Werkwoordspelling td en vd (3.9 ) les 1

Welkom!

Leg alvast klaar:
  • leerwerkboek deel A, schrift, pen
Les 1
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom!

Leg alvast klaar:
  • leerwerkboek deel A, schrift, pen
Les 1

Slide 1 - Slide

Planning
  • Startopdracht / huiswerkcontrole
  • Uitleg werkwoordenspelling 3.9
  • Werkmoment
  • Vooruitblik
  • Toets bespreken


1.9: 3, 4, 5
2.9: 3, 4, 5


Slide 2 - Slide

Schrijf op papier
De man leek (vermommen) te zijn.
De bal (stuiten vt) tegen de lat.
Door de storm (stranden vt) veel schepen op onze kust.
Met de strijkbouw heb ik mijn jurk (verschroeien).
Wacht niet te lang! (smeden) het ijzer als het heet is.
Tijdens het schoolfeest was de aula (versieren).
Iedereen (verwachten vt) een goed cijfer voor de toets.
Omdat het tegenviel, heeft hij zich een ijsje (veroorloven).





Slide 3 - Slide

Schrijf op papier
De man leek (vermomd) te zijn.
De bal (stuitte vt) tegen de lat.
Door de storm (strandden vt) veel schepen op onze kust.
Met de strijkbouw heb ik mijn jurk (verschroeid).
Wacht niet te lang! (smeed) het ijzer als het heet is!
Tijdens het schoolfeest was de aula (versierd).
Iedereen (verwachtte vt) een goed cijfer voor de toets.
Omdat het tegenviel, heeft hij zich een ijsje (veroorloofd).





Slide 4 - Slide

Voltooid deelwoord (p. 217)
Begint vaak met ge, be, ver, her.
Staat bijna altijd een hww bij: hebben, zijn of worden.
  • Hij is naar school gefietst. / Hij krijgt een pakket thuisbezorgd. / Hij bleef verdacht.
  • Maak het langer om te horen hoe je het schrijft.
  • Gebruik anders 't Kofschip-X.

Slide 5 - Slide

Voltooid deelwoord

Slide 6 - Slide

Tegenwoordig deelwoord (p 218)
Deze gebruik je om aan te geven dat je iets doet, terwijl je ook iets anders doet. Schrijven: hele werkwoord + d.
  • Terwijl ze lachte, liep ze het lokaal binnen.
  • Lachend liep ze het lokaal binnen.
  • Terwijl ze huilden, sloten ze elkaar in de armen.
  • De vriendinnen sloten elkaar huilend in de armen.

Slide 7 - Slide

Werkmoment
  • Van 3.9 opdrachten: 3, 4, 5, 6.
  • Kijk na en verbeter.

Lastig? Oefen met de werkwoordspelling in de online methode.
Kies voor: versterk jezelf.


Slide 8 - Slide

Vooruitblik
Les 1:
  • Leerwerkboek deel A mee (controle weektaak)
  • Leerwerkboek deel B mee: werken aan 4.9 en 5.9
Les 2:
  • Alleen B-boek
Les 3:
  • Leesles en afronden weektaak (B-boek)

Slide 9 - Slide

Toets bespreken

Alles van tafel.

Alleen een potlood.

Slide 10 - Slide

Welkom!

Leg alvast klaar:
  • leerwerkboek deel A en B, schrift, pen
  • leesboek 
  • iPad (dicht)
Les 6

Slide 11 - Slide

Mededelingen


Plattegrond
Engels: lezen in je boek / leerwerk (maakwerk schuift door)
Mentoruur en KWO-uur tot voorjaarsvakantie
Les 6

Slide 12 - Slide

timer
10:00

Slide 13 - Slide

Planning
  • Herhalen td en vd
  • Werkmoment
  • Afsluiten van de les


Slide 14 - Slide

Waar zit de fout?
Een half jaar lang hebben zij Messi gevolgt.

