SO1: Duurzaam leven

Thema 6 Duurzaam leven
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Thema 6 Duurzaam leven

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
Nieuw thema: thema 6 Duurzaam leven

Van dit thema moet je niet alles uit je boek gaan leren!
Alleen wat in je samenvatting / lessonUp !!

Zelf aan de slag met de opdrachten in je boek / Malmberg

Slide 2 - Slide

leerdoelen
Aan het einde van de les:
- Kan je 6 manieren noemen waarop de mens afhankelijk is van het milieu.
- kan je de belangrijkste milieuproblemen en hun oorzaken noemen.

Slide 3 - Slide

De mens en het milieu
Mensen zijn op allerlei manieren afhankelijk van het milieu.

We hebben het milieu nodig voor zuurstof, water, voedsel, energie, grondstoffen en recreatie.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Milieuproblemen
Hoe ontstaat milieuproblemen?

Mensen voegen bijvoorbeeld stoffen toe en halen stoffen uit het milieu. Hierdoor ontstaan milieuproblemen.

Slide 6 - Slide

Er zijn 3 soorten milieuproblemen:

- Vervuiling doordat we veel (schadelijke) stoffen toevoegen aan het milieu.
- Uitputting doordat we teveel stoffen uit het milieu halen.
- Aantasting doordat we grond gebruiken voor landbouw, fabrieken en woningen. Hierdoor verdwijnen natuurgebieden.

Slide 7 - Slide

De belangrijkste oorzaken voor milieuproblemen zijn:

- de leefstijl van de mensen die nu leven
- de overbevolking

Slide 8 - Slide

1. Leefstijl 
Leefstijl is je manier van leven.

Je leefstijl bepaalt bijvoorbeeld hoeveel grondstoffen je gebruikt en welke afvalstoffen je produceert.

De manier van leven bepaalt de ruimte die je inneemt op aarde. Dit noem je de ecologische voetafdruk.

Slide 9 - Slide

2. Overbevolking
Er leven / wonen te veel mensen wonen op een bepaalde gebied.

Dit leidt tot problemen zoals voedseltekort, woningnood en druk op het milieu.

Samen produceren ze ook veel afval.

Slide 10 - Slide

Wat veroorzaakt de milieuproblemen?

De milieuproblemen veroorzaken klimaatveranderingen.
Een paar voorbeelden van de gevolgen zijn:
1.stijging van de temperatuur
2. stijging van de zeespiegel

Slide 11 - Slide

1. Temperatuurstijging

Door de temperatuurstijging krijgen we vaker te maken met extreme weersomstandigheden.

Voorbeelden hiervan zijn hevige stormen, overstromingen en droogte.

Slide 12 - Slide

2. Zeespiegelstijging

Door de temperatuurstijging smelt het ijs op de Noordpool en Zuidpool.
Hierdoor stijgt het waterniveau in zeeën en oceanen.

Slide 13 - Slide

Biodiversiteit
Wat is biodiversiteit?
Biodiversiteit is de verandering in de natuur door alle planten- en diersoorten.

Door de klimaatverandering sterven sommige soorten uit. 
Hoe meer verschillende soorten planten/dieren , hoe gezonder het ecosysteem is.

Slide 14 - Slide

Ontbossing
Het kappen van bomen op grote schaal, vaak om plaats te maken voor landbouw of bouwprojecten.

Door ontbossing sterven veel soorten organismen uit.
Bomen nemen koolstofdioxide op voor fotosynthese. 
Minder bomen zijn betekent minder koolstofdioxide uit de lucht opgenomen.
Dit heeft negatieve gevolgen voor het klimaat.

Slide 15 - Slide

Bescherming tegen ziekten en plagen

Ziekten veroorzaakt door bacteriën en schimmels kunnen zich bij planten makkelijk verspreiden. 

Om voedingsgewassen te beschermen tegen plagen en ziekten gebruiken akkerbouwers bestrijdingsmiddelen
Er zijn chemische en biologische bestrijdingsmiddelen.

