Tekstbegrip

Tekstbegrip
Lesdoel:
Een tekst goed kunnen lezen
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 4

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Tekstbegrip
Lesdoel:
Een tekst goed kunnen lezen

Slide 1 - Slide

Welk dier bestaat voor 75% uit wol?
A
Geit
B
Wolf
C
Schaap
D
Koe

Slide 2 - Quiz

Precies op de grens van Canada en Amerika stort een vliegtuig neer, waar worden de overlevenden begraven?
A
Nergens
B
Precies op de grens
C
Canada
D
Amerika

Slide 3 - Quiz

Wat is zwaarder, een kilo lood of een kilo veren?
A
Lood
B
Veren
C
Even zwaar
D
Geen idee

Slide 4 - Quiz

Welke maand heeft 28 dagen?
A
Februari
B
Januari
C
Maart
D
Elke maand

Slide 5 - Quiz

Hoe vaak kun je 6 van 30 aftrekken?
A
3x
B
5x
C
6x
D
1x

Slide 6 - Quiz

Adams moeder had drie kinderen. Het eerste kind heet April, het tweede kind heet May. Wat is de naam van het derde kind?
A
June
B
March
C
July
D
Adam

Slide 7 - Quiz

Je neemt deel aan een loopwedstrijd, je loopt de tweede voorbij. Als hoeveelste zal je dan eindigen?
A
Eerste
B
Tweede
C
Dat weet je niet
D
Derde

Slide 8 - Quiz

De droger bevat 10 paar witte sokken en 10 paar zwarte sokken. Je mag maar één sok per keer uit de droger pakken en je kan niet zien welke kleur die heeft totdat je de sok uit de droger hebt gepakt. Hoeveel sokken moet je pakken voordat je weet dat je tenminste één paar sokken hebt?

Slide 9 - Open question

Stel je bent taxichauffeur. Je vertrekt met een lege taxi naar de Kerkstraat. Daar stappen 3 passagiers in. Bij de volgende halte stappen er 2 in en 1 uit. Vervolgens bij de Grote Markt stapt er een vrouw met 3 kinderen in en stappen er 2 mensen uit. Onderweg gaat de taxichauffeur lang de Mac en koopt een quarterpounder van € 2,75. Hoe oud is de taxichauffeur?

Slide 10 - Open question

Een schip ligt aan de pier. Vanaf de reling hangt een touwladder naar beneden. De onderste tree van de touwladder raakt het water. De touwladder is 30 cm breed, 270 cm lang en elke tree is 1 cm dik en zit 34 cm van een andere tree vandaan. Als het vloed wordt, stijgt het water met 15 cm per uur. Hoe lang duurt het voordat het water de bovenste tree van de ladder raakt?

Slide 11 - Open question