8. La enseñanza en España

¿Qué hacemos 
hoy en la clase?

  • La evaluación
  • La enseñanza en España
  • Las asignaturas 
  • ¡A practicar!
1 / 24
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

¿Qué hacemos 
hoy en la clase?

  • La evaluación
  • La enseñanza en España
  • Las asignaturas 
  • ¡A practicar!

Slide 1 - Slide

   La evaluación

               SO Spaans
          Vrijdag 18 maart

Slide 2 - Slide

La enseñanza 
en España 

Slide 3 - Slide

Rangtelwoorden

Slide 4 - Slide

Sistema educativo en España
  • Verplicht onderwijs begint in Spanje pas vanaf 6 jaar.
  • ESO, zo noemen ze middelbare scholen in Spanje.
  • De ESO duurt 4 jaar (12 t/m 16 jaar). Je bent verplicht om je ESO diploma te behalen.
  • Daarna maak je de keuze voor technisch onderwijs of bachillerato.
  • Wanneer je een bachillerato hebt gedaan kan je naar een Universidad.
  • Universidad, vergelijkbaar met hbo/universiteiten in Nederland.
  • Maar je moet altijd nog een toelatingsexamen doen om te worden aangenomen. (selectividad)

Slide 5 - Slide

Sistema educativo en España
primaria
secundaria
obligatoria
superior
naturaleza
salud
tecnología

Slide 6 - Slide

Verschil


Overeenkomst
  • Je bent leerplichtig vanaf 6 jaar
  • De middelbare school duurt voor iedereen 4 jaar. (Tenzij je blijft zitten)
  • Niveaus mavo/havo/vwo etc. kennen ze in Spanje niet. 
  • Naast het behalen van je diploma, dien je ook nog een toelatingsexamen te doen voor de universiteit. 
  • In Spanje kennen ze ook de cijfers 1 t/m 10. Echter heb je in Spanje vanaf een 5 al een voldoende.
  •  Je hebt een diploma nodig om deel te mogen nemen aan het volgende type onderwijs. 
  • Je hebt verschillende leerjaren en zit altijd met leeftijdsgenoten in de klas. 
  • De meeste leerlingen zijn 12 jaar oud als ze naar de middelbare school (ESO) gaan. 
  • Je hebt de mogelijkheid om vakken te kiezen die bij je interesses passen.
Een aantal voorbeelden

Slide 7 - Slide

4. Hieronder zie je een Spaans lesrooster. 
Hoe heten de vakken in het Nederlands? 
Vertaal de woorden in woordenlijst 5.2

Slide 8 - Slide

Lista de vocabulario 5.2
de pauze
wiskunde
aardrijkskunde
scheikunde
geschiedenis
Engels
Lichamelijke opvoeding
natuurwetenschappen 
economie
muziek
beeldende vorming

Slide 9 - Slide

Indien je de tekst groter wenst, dan kan je deze tekst
 ook vinden in je module op pagina 41.

¿Qué tal el instituto?

Lees de tekst. Noteer in je schrift nummer 1 t/m 8. 
Schrijf achter ieder nummer van wie de uitspraak is. 

Slide 10 - Slide

Indien je de tekst groter wenst, dan kan je deze tekst
 ook vinden in je module op pagina 41.

5.3 ¿Qué tal el instituto?

Lees de tekst. Noteer in je schrift nummer 1 t/m 8. 
Schrijf achter ieder nummer van wie de uitspraak is. 
X
X
X
X
X
X
X
X

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Libro del alumno
página setenta y seis

¡REPASO!
EJERCICIOS 2, 4 y 5

Slide 13 - Slide

Las respuestas
1.
1.Son las doce y veinticinco.
2. Es la una menos cuarto.
3. Son las cinco y media.
4. Son las cinco menos tres.
5. Son las ocho y diez.
6. Son las diez y cuarto. 
2.
a. escuchar música
b. levantarse
c. limpiar la casa. 
d. comer 
e. acostarse
f. quedar con amigos. 
g. navegar por internet
h. hacer la compra
i. ver una película
3.  (extra opdracht)
a. me ducho
b. un tostada con mermelada y mantequilla
c. un café con leche
d. hasta las 14:00 h
e. a las 21:30
f. me acuesto 
g. quedo

Slide 14 - Slide

klinkerwisseling
wederkerende werkwoorden
se despiertan
empiezan
quieren
duerme
pide
queremos
puedes
me levanto
te vistes
se ducha
se acuestan

Slide 15 - Slide

Yo _____ (hacer) los deberes por la tarde.

Slide 16 - Open question

Los domingos ______ (yo, salir) con mis amigos.

Slide 17 - Open question

¿(venir, tú) a la fiesta el viernes?

Slide 18 - Open question

Sí, ¡yo ___ (ir) a la fiesta!

Slide 19 - Open question

¡Qué bien! ¿_____(nosotros, ir) juntos a la fiesta?

Slide 20 - Open question

Mis amigos _____ (venir) también.

Slide 21 - Open question

Los verbos: hacer, salir, venir, ir.
De werkwoorden hacer, salir en venir hebben een onregelmatige ik-vorm. 
Venir heeft bovendien een klinkerwisseling. Op welk werkwoord lijkt venir?

Het werkwoord ir is helemaal onregelmatig (zie schema).
doen/maken
vertrekken/uitgaan
komen
gaan
TENER

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link

Los deberes


Leren voor het SO 

Plan eventueel flexlessen in om aan je hoorspel te werken.
(Spaans of SWT)
viernes el dieciocho de marzo

Slide 24 - Slide