Tiktokkers heb je in alle soorten en maten, variërent van tieners tot senioren.

Ze hebben hele mooie belevenissen beleeft en vertelt. 

timer
1:30

Slide 15 - Slide

Waar zit de fout?
Een half jaar lang hebben zij Messi gevolgt.=> gevolgd

Tiktokkers heb je in alle soorten en maten, variërent van tieners tot senioren.                                                           => variëren

Ze hebben hele mooie verhalen beleeft en vertelt. 
                                                                        => beleefd en verteld

Slide 16 - Slide

Benoem de ww: pv, vd of td
De groep thuisblijvers is zeer gevarieerd.

In het lokaal vind je kinderen werkend aan hun tafel.

Mopperend hebben leerlingen hun stoel aangeschoven.
timer
1:30

Slide 17 - Slide

Benoem de ww: pv, vd of td
De groep thuisblijvers is zeer gevarieerd.
                                              pv                      vd
In het lokaal vind je kinderen werkend aan hun tafel.
                              pv                             td
Mopperend hebben leerlingen hun stoel aangeschoven.
              td             pv                                                                vd

Slide 18 - Slide

Werkmoment
  • Van 3.9 digitaal opdrachten: 1, 4, 5 en 10.
  • Opdrachten rood? Vraag mij te resetten en doe ze opnieuw.




Slide 19 - Slide

Vooruitblik
Volgende les verder met voltooid deelwoord 
en tegenwoordig deelwoord.

Neem je leerwerkboek deel B ook mee.
Vanaf derde les deze week.

Slide 20 - Slide

Welkom!

Leg alvast klaar:
  • leerwerkboek deel A en B, schrift, pen
  • leesboek 
  • iPad (dicht)
Les 7

Slide 21 - Slide

timer
10:00

Slide 22 - Slide

Planning
  • Herhalen td, vd en bn.
  • Uitleg 4.9 bijvoeglijk gebruikt
  • Werkmoment
  • Afsluiten van de les


Slide 23 - Slide

vd, td en bn 
vd: voltooid deelwoord, hulpwerkwoord en voltooid deelwoord
het geeft aan dat een handeling voltooid is / afgerond
Hij heeft gelopen, zij heeft gepraat.

td: tegenwoordig deelwoord, hele werkwoord + d
het geeft aan dat een handeling bezig is: pratend, lopend

bn: zegt iets over een zelfstandig naamwoord. De rode auto.

Slide 24 - Slide

VD en TD als BN (p. 67/68)
  • Schrijf zoals je het hoort.
  • Schrijf het zo kort mogelijk.
  • Volg de regels van het bijvoeglijk naamwoord.

Slide 25 - Slide

Het ei is gebakken.
Het ...... ei.
A
gebakte
B
gebakken
C
gebaken
D
gebakkte

Slide 26 - Quiz

De kat is gered.
De ....... kat.
A
geredde
B
gereedde
C
gerede
D
gereden

Slide 27 - Quiz

De foto is vergroot.
De ...... foto.
A
vergrootte
B
vergrote
C
vergroten
D
vergrootten

Slide 28 - Quiz

De meisjes zijn aan het kletsen.
De ...... meisjes.
A
kletsend
B
kletsende
C
kletzend
D
kletzende

Slide 29 - Quiz

We zijn de jasjes aan het passen.
Deze gele is een ....... jasje.
A
passende
B
passend
C
pasend
D
gepast

Slide 30 - Quiz

Werkmoment
  • Van 3.9 digitaal opdrachten: 1, 4, 5 en 10.
  • Van 4.9: 1-1, 4, 5 en 6.
  • Opdrachten rood? Vraag mij te resetten en doe ze opnieuw.




Slide 31 - Slide

Vooruitblik

Volgende week verder met 5.9 Engelse werkwoorden.

Neem je leerwerkboek deel B ook mee.

Slide 32 - Slide