05. Binnenkomst dia sjabloon werken in gebieden breuken 1e/2e klas

LessonUp code 1e klas
Code g1m1.rek hlelx
Code g1m2.rek nitfe
Code g1m3.rek dlitf
Code g1mh1.rek afsxk
1 / 22
next
Slide 1: Slide
RekenenMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1,2

This lesson contains 22 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

LessonUp code 1e klas
Code g1m1.rek hlelx
Code g1m2.rek nitfe
Code g1m3.rek dlitf
Code g1mh1.rek afsxk

Slide 1 - Slide

LessonUp code 2e klas
Code g2m1.rek   lxqzn
Code g2m2.rek  vraqo
Code g2m3.rek  wjcpr
Code g2mh1.rek pezdh

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen ?
  1. Je hebt een mail gehad in SOM meld je aan en maak iedere  dag de sommen. "Huiswerk"
  2. Herhalen van een vorige instapsom.                                                              "Breuken en komma getallen & GGO principe"
  3. Instapsom deze week.
  4. Oefenen in Got-it

Slide 3 - Slide

Mail SOM beterrekenen.nl
Er is voor ons een groep (1e klas rekenen) aangemaakt op Beter Rekenen. 
- Ga naar https://www.beterrekenen.nl.
- Meld je eerst aan als je nog geen deelnemer bent bij Beter Rekenen. 
"eigen naam en e-mail school gebruiken "
- Kies in het menu: Dagelijkse test, Groepen.
- Klik op 'Sluit aan'.
- Vul deze toegangscode in: BRn2BQQDprZpgqH
- Vul de naam in waarmee je in deze groep wilt meedoen (een unieke naam die nog niet in de groep bestaat).
- Klik op 'Ik doe mee'.
Dan kunnen we tegen elkaar spelen op niveau 1.

Slide 4 - Slide

Instapsom 1         
  1. Ik stel jullie zo een vraag. Denk daar één minuut over na en schrijf dan het antwoord in je schrift. Werk volgens het GGO principe (Gegeven, Gevraagd, Oplossing) Daarna vraag ik aan jullie welk antwoord je hebt opgeschreven. 
  2. Anne en Boy eten een appeltaart. Boy eet 2/5 van de taart, Anne eet 1/3 Hoeveel is er nog over van de taart?    
  3. Werk volgens het GGO principe:  Gegeven: ...........  Gevraagd............. Oplossing ................
  4. Antwoord Gegeven: 2/5 en 1/3 wordt gegeten.                                                                                                                        Gevraagd: Hoeveel taart is er nog over                                                                                                                    Oplossing: Eerst gelijknamig maken 2/5 en 1/3 = 6/15 en 5/15 = 11/15                                                                            De hele taart is 100% dit  is dus 15/15 er is 11/15 gegeten dus nog over                                                  15/15 - 11/15 = 4/15 over    

Slide 5 - Slide

Instapsom 2
Verder tellen met komma getallen
Hoe gaat de rij verder?

Sprongen van 0,4:
6,51 - 6,91 -  ............ - ...........  -  ..........

Sprongen van 0,04:
4,62 - 4,66 -  ..........  - ...........  - ..........

Slide 6 - Slide

Uitkomst komma getallen

Slide 7 - Slide

Instapsom komma getallen 3
  1. Jongens en meisjes. Let goed op, Ik stel jullie zo een vraag. 
  2. Denk daar één minuut over na en schrijf dan het antwoord in je schrift. 
  3. Daarna vraag ik aan een paar van jullie welk antwoord je hebt opgeschreven. 
  4. De vraag is: hoeveel is 78,37 + 3,7 =  
  5. Antwoord 82,07                         

Slide 8 - Slide

Instapsom breuken 4
  • Jongens en meisjes. Let goed op, Ik stel jullie zo een vraag. 
  • Werk de som uit in je schrift.
  • Daarna vraag ik aan een paar van jullie welk antwoord je hebt opgeschreven. 
  • De vraag is: hoeveel is                     = 
32+43

Slide 9 - Slide

Uitwerken
                  =                                        "wat doe je als eerst?"

Gegeven ?

Gevraagd?

Oplossing?

32+43

Slide 10 - Slide

Oplossing breuken
Gegeven:

Gevraagd: som van de breuken

Oplossing: gelijknamig maken: 

Helen er uithalen: 1

32+43
128+129=1217
125

Slide 11 - Slide

Instapsom optellen komma getallen 5
  • 7 + 0,05 + 0,6 + 0,003 =                     Wat ga je als eerste doen ?
  •                                                                     Onderelkaarzetten ?
  • 7,000                                                         Gelijke eenheden maken.
  • 0,050
  • 0,600
  • 0,003 +
  • 7,653

Slide 12 - Slide

Instapsom getallen 6
  • 229 - 51 = ..........                            Wat zou je kunnen doen ? 
  • (229-1)-50= .........                         Trek eerst de eenheden eraf.
  • 228-50= ............                            Trek dan de tientallen eraf.
  • 228-50= 178

Slide 13 - Slide

Instapsom verhoudingen 7
3 schriften kosten samen € 1,20. Hoeveel kosten 5 schriften?

Uit het hoofd of met een verhoudingstabel: 

Wat kies jij?

Slide 14 - Slide

Verhoudingstabel

Slide 15 - Slide

Uit het hoofd
  • 3 schriften kosten samen € 1,20. Hoeveel kosten 5 schriften? 
  • Gegeven: 3 schriften € 1,20 
  • Gevraagd: Prijs 5 schriften 
  • Oplossing: 
  • 3 schriften = € 1,20 
  • 1 schrift = totaalprijs : het aantal is €1,20:3= € 0,40 
  • 5 schriften = prijs per schrift x aantal hoeveel je wilt is €0,40 x 5 = € 2,00 
  • Antwoord: Prijs 5 schriften is €2,00 

Slide 16 - Slide

Instapsom 
Een voetbalwedstrijd heeft 2 helften van 45 minuten en een kwartier pauze.
De eerste helft wordt verlengd met 4 minuten en de tweede helft met 3 minuten.
De tijd van de start tot het einde van de wedstrijd is nu .......... minuten.

Hoe pak je dit aan ?

Gebruik het GGO principe en schrijf je uitwerking op.

Slide 17 - Slide

Instapsom 
  • Gegeven: 2 helften van 45 minuten, 15 minuten pauze, 4 en 3 minuten extra tijd
  • Gevraagd: totale tijd van start tot einde wedstrijd.
  • Oplossing: 2 helften + rust tijd + extra tijd
  • 2 helften: 2x45 minuten = 90 minuten
  • 1 keer rust: 1x 45 minuten = 15 minuten
  • Extra tijd: 4 minuten + 3 minuten = 7 minuten
  •  2 helften       90
  •   rust                15
  •   extra              07 +
  •                           112
  • Antwoord is 112 minuten

Slide 18 - Slide

Instapsom  6

Slide 19 - Slide

En nu ?

Computer aan en inloggen
Inloggen in SOM       Ga naar leermiddelen       Klik op Got-it
Je gaat beginnen in het " Blauwe gebied"
  breuken en komma getallen
Succes.
We werken in stilte, etui, oordopjes en rekenschift bij je.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Einde les
Uitloggen als dat gezegd wordt.
Blijven zitten tot de bel gaat.
Werkplek netjes achterlaten.
Stoel aanschuiven.
Denk aan de mail in SOM, meldt je aan en maak de sommen.

Bedankt. 

Slide 22 - Slide