Slide 16 - Slide

Pesticiden
ook wel bestrijdingsmiddelen benoemd.
biologische bestrijdingsmiddelen: stoffen die uit de natuur komen en minder schadelijk voor het milieu zijn.
bijvoorbeeld: insecten die de schadelijke insecten opeten. (Natuurlijke vijanden)

Chemische bestrijdingsmiddelen: stoffen die schadelijk voor het milieu zijn.
Niet biologisch afbreekbaar!!! (blijven in het milieu aanwezig)
bijvoorbeeld: spuitbussen, gif tegen onkruid of andere organismen te bestrijden.

Slide 17 - Slide

Nadeel van pesticiden

Pesticiden doden veel soorten organismen!!

Slide 18 - Slide

Resistentie
betekent wanneer insecten of plantenziekten ongevoelig worden voor een bestrijdingsmiddel.

Organismen kunnen zich gaan aanpassen en niet meer doodgaan door het bestrijdingsmiddel.

Het bestrijdingsmiddel werkt niet meer en wordt het lastiger om de plagen te bestrijden.

Slide 19 - Slide

Bodemsanering

Bodemsanering betekent dat de bodem schoongemaakt wordt als er vervuiling (chemicaliën of afvalstoffen) in zit.

Voor bodemsanering bestaan diverse methoden en technieken.

Slide 20 - Slide

fossiele brandstoffen
Brandstof die miljoenen jaren geleden is ontstaan uit resten van dode planten en dieren.

Aardgas, aardolie en steenkool zijn fossiele brandstoffen.

Het verbranden van fossiele brandstoffen zorgt voor NEGATIEVE gevolgen voor het milieu.

Slide 21 - Slide

Fossiele brandstoffen
Het verbranden van fossiele brandstoffen leidt tot de uitstoot van broeikasgassen zoals koolstofdioxide.

dit bijdraagt aan klimaatverandering en de opwarming van de aarde.

Slide 22 - Slide


Duurzame energie
is energie die geen milieuvervuiling veroorzaakt en waarbij de energiebron niet opraakt.

Voorbeelden van duurzame energiebronnen zijn windenergie, zonne-energie, aardwarmte en waterkracht. 


Slide 23 - Slide

Broeikaseffect

is een soort deken om de aarde heen dat de warmte van de zon vasthoudt en zo zorgt voor een leefbare temperatuur op onze planeet.

Dit is een natuurlijke fenomeen. Wordt dus NIET door de mens veroorzaakt.

Slide 24 - Slide

Versterkte broeikaseffect
is de EXTRA toename van broeikasgassen.

wordt veroorzaakt door menselijke activiteiten (verbranding van fossielen, ontbossing etc). Dit zorgt dat er EXTRA BROEIKASGASSEN komen.
Te veel warmte wordt dan vastgehouden, waardoor de aarde opwarmt en het klimaat verandert.

Slide 25 - Slide

Begrippen die je moet weten!
Milieuproblemen
vervuiling
uitputting
aantasting
overbevolking
temperatuurstijging
zeespiegelstijging
biodiversiteit
ontbossing
pesticiden
resistentie 

Slide 26 - Slide

Begrippen die je moet weten!
bodemsanering
fossiele brandstoffen
duurzame energie 
broeikaseffect
versterkte broeikaseffect

Slide 27 - Slide

Wat ga je nu doen?


Basisstof 6.1: Opdracht 1, 2, 3 , 6 en 7 (vanaf blz. 173)
Basisstof 6.2: Opdracht 
Basisstof 6.3: Opdracht  
Basisstof 6.4: Opdracht  

Slide 28 - Slide

Als je te veel stoffen uit het milieu haalt, noem je dat:
A
uitputting
B
vervuiling
C
aantasting

Slide 29 - Quiz

Wat is GEEN gevolg van milieuproblemen?
A
Stijging van de temperatuur
B
Zeespiegelstijging
C
De bevolking groeit
D
Soorten dieren en planten nemen af.

Slide 30 - Quiz

Ziekten en plagen kan je bestrijden door bestrijdingsmiddelen
A
Ja
B
Nee

Slide 31 - Quiz

Wat is resistentie?

Slide 32 - Open question