slide 18 - Quiz
Tot welke dimensie behoort de taal van een land, zoals Spaans of Portugees?
A
politiek
B
cultuur
C
economie
D
demografie
Slide 19 - Quiz
Interne relaties, zoals investeringen en samenwerkings- verbanden, komen binnen Zuid-Amerika eenvoudiger tot stand dan in Sub-Sahara Afrika. Beredeneer dit vanuit politiek-historisch oogpunt in 2 stappen.
Slide 20 - Open question
Welk verband is er tussen de gini-coefficient en oligarchie?
Slide 21 - Mind map
Welk verband is er tussen de opkomst van populisme in Zuid-Amerika en de opkomst van globalisering?
Slide 22 - Open question
Stuur een foto in van een onderwerp in Zuid-Amerika waar je nog wel meer van zou willen weten